vrijdag 9 december 2005

Londen

                                                                         Kerstshoppen
                                                                                       Londen
Geboekt via C & ) Travel in Kerkrade.En sliepen in hotel Hilton Docklands Londen.

zaterdag 5 november 2005

De Hubertusjacht is een jaarlijks terugkerend evenement in Someren. Het vindt plaats iedere eerste zaterdag in november. Georganiseerd door Stichting Slipjacht Someren in nauwe samenwerking met triple B.Hunt. Altijd leuk om de honden met paarden over de weilanden en door de bossen zien rennen achter........ Ja achter wat gaan ze eigenlijk aan.

zondag 3 juli 2005

Canada

                                                                     3 maanden Canada, 7 provincies namelijk:
                                                               British Columbia en Alberta
                                                                             Ontario en
                                                                                Quebec
                                                          Daarna verder naar Nova Scotia en
                                           Prince Edward Island (PEI) en tot slot New Brunswick.
                                          Geboekt deze reis via Witte reizen centrale (WRC) in Amsterdam

https://photos.google.com/album/AF1QipMZyRkHwU4R6fcUMBaVKT7R_qSC1rf9HNI-bgal

vrijdag 1 juli 2005

Canada dagboek 2005

 Canada 2005

Pagina 1

page1image8926336

Zondag 3 juli 2005

Weer: in Nederland zonnig. In Toronto zonnig. In Vancouver bewolkt. 21 graden Route: Helmond Schiphol Toronto - Vancouver

Om negen uur werden we door buurman Piet opgehaald en afgezet op het station in Helmond. In de trein konden we tot in Dordrecht blijven zitten. De overstap op de
trein naar Schiphol verliep vlotjes. In 2 uur en 20 minuten stonden we op Schiphol. Het inchecken gaat tegenwoordig elektronisch en daarmee veel vlotter dan op de oude ma- nier. Binnen twee minuten waren we ingecheckt en waren we verlost van onze grote tas- sen. Na een drankje gingen

we naar de G-pier, gate 9.
We konden vrijwel meteen
instappen, klaar voor de
vlucht naar Toronto die on-
geveer 8 uur en een kwar-
tier in beslag nam. Om
13.55 uur vertrok de Boei-
ing 767-300 redelijk op
tijd. Een dergelijke lange
vlucht is altijd vervelend
en daarom probeerden we
allebei zoveel mogelijk te
slapen. Het zou tenslotte
een lange dag worden met 9 uur tijdsverschil. Hoewel het slapen redelijk ging, was het toch een lange zit. Toen we over het grondgebied van Canada vlogen kon Ron zich wat vermaken met naar buiten kijken. Het noorden van Canada bleek een eindeloos leeg ge- bied.

Keurig op tijd landden we om 16.00 uur plaatselijke tijd in Toronto. Dat is een erg groot vliegveld en daarom werden we met een bus van de ene naar de andere terminal ge- bracht. Daar moesten we door de douane wat weinig voor- stelde. Daarna moesten we onze bagage ophalen en even verderop weer inleveren voor de aansluitende vlucht naar Vancouver. Veel tijd om op het vliegveld wat te eten of te drinken was er niet. We konden al weer meteen instappen

voor weer een vlucht van bijna 5 uur.
Om kwart over acht plaatselijke tijd stonden we buiten de terminal in Vancouver. In Nederland was het toen al 05.15 uur in de morgen van de volgende
dag. We waren al 21 uur wakker en dat voelden we. De gratis
transfer naar het Accent Inn hotel, dat we besproken hadden, liet
3 kwartier op zich wachten. Dat viel vies tegen. We wilden einde-
lijk gaan slapen. Uiteindelijk kwam de taxi ons om half tien opha-
len. Gelukkig was het hotel niet ver van het vliegveld. Inchecken

page1image6874256 page1image6874464 page1image6874672

Canada 2005 Pagina 2

page2image8919232

daar was zo gebeurd en na een douche vielen we klokslag 22.00 uur doodvermoeid op bed en vielen we meteen in slaap.

Maandag 4 juli 2005

Weer : s morgens licht bewolkt, s middags zon
Aantal gereden kilometers: 
70 Route: Vancouver - Victoria

Al voor de wekker, die om half acht afging, waren we allebei al wakker. Wel lekker ge- slapen, maar dat kon ook bijna niet anders. Omdat het ontbijt bij de hotelreservering was inbegrepen, genoten we van een uitgebreid ontbijt met eieren, spek, rösti en toast. Ron zou na het ontbijt naar de camperverhuurder bellen om ons op te laten pikken, maar dat bleek niet nodig; de transferbus van Fraserway stond er al. Weliswaar voor

iemand anders, maar we konden toch mee als we snel waren. Binnen 5 minuten hadden we gepakt en uitgecheckt en zaten we in het busje met (hoe kan het ook anders) diverse Nederlanders. Bij Fraserway stond ons cam- pertje al klaar voor ons. Het papierwerk en de uitleg van de camper werd geheel in het Nederlands gedaan. Kennelijk zijn er zoveel Nederlanders die daar komen, dat ze maar een Nederlandssprekende kracht hebben in-

gehuurd. Voor de uitleg hadden we nogal wat tijd nodig omdat er heel wat uit te leggen viel, maar om 11.00 uur reden we het terrein af, de grote boze wereld in.
Nog wat onwennig met het formaat van de camper reden we naar Tsawassen voor de overtocht naar Vancouver Island. Ron miste een af-

slag op de snelweg, maar kwam uiteindelijk toch nog
zonder veel om te hoeven rijden bij de ferryterminal
aan. Voor 80 CAD mochten we mee met de boot van
12.00 uur. De ferry was een behoorlijk grote boot
met meerdere autodekken. Probleemloos parkeerde
Ron de camper waarna we naar het bovenste dek
klommen. Helaas was de lucht bewolkt, maar gelukkig
was het droog. De overtocht duurde anderhalf uur. We genoten van de minicruise langs de eilanden voor Vancouver Island waar een aantal gelukkigen een heel mooi vakantie- huisje hebben. De videocamera van Ron had kuren waardoor dit alles niet op film is vast gelegd.

Zodra we van de boot kwamen, gingen we op zoek naar een supermarkt om voorraad in te slaan. Er moest immers gegeten en gedronken worden. In het stadje Sidney vonden we een winkelcentrum met bank en een hele grote supermarkt. We hadden wel eventjes nodig om de basisboodschappen te vinden, maar uiteindelijk reden we met een volle kar en 140 CAD armer naar ons campertje. In de auto aten we een snelle en late lunch waarna we rond een uur of vier op de camping aankwamen.

page2image6876752 page2image6876960

Canada 2005 Pagina 3

page3image9098496

Alle snoeren en slangen werden aan de camper bevestigd. Alleen de ijskast wilde niet echt meewerken. De knop kregen we maar niet op elektriciteit zodat die op butaangas blijft werken. Ron heeft Fraserway nog gebeld en we moesten het maar ergens onder- weg laten maken of het ding op propaan laten draaien. We hebben daarna samen met een drankje en lekker in het zonnetje de grootste hap aan folders doorgenomen. Rond een uur of zeven was het etenstijd. De apparatuur in de camper bleek goed te functio- neren en in no time zaten we buiten te eten. Na het diner hebben we nog een wandelin- getje gemaakt om het eten te laten zakken, waarna we in de camper nog de laptop heb- benaangeslotenomdefotostekunnenopslaanenhet dagboekbij tewerken.Zorond kwart voor elf was het bedtijd en einde van de tweede dag.

Dinsdag 5 juli 2005

Weer: s morgens bewolkt , s middags regen Aantal gereden kilometers: Route: Victoria

De eerste nacht in onze camper ge- slapen. Dat ging ons goed af. Om iets over achten toch maar eens uit bed gekropen. Letterlijk gekropen want het bed is boven de cabine gelegen en we moeten via een trapje naar be- neden klauteren. Buiten was het be- wolkt maar droog zodat we buiten konden ontbijten.

Rond een uur of tien pakten we de
bus naar Victoria. Dat voorkwam dat
Ron met de camper in een vreemde
stad moest manoeuvreren. Daar aangekomen liepen we naar de Inner Harbour met het beroemde Empress hotel en het Victoria parliament building. Het viel ons op dat er zo- veel bloemen waren. Aan elke lantaarnpaal hing een uitbundige hanging basket. In Government Street vonden we een grote winkel vol met kerstspullen. Vreemd gezicht om midden in de zomer zo n winkel t egen t e komen. Dat vonden kennelij k meer mensen want er werd druk gefotografeerd en gefilmd in de winkel. We hebben er een tijdje

rondgekeken en ons verbaasd over hoeveel geld je kunt uitgeven aan kerstspullen. Na een tijdje gingen we naar een Starbucks voor een kop cap- puccino. Terwijl we daar zaten begon het te regenen en dat terwijl we geen jas of paraplu bij ons hadden. In het begin regende het nog niet zo hard en konden we door de stad blijven lopen, maar allengs ging het harder regenen en moesten we gaan schuilen. Ons schuiladres was The Bay Centre, een groot winkelcentrum, mid-

page3image6894800 page3image6886480

Canada 2005

Pagina 4

page4image8929664 page4image7002208

den in de stad. Omdat het bleef regenen gingen we toch
weer op pad naar Market Square, een gezellig winkelgebied
volgens de boeken. Dat viel een beetje tegen; er was niks te
doen.
Om toch een beetje droog te blijven zijn we naar de biblio-
theek gegaan waarvan we wisten dat we er gratis konden
internetten. Daar hebben we een paar mailtjes gestuurd
naar het thuisfront. Daarna zijn we naar het parliament
building gelopen waar we een rondleiding kregen door het
gebouw. Best interessant en vooral mooi. We hebben heel
wat f ot o s gemaakt van de pr acht ige koepel die met 23 ka-
raats goud was bezet en van de vele gebrandschilderde ra-
men. Het was zo n dr ie uur t oen we onze magen begonnen t e voelen.
In The Bay Centre vonden we in een foodcourt een broodjeszaak. Daar hebben we heerlijk zitten eten. Daarna werd het zowaar even droog. We maakten van de gelegen- heid gebruik en zijn naar het Thunderbird park gelopen waarvan we wisten dat er di- ver se mooie t ot empalen st onden. Ook hier weer veel t e veel f ot o s gemaakt .
Het laatste wat we deze dag in de stad deden, was naar de CAA lopen. De CAA is een zusterorganisatie van de ANWB en we wisten dat we hier gratis boeken konden ophalen over Canada op vertoon van onze ANWB pas. Helaas lag het kantoor van de CAA een eind uit het centrum en was het weer gestaag gaan regenen. We besloten de bus weer naar de camping te nemen.
Om een uur of half zes waren we weer bij onze camper. Nicky is gaan douchen en Ron zocht de bezienswaardigheden voor de volgende dag op. Na het eten hebben we de ge- maaktefotosopdelaptopgezet enhet dagboekbijgewerkt.Met eenaantalspelletjes Yahtzee besloten we deze dag.

Woensdag 6 juli 2005

Weer : half bewolkt, zonnig
Aantal gereden kilometers: 
222 Route: Victoria - Qualicum Beach

Toen we deze dag wakker werden, was het gelukkig droog. Na het ontbijt om 09.20 uur zijn we vertrokken richting het noorden. Van tevoren hadden we van een Duits stelletje nog een hoop hout gekregen voor een kampvuurtje.

Langs de oevers van de Bay of Georgia reden we naar Mills Bay. Daar hebben we nog wat bood- schappen gedaan. Mills Bay is een prachtig plaats- je waarvan we besloten dat we hier best zouden kunnen wonen.

Op onze weg naar het noorden reden we door Dun- can. Daar kwamen we diverse totempalen tegen. Er schijnen er zon 80 in de stad te staan, maar we namen niet de moeite die allemaal op te zoeken.

page4image7002624

Canada 2005

Pagina 5

page5image8931392 page5image7002832

Onze eerste echte stop was in het dorpje Chemainus. Nadat daar de houtzagerij dicht ging, heeft men het dorp een boost willen ge- ven door diverse muren te voorzien van een schildering. Het plaats- je is hierdoor erg opgeknapt. We hebben wel tientallen schilderin- gen gezien.
Het zonnetje was inmiddels ook gaan schijnen. In een boekje had- den we gelezen over Cathedral Grove, waar enorme Douglas sparren groeien. We moesten er een kleine omweg voor maken, maar dat bleek de moeite waard. De hoogste boom was maar liefst 75 meter hoog, 9 meter in omtrek en zon 3 meter doorsnee. Het was er wel druk. Terug richting Parksville, bezochten we nog het Englishman River Falls park. Twee watervallen in een riviertje. Op zich niet zo

bijzonder, maar leuk genoeg voor een wandeling in het zonnetje. Daarna op zoek naar een cam- ping voor de nacht. We kwamen uit op Costa Lottaopzon11kilometer vanaf Qualicum Beach. We kregen er zowaar een plaatsje pal aan de Bay of Georgia. Prachtig uitzicht maar wel met flink wat wind. Een strandwandeling be- zorgde ons het ultieme vakantiegevoel. Moe van alle activiteiten van deze dag, gingen we bijtijds onder de wol.

Donderdag 7 juli 2005

Weer : s morgens bewolkt, de rest van de dag regen
Aantal gereden kilometers: 
202 Route: Qualicum Beach - Campbell River

Vandaag uitgeslapen waardoor we pas om kwart over tien
van de camping afreden in de richting van het noorden
over Highway 19A nadat we hadden ontbeten met uitzicht
op de oceaan. Op zoek naar een mooie vuurtoren, kwamen
we in Deep Bay twee grazende herten tegen die helemaal
niet schuw waren. Vandaag ging de reis naar het Strathco-
na Park om daar te gaan wandelen. Om er te komen moes-
ten we eerst helemaal naar Campbell River. De omgeving van Courtenay en Campbell Ri- ver was wat saai vergeleken met de routes van de afgelopen dagen. We reden daarom meteen door naar Campbell River. Daar hebben we gelunched bij Mc Donalds. Daarna door naar het StrathconaParkdat opzon50kilometer afstandvandezestadligt.De weg er naartoe was bochtig en steil, maar daardoor erg mooi. In het park hebben we de Lupin Falls trail gelopen. Dat klinkt heel wat, maar het was meer een wandelingetje van nog geen kilometer. De waterval was echter de moeite waard. We waren er alleen en voelden ons nietig tussen de grote Douglas sparren. Omdat het weer wat minder werd,

page5image7003040 page5image7003248

Canada 2005

Pagina 6

page6image9103296 page6image6886896

besloten we terug te rijden naar Campbell River
naar een RV park dat we op de heenweg hadden
zien liggen. Dat bleek een prima keuze. De cam-
ping lag in de bossen en er was gloednieuw sani-
tair aanwezig. Omdat het weer hier beter was,
zijn we nog gaan wandelen. We kwamen uit in het
Elk Falls Provincial Park. Daar vonden we de Elk
Falls waarnaar het park is vernoemd. Best een
ruige waterval. Het bleek best een pittige wandeling vanwege de hoogteverschillen. Toen we om half zeven terug kwamen op de camping, was het tijd voor een kampvuur. Hout hadden we genoeg. Het duurde even voordat we het wat natte hout goed hadden branden, maar toen hadden we dan ook een mooi vuurtje. Helaas begon het toen te re- genen. De rest van de avond werd het niet droog, zodat ons vuurtje een rokerige dood stierf.Deavondbrachtenweverder door met het organiserenvandefotosenhet schrijven van dit verhaal.

Vrijdag 8 juli 2005

Weer: zwaar bewolkt, veel regen maar ook zon

Aantal gereden kilometers: 273

Route: Campbell River Port Hardy

De hele nacht hoorden we regendruppels op het dak van de camper vallen. Gelukkig was het droog toen we wakker werden. Na een douche en een ontbijt, moest er eerst getankt worden. Ons campertje blijkt een grootverbruiker. Er ging zon 70 liter in de tank na ongeveer 500 kilometer. Dat komt neer op iets meer dan 1 op 7. Gelukkig is de benzine hier goedkoop, zo n 95 dollar cent of wel zo n 60 eur ocent . Dat is nog eens wat anders dan in Nederland. Vandaag de

page6image6887312

lange rit door het noordelijk deel van Vancouver Island naar Port Hardy. Meteen al na Campbell River was er niet veel meer dan de weg, de bergen en de bomen. Gedurende de hele rit vandaag zouden we geen bewoning
langs de Highway 19 aantreffen. Gaandeweg de

rit begon de zon te schijnen en toen we bij Sayward Junction een kop koffie dronken, konden we heerlijk in de zon zitten. Helaas bleef het weer niet zo. De zon ging van tijd tot tijd schuil achter een grote partij wolken waaruit dan wat regen viel. Onze enige echte stop op de rit van vandaag was in Telegraph Cove. Om in het gehuchtje te komen, moesten we van de snelweg en over een gravelpad. Het

page6image6887728

Canada 2005 Pagina 7

page7image8933696

was echter de moeite waard. Telegraph Cove is een oud houtzagerijplaatsje waar de huizen op palen boven het water zijn gebouwd en met elkaar zijn verbonden door een boardwalk . Er staan minder dan 10 huisjes, maar toeristisch is het er wel. We aten

onze lunch in een restaurantje aan het haventje. De porties die we kregen voorgescho- teld waren enorm. Toch kregen we alles op. Vanuit Telegraph Cove was het niet ver meer naar Port Hardy. Onderweg zagen we onze eerste beren. We konden moeilijk stopen op de snelweg zodat we de eerste lieten begaan. Bij de derde beer waren we alleen op de weg en kon Ron de camper aan de kant zetten zodat we de beer konden fotograferen en filmen.

In Port Hardy aangekomen, hebben we in het Bezoekerscentrum onze e-mail opgehaald en een kort berichtje naar het thuisfront gestuurd. Daarna hebben we nog wat bood-

schappen gedaan in een grote supermarkt. De caissières hier waren de langzaamste die we ooit gezien hebben. Even dacht Ron dat hij de rest van de dag in de rij voor de kassa zou staan. Eenmaal weer buiten vonden we een plaatsje op een RV-park vlakbij de ferry terminal. Behalve veel konijnen, za- gen we er ook een bald eagle. Deze dag gingen we vroeg sla- pen omdat het morgen weer erg vroeg dag zou worden.

page7image6887936

Weer: veel regen
Aantal gereden kilometers: 
15

Zaterdag 9 juli 2005

Route: Port Hardy Prince Rupert

Al om kwart voor zes ging de wekker. Deze dag stond de Inside Passage op het programma; de boottocht van Port Hardy naar Prince Rupert langs allerlei eilandjes. We moesten zo vroeg op- staan omdat we al om half zeven moes- ten inchecken. Van de camping waren we zo weg omdat we geen afvalleiding

page7image6888144 page7image6888560

hadden aangesloten en we ons bed intact lieten. Ruim op tijd waren we aanwezig bij de ferry terminal die op 5 kilometer van de camping lag. Inchecken was zo gebeurd; onze namen stonden op de lijst waarna we meteen door
mochten. Eenmaal aan boord van de Queen of the

North, gingen we meteen naar één van de vijf open achterdekken. Binnen zitten was voor de watjes. We werden al meteen beloond voor onze keuze. In de haven zagen we een moederbeer met jong. Precies om half acht vertrok de boot voor de reis van 15 uur. Hoewel zwaar bewolkt, was het droog en we bleven dan ook steeds buiten staan om maar zoveel mogelijk te zien. Zo zagen we in

page7image6886064

Canada 2005 Pagina 8

page8image9078848

de ver t e wat or ka s spr ingen. Helaas kwamen ze niet dicht er bij . Het landschap waar we aan voorbij voeren was schitterend en bovenal leeg. Af en toe gingen we in de cafetaria wat drinken, maar meestal waren we buiten te vinden. Dat duurde tot half drie toen het begon te regenen. Dat hield niet meer op. Door die regen werd het ook kouder waardoor we wat vaker binnen waren te vinden.

sAvondsomhalf elf meerdedeboot aaninPrinceRupert.Wewarenniet vanplanom voor zonkort nachtjeeencampingtezoekenendaaromredenwedestadinomeen plekje voor de camper te vinden. Die vonden we op een parkeerplaats op Cow Bay Road, midden in de stad. Al snel lagen we in ons bedje en sliepen ondanks het voorbij rijdende verkeer.

Zondag 10 juli 2005

Weer: regen en half bewolkt
Aantal gereden kilometers: 
326 Route: Prince Rupert - Hazelton
Tot half negen sliepen we op de parkeerplaats. Toen we daarna aan het ontbijt zaten, kwam en een man met een camperbusje aangereden die tegen de buitenspiegel van onze camper aanreed. Gevolg; het glas van onze spiegel was kapot. We spraken de bestuur- der meteen aan. Hij was bereid e.e.a. te regelen en belde op ons verzoek ook de politie. Die was er gelukkig snel. De gegevens werden uitgewisseld en de politieagente zou rap- port opmaken. Het glas van de spiegel zat er gelukkig nog in en hoefde niet meteen ver- vangen te worden. Daarna was het tijd voor een verkenning van Cow Bay; het leukste gedeelte van Prince Rupert. We filmden en fotografeerde wat bootjes en huisjes in het havent j e en dr onken kof f ie bij Cowpuchino s. Nadat we onze eer st e souvenier t j es had- den gekocht, vertrokken we in de richting van
Smithers en Prince George over de Highway 16.
Tijdens het eerste traject naar Terrace werd
het droog en begon zelfs de zon te schijnen.
Vlak voor Terrace nam Nicky voor het eerst het
stuur over. Na een tankbeurt zochten en vonden
we een leuke lunchplek in het Kleanza Creek
Provincial Park. Langs een wildstromend rivier-
tje stonden picknickbanken in het gras. Het was
er heerlijk luieren en eten in de zon. Om het
eten te laten zakken maakten we nog een wan-
deling naar een viewpoint.
De volgende stop was het Kitwanga Fort. We
reden er 20 kilometer voor om omdat we het
niet konden vinden. Toen we het fort eenmaal
hadden gevonden bleek het een teleurstelling.
Het fort was niet meer dan een heuveltje waar
ooit eens een fort had gestaan. Maar gauw ver-
der gereden richting Hazelton waar we een indi-
anenmuseum in Ksan wilden bezoeken. Helaas

page8image6858080

Canada 2005

Pagina 9

page9image8937152 page9image7003456

was dat museum net dicht toen we er aan kwamen. Wel konden we de gebouwen nog van buiten af bezichtigen.
Naast het museum was een RV park waar we een plaatsje voor de nacht vonden. Daar kreeg Ron een scheerbeurt zodat hij de vol- gende dagen weer met een kaal bolletje kon rondlopen. Na een simpel diner zijn we naar Old Hazelton gelopen waar het dorpsgezicht uit begin 1900 nog bewaard is gebleven. We

geveltjes waren inderdaad mooi, maar het dorp was bijna geheel verlaten. Zaten al die mensen voor de TV Studio Sport te kijken? Terug op de camping was er tijd voor een douche en het bij wer ken van het dagboek en de f ot o s.

Maandag 11 juli 2005

Weer: licht bewolkt, zonnig
Aantal gereden kilometers: 
433 Route: Hazelton Prince George

Vandaag stond een lange rit naar Prince George op het programma. We hadden echter geen haast en vertrokken pas om 10.00 uur van de camping. We waren goed en wel op weg toen de zon door brak en het heerlijk weer werd. Binnen het uur zaten we in Smithers waar we boodschappen deden. We scoorden er meteen een klantenkaart zo- dat weopznNederlandskortingkondenbedingen.Daarnameteenweer verder.We lunchten iets voorbij het plaatsje Burns Lake op een parkeerplaats langs de snelweg.

I ets voor vijven stonden we zon 5 kilometer voor Prince George op een prima camping met zwembad. Omdat het nog st eeds zo n mooi weer was, hebben we er even gezwom- men. Na een douche was het tijd voor het diner. Daarna heeft Ron heel wat tijd be- steed aan een mooi kampvuurtje. Blijkbaar waren zijn inspanningen zo medelijdenwek- kend dat een vriendelijk Canadese buurman kwam helpen waarna we de rest van de avond konden genieten van een prachtig vuurtje.

Dinsdag 12 juli 2005

Weer: regen, bewolkt en af en toe zon
Aantal gereden kilometers: 
304 Route: Prince George Mount Robson Provincial Park

De hele nacht had het geregend en de camping stond bijna blank. Ook bij ons vertrek van de camping regende het nog steeds. Ron had gepro- beerd naar huis te bellen, maar de telefoon weigerde zijn creditcard te accepteren. Te weinig saldo misschien? Daarom bij een tank- station maar een telefoonkaart gekocht. Echter

page9image7003664

Canada 2005

Pagina 10

page10image9103680 page10image6889184

hiermee wilde het ook niet lukken. Er was een of andere netwerkstoring. Dan maar een internetcafé. Gelukkig lazen we nog geen verontrustende mailtjes over pa, dus verder met de vakantie. Vandaag was het Mount Robson Provincial Park ons doel. Toch nog bijna 300 kilometer rijden. Gelukkig werd het tijdens de rit droog en scheen af en toe zelfs de zon. Tijdens de rit zag Nicky een paar beren aan de kant van de weg. Met gevaar voor eigen leven reed Ron daarop de camper een heel eind terug op de snelweg. Result aat war en wel leuke f ot o s van moe- der beer met jong. Bij een tankbeurt in McBride zagen we een man met een kettingzaag bezig beel- den te zagen. Dat deed hij niet onverdienstelijk. Ter hoogte van Dunster hadden we onze lunch aan de kant van de weg op een mooie parkeerplaats. De hoge bergen van de Rocky Mountains waren sowieso erg mooi.

Toen we bijna op onze bestemming waren, konden we de Mount Robson, de hoogste berg van Canada, vanaf de snelweg zien liggen. Helaas lag de top in de wolken. We par- keerden onze camper op een parkeerplaats en genoten van het uitzicht. Bij het bezoe- kerscentrum in het park haalden we zoveel mogelijk informatie op over het park en lie-

pen daarna de Kinney Lake trail; een wandeling van 8 kilome- ter. Het pad was goed begaanbaar en voerde door prachtige bossen met rood cederhout. De Robson river stroomde wild langs het pad. Kinney Lake was de moeite. Omdat het water afkomstig is van een gletsjer, had het die typische turkooizen kleur. Bij het meer genoten we op een bankje van het uitzicht. Omdat de klok hier in het park een uur vooruit moest worden gezet, was het al bijna zeven uur toen we op de camping aan- kwamen. Die lag erg mooi in de bossen en had ruime plaatsen met veel privacy, maar geen stroom of water. Dat was voor een nacht echter geen probleem. De avond verliep zoals de meeste tijdens deze reis: Ron kookte en maakte alles vies, Nicky deed na het eten de afwas en daarna werd de oogst aan fotosopdelaptopgezet enwerddit verhaalbijgewerkt.

Woensdag 13 juli 2005

Weer: regenachtig
Aantal gereden kilometers: 
92 Route: Mount Robson Provincial Park - Jasper

Weer een latertje vandaag. We vertrokken pas om 10.10 uur vanaf de camping. Dat moet echter kunnen, we zijn tenslotte met vakantie. Vlakbij de camping waren de

page10image6889808

Canada 2005

Pagina 11

page11image9095424 page11image6889392

Overlander falls die we nog niet hadden bezocht. Tijd dus voor de korte wandeling naar de waterval. Het bleek de moeite waard. Door de kracht van het water hing er een nevel boven de waterval. Dat gaf in combinatie met het regenachtige weer, een aparte sfeer. We hadden de waterval geheel voor ons zelf.

De volgende stop was meteen onze eindbe- stemming voor deze dag; Jasper. De hele rit bleef het regenen. Eerst zochten we een camping. Ze hadden wel een plekje

voor ons maar helaas wel eent j e zonder st r oom. s Middags zij n we de dr ie kilomet er naar het st adj e gelopen. Dat bleek niet zo n heel bij zonder st adj e; veel souvenir win- kels. We dronken er wat en checkten onze e-mail. Gelukkig bleek het aan het thuis-
f r ont goed t e gaan. Nadat we zo n beet j e alle souvenir winkels hadden bekeken, zij n we weer naar de camping terug gelopen. Na een aperitiefje wilden we gaan douchen. De camping was echter zo groot (781 plaatsen) dat we een plattegrond nodig hadden om bij de douches te komen. Na het diner hebben we nog Yahtzee gespeeld.

Donderdag 14 juli 2005

Weer: zonnig en bewolkt
Aantal gereden kilometers: 
123 Route: Jasper

Wat een verschil in weer deze dag. De zon scheen eens voor de verandering. Tijd om de bezienswaardigheden rond Jasper te gaan bezoeken. Om half tien reden we eerst naar een uit- zichtpunt waar we zicht hadden op de bergen rondom het plaatsje waaronder Mount Pyramid. We kunnen ons voorstel- len waarom zoveel mensen hier naar toe komen, want er was

er prachtig.
Een paar kilometer verderop lag de Maligne Cany-
on. De Maligne rivier heeft hier een canyon van
zon 55 meter uit de rotsen gesleten. De canyon is
maar een paar meter breed. Er waren samen met
ons nog veel andere toeristen op het spektakel
afgekomen. Toch was er voldoende gelegenheid
om dit natuurgeweld rustig te bekijken.
Langs de Maligne Lake Road reden we langs het
prachtige Medicine Lake naar Maligne Lake. Dit
was een toeristenval eerste klas. Het was er gru-
welijk druk en we voelden ons echte jonkies. De gemiddelde leeftijd van de bezoekers bleek ongeveer 120 jaar te zijn. Iedereen komt hier voor een boottocht naar het mys-

page11image6890016 page11image6890224

Canada 2005

Pagina 12

page12image9097920 page12image6891056 page12image6888976

terieuze Spirit Island. Wij ook dus. Na een lunch scheepten we, samen met zo n veer t ig ander en in, in een bootje dat ons in drie kwartier over het meer naar Spirit Island bracht. De zon liet het tijdens

dit tochtje wat afweten. Spirit Island is het meest gefotografeerde eiland van Canada terwijl het niet eens een eiland is, maar een landtong. Blijft dat de bomen op het groe- ne stukje in het turkooizen kleurig water met de Rocky Mountains op de achtergrond, eenprachtigplaatjeopleverde.Er werdenheelwat fotosgemaakt,ookdoor ons.Opde terugweg, stopten we bij Medicine Lake waar we een vijftal berggeiten troffen die ge- willig op de foto gingen terwijl ze onverstoorbaar door graasden.

Weer terug in Jasper was het eerst tijd voor wat boodschappen. We von- den een kleine supermarkt waar we al onze inkopen deden. Na een stop bij deliquer storevoor Ronsbrood- nodige alcohol en wat vocht voor ons campertje, reden we naar de Jasper Tramway. Om 16.45 uur werden we door het gondelt j e zo n 936 met er de hoogte in getrokken naar een sta- tion op Mount Whistlers. Bij dat station hebben we een hele tijd

staan kijken naar een marmot. Nicky heeft heel wat pogingen gedaan om het beest in de lens te laten kijken, maar daar wilde de marmot niet aan meewerken. Restte ons nog de klim naar de top van Mount Whistler. Dat betekende een hoogteverschil van 180 meter overbruggen. Op zich niet zo veel, maar het ging wel
erg stijl. Bikkels als we zijn, haalden we de top hoewel we
wel harder hijgden als een stoomlocomotief. Op een hoogte
van 2365 meter, zaten we boven de boomgrens tussen de
alpine begroeiing en de laatste resten sneeuw. Het uitzicht
over Jasper en wijde omgeving was de klim meer dan waard.
We konden zelf s Mount Robson zien liggen die zon 70 kilo-
meter verderop lag. Na de afdaling werden we door het
gondeltje weer naar beneden gebracht waar het met 23
graden toch een stuk aangenamer was dan boven op de
berg.
Pas laat waren we weer terug op de camping. Bij het dump-
station leegden we de vuilwatertanks en vulden de schoon-
watertank. Daarna hebben we eerst gegeten voordat we de
douches weer opzochten. Dit keer zonder plattegrond. Na

page12image6891680 page12image6891888

Canada 2005 Pagina 13

page13image9107136

wat potjes Yahtzee was het om een uur of half elf bedtijd.

Weer: regen
Aantal gereden kilometers: 
232

Vrijdag 15 juli 2005

Route: Jasper Lake Louise

Het plan voor deze dag was om slecht s zo n der t ig kilo- meter te rijden naar een camping bij de Athabasca Falls waar we ons campertje aan de stroom konden leg- gen. Diverse apparaten moesten nodig opgeladen wor- den en ook hadden we al twee dagen onze laptop niet kunnen gebruiken. Het plaatsje Athabasca bleek ech- ter helemaal niet in de buurt van de waterval te liggen, maar enkele honderden kilometers noordelijker. Pech dus. Maar omdat we toch bij de watervallen waren, be-

page13image6892304

sloten we die te gaan bezoeken ondanks dat het flink regende. Het weer zat ons niet bepaald mee deze vakantie. De watervallen waren echter prachtig, regen of niet. De Athabasca rivier perst zich door een nauwe canyon enkele tientallen meters omlaag. We besloten deze dag door te rijden naar Lake Louise, het eerste plaatsje met een RV park met hookups. De route liep over de fameuze Icefields Parkway. Volgens de boeken is dit het mooiste stukje van de Canadian Rockies. Mooi was het zeker. De weg loopt hier door machtige bergen met af en toe een kristalhelder meer of woeste rivier. Het was er ook druk met verkeer. Het enige nadeel was het weer. De bergen lagen veelal in een wolk van mist en we hadden bijna de hele route de ruitenwissers aan vanwege de regen die maar niet wilde

ophouden.
Rond het middaguur kwa- men we aan bij de Colum- bia Icefield, een gletsjer die toegankelijk is voor zogenaamde snowcoaches, grote bussen met heel grote banden die zo het ijsveld oprijden. Bij het bezoekerscentrum was het een drukte van jewel- ste. We besloten om geen tour teboekeninzon snowcoach omdat we alle- bei al meerdere keren op een gletsjer hadden ge- staan en het weer gewoon te slecht was. In plaats

page13image6892720

Canada 2005 Pagina 14

page14image9106752

daarvan besloten we zo snel mogelijk door te rijden naar Lake Louise. Daar was slechts één camping met hookups voor campers en we wisten dat die erg snel volgeboekt zou zijn. We reden daarom voorbij aan enkele prachtige uitzichtpunten waar we anders ze- ker voor gestopt zouden zijn. Om 02.15 uur reden we het plaatsje binnen. De camping vonden we direct. Daar stond een lange rij campers voor de ingang te wachten. Het duurde maar liefst drie kwartier voordat we bij de kassa waren. Gelukkig was er nog

een plaatsje voor ons over, maar we waren wel één van de laatste die op de camping terecht konden. Achter ons zagen we iedereen omkeren omdat het helemaal volgeboekt was. We besloten twee nachten te blijven. Nadat de eer- st e accu s aan de st r oom war en gelegd, liepen we naar het plaatsje om nog wat inkopen te doen en om een bezoek te brengen aan het bezoekerscentrum. Die laatste was één van de mooiste die we ooit gezien hebben. Behalve veel informatie was er ook een hele exposi-

tie over de geschiedenis van Lake Louise en het ontstaan van de gletsjers etc. Na een kop cappuccino liepen we weer terug naar de camper waar we de laptop weer konden gebruiken.Wewarenderest vandeavonddrukmet het overzettenvanfotosenhet bijwerken van dit verhaal.

Zaterdag 16 juli 2005

Weer: regen
Aantal gereden kilometers: 
35 Route: Lake Louise

Al vroeg op vandaag want we wilden veel gaan doen en zien. Al om iets over negenen re- den we ons campertje de weg op richting Moraine Lake. Volgens de boeken moest dit het mooiste meer in de Canadian Rockies zijn. We werden niet teleurgesteld. De zon brak door en het meer lag er

prachtig bij met op de achter- grond de vallei van de tien top- pen. Het water van het meer was blauwgroen en omdat er weinig of geen wind was, keken we naar een rimpelloos water- oppervlak waar de sparren en de bergtoppen zich schitte- rend in spiegelden. Het tocht- je langs de oever van het meer duurde meer dan een uur om-

page14image6890432 page14image6892928

Canada 2005

Pagina 15

page15image9098880 page15image6898496

dat we steeds weer stilstonden om te fotograferen of te filmen. Omdat we redelijk vroeg waren, was het er ook niet druk.
Dat was wel anders bij onze volgende stop; Lake Louise. Bij onze aankomst werden we door een mannetje naar een bepaalde parkeerplaats verwezen en we zagen de andere toeristen met bussen tegelijk worden aangevoerd. Ook

dit meer lag er prachtig bij al vonden we allebei Moraine Lake mooier. Een andere attractie hier was ook het Chateau Lake Louise. Dat is een

super-de-luxe en gruwelijk duur hotel. Veel bezoekers namen een kijkje in dit paradijs van overdaad en luxe. Wij ook. Van buiten is het hotel spuuglelijk. Binnen was dat an- ders. Er waren allerlei winkeltjes en in de lobby zat een heuse harpiste te spelen. We waren echter niet voor het hotel geko-

men, maar voor een flinke wandeling. We
hadden beslot en de Plain of six glacier s
trail te gaan lopen. Een veld met uitzicht
op maar liefst zes gletsjers leek ons wel
wat. De afstand van 5,5 kilometer enkele
reis viel mee. Dat dachten we tenminste.
We waren een uur onderweg en hadden
net onze broodjes op gegeten, toen het
hard begon te regenen. Dat gebeurde van
de ene op de andere seconde. Gelukkig
hadden we regenkleding mee. Toch werd de tocht naar boven een beproeving omdat het bleef regenen. Het pad, dat toch al niet al te best was, werd een heuse rivier die het vele regenwater afvoerde. Na een dik uur bereikten we kletsnat het theehuis op de vlakte. Van die vlakte was door de mist nauwelijks meer iets te zien zodat we meteen het theehuis indoken. Een kop hete soep, thee en chocolademelk deed ons weer een beetje bijkomen. Na een uurtje besloten we weer naar beneden te lopen omdat het toch bleef regenen. Gelukkig hield het op een gegeven moment op en begon de zon

zelfs weer te schijnen. Dat duurdetot zontienminuten voor de parkeerplaats. Toen kregen we een gigantische stortbui over ons heen waar- door we wederom kletsnat wa- ren. We reden naar het dorpje om te tanken. Op de camping werden de vuilwatertanks weer geleegd en het drinkwater aan- gevuld. De rest van de dag hing ons campertje helemaal vol met natte kledingstukken in een po- ging die weer droog te krijgen.

page15image6899744 page15image6899952

Canada 2005 Pagina 16

page16image9098304

Deavondverliepzoalsdemeesteanderen;fotosoverzetten,etenenhet dagboekbij- werken. Buiten bleef het regenen.

Zondag 17 juli 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
66 Route: Lake Louise - Banff

Gedur ende de nacht hield het op met r egenen. T oen we s mor gens r ond een uur of acht wakker werden was het droog en waren er zelfs stukken blauw aan de hemel te zien. Dat het veel geregend had was buiten te zien aan de grote plassen en aan Nicky die s nachts wakker was geworden met het idee dat de camper was weggedreven. Vandaag stond er een kort ritje naar Banff op het programma. We kozen voor de 66 kilometer de Bow Valley Parkway omdat die mooier zou zijn dan de drukke Highway 1. Het land- schap onderweg was inderdaad schitterend, maar de wilde beesten die er veel zouden moeten zitten, lieten zich niet aan ons zien. We stopten onderweg niet om zo vroeg als mogelijk bij de enige RV-camping met hookups in Banff te zijn. Om iets over tienen stonden we al aan de poort van het Tunnel Mountain RV-park. Plek was er genoeg en even later stond ons campertje aan de stroom, het water en hadden we een afvoer naar de riolering. Enig nadeel waren de vele muggen die er bij onze standplaats zaten.

Op weg naar de camping waren voorbij erg rare steenformaties gekomen die ze de hoodoos noemen. Die wilden we wat nader gaan bekijken, maar ze bleken verder weg dan gedacht. Meer iets voor de volgende dag met de auto. Het was ondertussen be-

hoorlijk warm geworden en Nicky had een nylon regenbroek aan. Tijd dus om weer terug naar het campertje te lo- pen om iets luchtigers aan te trekken. Gehuld in korte broek en T-shirt liepen we daarna naar het stadje. Dat was goed te doen in een half uurtje. Banff is een echt toeristenstadje met de ene souvenirwinkel na de andere. We beslo- ten eerst wat te eten in een food-

cour t ; lekker en goedkoop. s Middags zijn we langs vele winkeltjes naar het super-de-luxe Banff Springs hotel ge-

lopen. Nadat we ons vergaapt hadden aan alle dure dingen in de vele winkeltjes, dron- ken we wat in een bar in het hotel.
Het volgende doel waren de Bow Falls die vlak bij het hotel waren. Vergeleken met de watervallen van de vorige dagen, was dit een minuscule, maar er was veel publiek op af- gekomen. Langs de oever van de Bow rivier liepen we terug naar het stadje. Daar be- zochten we de mooie tuin van het Canada Place. Via allerlei winkeltjes liepen we weer naar het foodcourt waar we eerder hadden gegeten voor een pizzapunt bij wijze van diner. Dat scheelde weer een keer koken in het campertje.

page16image6898704

Canada 2005 Pagina 17

page17image9109056

In een luxe internetcafé lazen we onze mailtjes bij waarna we de bus naar de camping pakten. Daar waren helaas nog teveel muggen om lekker buiten te kunnen zitten. Erg
j ammer nu het weer eens een keer meewer kt e. Ron z n bollet j e wer d weer eens kaalge- schorenennatuurlijkmoestendefotosweer opdelaptopwordengezet.

Maandag 18 juli 2005

Weer: zonnig en licht bewolkt
Aantal gereden kilometers: 
29 Route: Banff

Grote verrassing; voor de 2dag achter elkaar mooi weer. De zon scheen al flink toen we wakker werden. Deze dag ondernamen we de uitgestelde tocht naar de Hoodoos. De merkwaardige stenen pilaren, het resultaat van wind-
en watererosie, lagen lekker in de zon. De vallei waar-

door de rivier de Bow stroomt, was met dergelijk weer opznmooist.Webleveneentijdjerondhangen en genoten van het prachtige landschap. Dat Banff zoveel toeristen trekt, is niet verwonderlijk.
Weer terug op de camping, koppelde Ron het camper-

tje los van alle lei-
dingen zodat er mee
gereden kon worden. Er moesten namelijk boodschap- pen in het stadje worden gedaan. We sloegen bij de Safeway weer veel in, waaronder een grote doos met zes enorme cinne-
monrolls. Elke roll
genoeg voor een

complete maaltijd. Het viel ons sowieso op dat men
hier in de supermarkten zoveel grote verpakkingen
heeft. Je zult hier een éénpersoons huishouden voe-
ren. Heb je mooi pech met al die reuze verpakkingen.
Daarna reden we naar de oevers van Lake Minnewan-
ka om te lunchen en wat te gaan lopen. De lunch was
een eerder genoemde cinnemonroll waardoor we allebei meteen helemaal vol zaten. Al

die calorieën moesten er natuurlijk af en daarom besloten we een flink eind te gaan lopen. De oevers van het meer waren grillig met grote rotsblokken waarop sparren groei- den. We ontmoetten er een Nederlandse fa- milie die op familiebezoek in Canada was. Ze waren jaloers op onze drie maanden. Toen Ron op een gegeven moment even ging zitten om een chocoladereep te eten, kreeg hij di- rect gezelschap van een brutale eekhoorn die

page17image6900576 page17image6900368 page17image6900784 page17image6900992

Canada 2005

Pagina 18

page18image8925952 page18image6877376

ook wel trek had in een stukje. Het beestje kroop zelfsopRonznbenenenarmen.Altijdgoedvoor een aantal fotos.Naeentijdjekwamenweuit bij deSte- ward Canyon waar het riviertje de Steward naar het meer loopt en, in misschien wel miljoenen jaren, een diepe canyon in de rotsen heeft uitgesleten. Het had wel iets weg van het Kanaal van Korinthië zo met die steile, hoge wanden. Op de weg terug troffen we op

een berghelling nog een klein rotsgeitje aan. Het beestje stond moederziel alleen op de helling en keek ons net zo nieuwsgierig aan als wij hem. Onze laatste bezienswaardig- heid van deze dag was Bankhead, een spookstadje. In het begin van de 20eeuw was het stadje een bloeiende gemeenschap waar steenkool werd gewonnen. Toen dat in 1922 niet meer rendabel bleek, werden de huizen allemaal naar Banff verplaatst zodat een spookstad overbleef.

Op de camping konden we deze dag buiten zitten dankzij een spuitbus vol met anti muggenspul. sAvondsmoestendefotosnatuurlijkweer opdelaptop.

Dinsdag 19 juli 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
17 Route: Banff

s Nachts hoorden we regen op het dak van de
camper kletteren. Dat voorspelde niet veel
goeds, maar toen we tegen half tien wakker
werden, scheen de zon. Na een ontbijt met
zacht gekookte eitjes, reden we naar de
Banff Gondola. Dat is een kabelbaan die de
mensen die daar CAD 22, 50 voor over heb-
ben naar de top van Sulpher Mountain op
2285 meter brengt. Wij hadden dat bedrag
er voor over en slechts 8 minuten later stap-
ten we bij het bovenste station uit. Daar konden we, samen met enkele honderden an- deren, genieten van het weidse uitzicht over de vallei van Banff. Vanwege het zonnige

en helder e weer , konden we zo n 80 kilomet er ver weg kijken. Het leukst bleven echter de dingen dichterbij die we inmiddels herkenden zoals het Banff Springs hotel, Canada Place en Banff Avenue. Zelfs onze camping zagen we liggen. Ook leuk waren de berggeiten die zich bij het station hadden verzameld, kien op stukjes eten die de bezoekers, tegen de regels in aan hen gaven. Nicky had het weer voorzien op de eekhoorns en chipmunks zie er

page18image6877168 page18image6877584

Canada 2005 Pagina 19

page19image9105792

zaten. Nadat we wat waren uitgewaaid, dronken we een kop koffie of thee in het res- taurant daar. Op het observatiedek zagen we dat de afstand Banff Amsterdam maar liefst 7.248 kilometer betreft. We zijn heel erg ver van huis, letterlijk dan. Eenanderebezienswaardigheidishet weerstationuit 1903opSansonsPeakdat vanaf de Sulpher Mountain te bereiken is door een uitstekend pad. Ene meneer Sanson be- klom de ruim 2300 meter meer dan 1000 keer om metingen te verrichten. Zijn hut op de top van de berg is gerestaureerd en gaf ons een aardig kijkje op zijn verblijf daar boven.

Na een snelle lunch in de camper bezochten we de Cave & Ba- sin. Dat is een gerestaureerd badhuis uit het begin van de 20eeuw. De baden stonken behoorlijk naar zwavel, maar dat was de reden dat de baden vroeger zoveel bezocht werden. Men hechtte er een geneeskrachtige werking aan. Nu mag er niet meer worden gezwommen. Wij bekeken er een film over de ontdekking van de warmwaterbron en daarmee het ont- staan van Banff en het nationale park.

Als afsluiting van het actieve deel van deze dag liepen we de
Marsh Loop, een wandeling door een moerasachtig deel langs
de Bow rivier. Dat gaf weer een heel andere kijk op Banff,
dat je toch vooral met hoge bergen associeert. Ondanks het
feit dat het er stikte van de muggen, genoten we van de rus-
tige wandeling. We waren er bijna de enige mensen, wat in de rest van Banff niet ge- zegd kan worden.

Weer terug op de camping hebben we geapperitiefd met een drankje en wat chips en druiven. Het diner bestond vandaag uit een maaltijdsoep en knoflookbrood. Met dat brood ging het lichtelijk mis, omdat het verbrandde in de oven en de hele camper in

page19image6901200 page19image6901616

Woensdag 20 juli 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
113 Route: Banff - Calgary

Na drie dagen meenden we wel genoeg van Banff te hebben gezien en vertrokken we voor onze volgende bestemming; Calgary, de grootste stad tot nu toe op onze reis door

een blauwe walm zette. De rest van de avond moesten de ons onderko- men luchten om de ergste stank weg te krijgen.

Canada 2005 Pagina 20

page20image9101760

dit prachtige land. De weg er naar toe kon niet gemakkelijker. Net buiten Banff reden we Highway 1 op en die verlieten we op 200 meter voor de camping in Calgary. Ron had, zodra hij op de snelweg zat, de cruise control ingesteld op 90 kilometer per uur en die inst elling kon hij de hele weg, meer dan 100 kilomet er , handhaven. Da s pas ont spannen rijden.

Om half twaalf reden we het terrein van de West Calgary Campground op. Dat bleek een grote camping met veel faciliteiten, maar peperduur! We moesten maar liefst 34 dollar betalen voor een standplaats met elektriciteit en water. Full Hookup kostte zelfs 39 dollar. Dat was 10 dollar meer dan de duurste camping tot nu toe.

Al voor dat de camper op z n plek st ond, zat de eer st e lading wasgoed al in de wasma- chine. Het was bijna twee weken geleden dat we de was hadden gedaan en veel schoon goed hadden we niet meer op voorraad. Ook het beddengoed kon wel een wasbeurt ge- bruiken. Terwijl we lunchten en lekker in het zonnetje zaten, deden we twee machines

was die meteen daarna gedroogd werd in een wasdroger. Wel lekker, weer schoon wasgoed. Tegen half drie liepen we naar het Canada Olym- pic Park dat een paar kilometer van de camping aflag. De enige weg er naar toe liep langs Highway 1 en die is niet echt geschikt voor voetgan- gers. Het gemotoriseerde verkeer raasde langs ons hen toen we daar liepen. Niet echt prettig. Voor CAD10 kochten we kaartjes voor het

park. We bezochten er onder andere de Hall of Fame waar Yvonne van Gennip nog werd vernoemd. De attractie van het park was voor ons toch wel de 90 meter hoge springschans waar Eddy the Eagle nog van afsuisde tijdens de Olympische winterspelen van 1988. Gelukkig hoefden we het hele eind naar boven niet zelf te klimmen, maar was er een stoeltjeslift. De schansspringers moeten ware durfals zijn geweest. Toen we van bovenop de schans naar beneden keken, konden we alleen maar bewondering hebben voor deze lui. Na een drankje bezochten we nog het wat gebouwen op het terrein voor- dat we weer terug liepen naar de camping. Daar was het nog heerlijk om buiten te zit-

t en. Zelf s de lapt op ver huisde naar buit en en nat uur lij k dineer den we alf r esco zoals de Amerikanen buiten eten noemen. Tot over tienen zaten we achter de laptop voor de f ot o s, het dagboek en een paar spellet j es har t enj agen.

Donderdag 21 juli 2005

Weer: bewolkt
Aantal gereden kilometers: 
Route: Calgary

Deze dag stond downtown Calgary op ons programma. Het werd ons gemakkelijk ge- maakt want vanaf de camping reed een shuttlebusje naar het hart van de stad. Voor 8

page20image6901824

Canada 2005 Pagina 21

page21image9100608

dollar mochten we mee. Binnen 20 minuten stonden we in de stad. We hadden ons voor- bereid en wisten wat me niet mochten missen. Dat waren onder andere de Devonian Gardens. Het bijzondere aan deze tuin is dat ie op de 4etage van een kantoorflat is gelegen. Hoewel dus helemaal binnen, is de tuin toch zodanig groot dat er ruim een kilo- meter aan wandelpaden in is aangelegd. De tuin was goed onderhouden en erg mooi. Toen we genoeg gezien hadden, gingen we op zoek naar een koffietentje voor de brood- nodigecafeïne.Ineenfoodcourt vondenwezontentje.Webesteldenieder eencap- puccino die zo gruwelijk sterk was dat vele zakjes suiker en veel melk het spul niet te drinken maakte. Nicky moest er prompt van naar de WC.

Na deze bak teer liepen we een route door de stad zoals die op een plattegrond stond aangegeven die we hadden gekregen. Calgary is geen gezellige stad. Alles is er, maar sfeer ontbreekt er gewoon. Het lijkt wat dat betreft veel op Eindhoven. De binnenstad

is vergeven van de wolkenkrabbers. Een leuk gedeelte van de Eau Claire Market aan de noordkant van de binnenstad. Daar had je wat terrasjes bij een park. Ron vond er in een win- kelt j e z n lang gezocht e baseballpet j e met een Canada- embleem.

Via Chinatown liepen we naar de Calgary tower die met 194, 5 meter lang niet meer het hoog- ste gebouw van de stad is. We kochten kaart- jes voor het panoramadek en een lift bracht

ons in no time naar boven. Grappige daar was dat er een deel was met een doorzichtige bodem. Veel mensen durfden niet op dat deel te gaan staan. Wij wel natuurlijk. Van bo- ven zagen we hoe veel ruimte er in Calgary was ingeruimd voor parkeerplaatsen. In elk blok kon je wel ergens je auto kwijt. Dat zou iets voor Nederland zijn, maar wij hebben helaas niet zoveel ruimte als hier. Ook hadden we een mooi zicht op het festivalterrein van de jaarlijkse stampede met de Saddledome.

Na een half uurtje boven te zijn geweest, hadden we onderhand honger en gingen we terug naar de eerder genoemde foodcourt. Een
sandwich voor Nicky, sushi voor Ron. Voldaan
gingen we daarna op zoek naar de openbare

bibliotheek om te kunnen internetten. Voor 2
dollar mochten we een uur van een computer
met een snelle verbinding gebruikmaken. Daar
kan geen internetcafé tegenop. Met alle e-mail
weer beantwoord en op de hoogte van het we-
reldnieuws, liepen we daarna naar Fort Calgary.
Hier is de stad in 1885 begonnen. Toegang tot
het museum kostte 10 dollar en dat vonden we teveel. Gelukkig was er buiten ook e.e.a. te zien zoals een replica van het fort en voor Nicky de inmiddels gebruikelijke eek- hoorns.

Weer terug in de stad, dronken we bij Brewsters een huisgebrouwen pilsje op het ter- ras. Omdat de shuttlebus ons pas om 18.20 uur op zou komen halen, hadden we nog wat

page21image6902032 page21image6902240

Canada 2005 Pagina 22

page22image9104640

tijd te spenderen en omdat we de stad wel genoeg gezien hadden, gingen we nog maar een keer in de Calgary Tower.
Om iets voor zevenen waren we weer terug op de camping. Daar hadden we een magne- tron zie staan die mooi de lasagne voor ons kon warm maken. Een magnetron misten we echt in ons campertje, maar zo ging het ook. Na het eten was het computeren en dou- chen.

Vrijdag 22 juli 2005

Weer:s morgens zonnig, s middags regen
Aantal gereden kilometers: 
266 Route: Calgary - Radium

Genoeg grote stad voor eventjes en tijd om weer de natuur in te gaan. We hielden er rekening mee dat we deze avond op een primitieve camping ergens in het Kootenay NP zouden staan en daarom werd het drinkwater aangevuld en de vuilwatertanks geleegd. Ook was het weer tijd voor een tankbeurt en het aanvullen van het propaangas. Dat bleek erg goedkoop te zijn. Gelukkig maar want onze koelkast wilde nog steeds niet op stroom werken. Als laatste taak voordat we weer op weg konden, deden we boodschap- pen bij een grote Saveway in Calgary en kocht Ron in een liquer store een 4-liter zak witte wijn.

Weer helemaal bijgetankt en volgeladen vertrokken we voor het Kootenay NP. Daar- voor moesten we weer terug naar Banff en vandaar uit weer terug over de Bow Valley Parkway. Een straf was dat niet. Het zonnetje kwam er door en het landschap was schitterend. Bovendien konden we nu alsnog naar de Johnston Canyon. Die hadden we op onze vorige reis naar Banff overgeslagen vanwege tijdgebrek. Nu hadden we tijd genoeg. Dat hadden ontelbare anderen kennelijk ook, want het was er berendruk. Met moeite kon Ron de camper parkeren bij een lodge. De wandeling langs de rivier de Johnston was gemakkelijk en heel erg mooi. Men had de moeite genomen om een beton- nen wandelpad langs de bergwand te maken waardoor we de hele trail de rivier onder-

langszagenstromen.Wemaaktenheelwat fotosendevi- deocamera maakte overuren. Bij de lagere watervallen was een tunneltje waar je, aan het einde daarvan, een prachtig uitzicht had op de waterval en er zo dicht bij stond dat je zelfs nat werd. De trail liep verder naar de bovenste wa- terval en die wilden we natuurlijk ook zien.

We waren er bijna toen Nicky de lensdop van haar telelens liet vallen. Het ding stuiterde een keer op de pad en viel vervolgens de diepte in. Nicky wilde het ding desondanks toch gaan halen. Ron kon niet voorkomen dat ze niks van de waterval zag en toch over de hekken klom om het stukje plastic te gaan halen. De helling was echter zo steil dat het gewoonweg niet wilde lukken. Met tegenzin klom Nicky met veel moeite weer omhoog en liet het ding wat het was. Weer terug bij de camper, hadden we allebei behoorlijk

page22image6902448

Canada 2005 Pagina 23

page23image8923648

wat honger. Het was op de parkeerplaats echter zo druk dat we er voor kozen verder te rijden en even verderop iets te zoeken voor de lunch. Dat vonden we op een parkeer-

plaats langs Highway 93 bij Boom Lake. We hadden heerlijke muffins gekocht die er in gingen als koek.
Het plan was om voor deze dag een camping te zoeken in de buurt van Marble Canyon in het noorden van het Kootenay NP, maar door hevige bosbranden in 2003 was deze gesloten. Daardoor waren we genoodzaakt verder door te rijden omdat er in de buurt geen andere camping was. Dat deden we dus maar. We

stopten onderweg nog bij Fireweed, waar de grens ligt tussen Alberta en British Co- lumbia en waar een korte trail liep met informatie over de grote brand in 1968. De tweede stop deze middag was bij de Paint Pots; bronnen waar een okerkleurige grond is die door de indianen werd gebruikt als grondstof voor rode verf. De verfpotten waren leuk maar niet meer dan dat.

Rond een uur of vier kwamen we aan bij de camping bij McLeod Meadows. Deze camping was erg basic. Er was geen stroom, geen douches, zelfs geen receptie. We vonden het allebei niks, en besloten door te rijden naar Radium, even verderop. We waren net voor Radium toen het hard begon

page23image6877792 page23image6878000

te regenen. Dat hadden we niet verwacht nazonmooie dag. We vonden een plaatsje voor 2 nachten op camping Redstreak waar alle voorzie- ningen waren. Helaas moes- ten we een hele tijd in ons campertje blijven vanwege de regen. Gelukkig werd het

s avonds droog. We besloten toch maar te gaan Yahtzee- en in de camper.

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
0

Zaterdag 23 juli 2005

Route: Radium

Deze dag zouden we in Radium blijven, dus was er geen haast met opstaan. Na het hele ochtendritueel was het kwart over tien en liepen we de 2,3 kilometer naar de Radium Hot Springs.Het plaatsjedankt znbestaanaandezewarmwaterbronnen.DeHot Springs kent 2 baden. Eentje gevuld met water van 29 graden en eentje met een

Canada 2005

Pagina 24

page24image8933312 page24image7004288

lekkere temperatuur van 38 graden. Het gekke van het water, dat licht radioactief is, is dat je er bijna niet onder komt. We probeerden de bodem van het drie meter diepe bad te bereiken, maar moesten moeite doen om de bodem aan te raken. Verder zaten er allerlei mineralen in, zodat we wel gezond moeten worden en bovendien vanavond licht gaan af- geven. We bleven een kleine 2 uur in de baden waar bij het koude bad

met het warme bad afwisselden. Nadat we helemaal schoon geweekt waren, aten we een hotdag om deze dag niet alleen maar gezond door te brengen.
We liepen hierna naar het dorp. Onderweg liepen we door de Sinclair Canyon die net genoeg plaats biedt aan de weg die uit het Kootenay NP komt. Tegen de tijd dat we het dorpje bereikten, was het tijd voor een drankje. We vonden een leuk terrasje bij een Oostenrijks aandoend restaurant. Zelfs de muziek was Oostenrijks en men schonk er Duits bier. Omdat we er toch zaten aten we ieder nog een salade om ons slechte gewe- ten over die hotdog te sussen.

Het dorpje stelt helemaal niks voor. De gewoonlijke motels, benzinestations en fast- foodrestaurants vormen er het straatbeeld. We liepen er even het bezoekerscentrum in waar ze een leuke tentoonstelling hadden over de indianen die hier vroeger leefden. Daarna moesten we terug naar ons campertje. Achter het bezoekerscentrum liep een kort pad naar de camping hadden ze daar gezegd. Wat ze vergeten waren te zeggen is dat het pad een stijgingspercentage van 600% had. We waren allebei bekaf en weer helemaal bezweet toen we uiteindelijk boven op de berg stonden. Daardoor hielden we ons de eerste tijd even rustig en zaten, goed beschermd tegen de muggen, buiten wat telezen.Natuurlijkmoest er gekookt worden,defotosopdelaptopgezet enhet dag- boek wor den bij gewer kt . Ook Ron z n har en gingen er weer aan.

Zondag 24 juli 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
143 Route: Radium - Golden

Omdat we het in Radium wel gezien hadden, ver- plaatsten we ons maar weer eens een keer. Dit keer was het plaatsje Golden onze bestemming. Golden ligt vlak bij het Yoho NP en ligt op zo n dikke 100 kilometer van Radium. Om kwart over tien reden we weg van de camping nadat we onze vuilwatertank nog eens hadden geleegd.

We waren nog maar net op weg toen Nicky langs

page24image7004496

Canada 2005

Pagina 25

page25image8937344 page25image7004912

de weg twee Whitetail deer mannetjes op een open plek in het bos zag staan. Ron keerde de camper zo snel als mogelijk en daardoor konden we de twee beesten, die ieder een groot gewei droegen, nog goed konden zien en vastleggen voor het nageslacht.

De weg naar Golden was prachtig en liep door het
dal waar de Columbia rivier door heen stroomt.
Tegen twaalven reden we Golden binnen en
maakten eerst een stop bij het bezoekerscentrum. Daarna reden we door naar de Whispering Spruce campground. Dat was een camping met alle faciliteiten. We kozen voor een full hookup, maar sloten ons campertje nog niet aan omdat we deze middag nog met het ding gingen rijden.

Naeensimpelelunch,redenwenaar het KickingHorseMountainResort opzon3kilo- meter buiten golden. Behalve dat je daar met een gondel naar boven kon, was er ook een grizzly bear refuge. Een grizzlybeer wilden wij wel zien. Voor 43 dollar kochten we

kaartjes en omdat we nog niet bij het refuge terecht konden, gingen we eerst met de gondel naar 2600 meter omhoog. Anders dan bij de eerdere gondelritjes die we hadden gemaakt, was het uitzicht hier magertjes. Natuurlijk waren er prachtige bergen, maar we waren inmiddels verwend en bovendien waaide er een koude wind. Na een kwartiertje hadden we het daarboven wel gezien en reden we weer omlaag, de warmte

tegemoet.
Weer beneden dronken we wat waarna we in een stoeltjeslift stapten die ons in een kwartiertje naar het grizzly bear refuge bracht. Toen we uit de lift stapten werden we al meteen aangevallen door ontelbare muggen. De hele tijd dat we daar verbleven, zou- den we veel last blijven houden van die rotbeesten. Gelukkig zagen we ook waar we voor gekomen waren, Boo, de grizzlybeer. Boo is een drie en een halfjarige grizzlywees die in een soort van reservaat woont en wordt bestudeerd. Dat reservaat is behoorlijk groot en daarom hadden we geluk
dat we de beer zagen. Het beest kan
zich gemakkelijk verschuilen in de
weelderige begroeiing van het reser-
vaat. Toen we aankwamen, was Boo
aan het spelen in een poel, maar
rende spoedig het bos in. Daarna was
het even zoeken totdat Nicky de
beer bij het hek waarnam, een heel
eind van de meeste bezoekers van-
daan. Hier hadden we de beer voor
onszelf. Natuurlijk werd er druk

page25image7005120 page25image7005328

Canada 2005 Pagina 26

page26image9059904

gefotografeerd en gefilmd.
Weer beneden vonden we bijna alles gesloten en besloten we naar het stadje terug te rijden. Daar was namelijk nog een bijzondere houten voetgangersbrug te zien en die moest natuurlijk op de foto. Weer terug op de camping hebben we wat gedronken als aperitiefje. Omdat het gehakt nog steeds bevroren was, waren we genoodzaakt onze geplande spaghetti naar morgen te verplaatsen. In plaats daarvan werd het een soepje, een ei en een boterham met Nutella.
De hele avond was het nog lekker weer en hebben we buiten gezeten. Daar werden nog enkele potjes Yahtzee gespeeld.

Maandag 25 juli 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
163 Route: Golden Yoho NP v.v.

Vertrokken om 10 over 10 om het Yoho NP te gaan bekijken. De eerste stop in het nationale park was bij de Wapta Falls. Om daar te komen, moesten we met het campertje eerst een 2 kilometer lange gravelroad af en daarna nog een klein half uurtje lopen. De waterval in de Kicking Horse rivier was echter deze moeite meer dan waard. Deze waterval moet het niet van z n hoogt e hebben, want met een verval van 30 meter is hij in Canada een klein- tje. Wat hem zo spectaculair maakte was het volume van het water dat naar beneden don- derde. Door de grote hoeveelheid water die naar beneden viel, was er veel waternevel. Wat de waterval ook zo leuk maakte was dat we hier helemaal alleen waren. In Europa zouden bij een waterval van dit kaliber erg veel attracties zijn gemaakt. Hier waren we alleen met dit fraai staaltje natuurgeweld.

In het enige plaatsje in het park, Field tankte we benzine en pauzeerde we even. Daar- na waren de Takakkaw Falls aan de beurt. Voordat we die konden bewonderen, moesten

we een smalle en steile weg op. Onderweg stopten we nog om Spiral Mountain te zien. Dat is een berg waar- in een spoorweg een spiraal maakt om binnen redelijke grenzen toch veel aan hoogte te winnen. We zagen wel een trein, maar de in- en uitgang van de tunnel was door de begroeiing niet zichtbaar. Het spectaculair- ste deel van de weg naar de waterval waren twee haarspeldbochten die zo krap waren dat we de

page26image6902864 page26image6903072

Canada 2005

Pagina 27

page27image8972032 page27image7004704

tweede niet in één keer konden halen en Ron de camper een keer moest steken om verder te kun- nen. De Takakkaw Falls zelf waren ook de moeite waard. Hier speelde de hoogte wel een rol. Het water van het Waputik ijsveld valt hier maar liefst 254 meter omlaag. Het was niet gek dat er zoveel volk op af kwam en het was er dan ook een drukte van belang. Ter plekke gebruikten we ook onze lunch aan één van de vele picknicktafels die er stonden. Daar kwam een brutale eekhoorn op af die

rustig bleef schooien terwijl hij of zij werd gefilmd.
De volgende stop deze dag was een natuurlijke brug die de Kicking Horse rivier uit de rotsen heeft uitgesleten. Door de kracht van het water zijn de rotsen van onderen uit weggesleten wat het idee van een brug heeft opgeleverd. We waren er net, toen er maar liefst drie bussen met toeristen werden gedropt. Toen was het zo druk, dat we maar zijn gegaan.
Emerald Lake ligt prachtig tussen de hoge toppen van het Columbia gebergte. Omdat het water van enkele gletsjers komt, is het
water turkoois van kleur en lijkt daarmee erg
veel op Moraine Lake. Omdat het hier druk-
ker was, vond het deze laatste toch nog het
mooiste van de reis tot nu toe. Op een stei-
ger aan de rand van het meer dronken we
wat fris en keken naar de pogingen van ande-
ren om een kano recht door het water te va-
ren. Dat viel zo te zien nog niet mee. Na een
wandeling langs een deel van het meer, reden
we weer naar Golden naar de camping.
Daar had Ron nog heel wat werk met de
reparatie van de waterslang die gisteren was gesprongen. Toen zijn pogingen het ding te repareren met Ducktape faalden, werd er naar Fraserway gebeld om toestemming te

vragen een andere waterslang te ko- pen. Met verkregen toestemming had- den we even later een splinternieuwe slang en daarmee weer stromend water.

Na het eten zaten we wat te zitten in de camper toen er tot twee keer toe 4 bighorn sheep op de camping kwa- men voorbij gelopen. Die kregen we dankzij alert reageren netjes op foto en film.

page27image7005744 page27image7005952

Canada 2005 Pagina 28

page28image9080768

Dinsdag 26 juli 2005

Weer: zonnig en bewolkt
Aantal gereden kilometers: 
158 Route: Golden - Revelstoke

Vandaag weer een verplaatsing naar twee andere parken; Glacier en Mount Revelstroke NP. We waren vroeg vandaag; 09.20 uur, toen we van de camping afreden en de Highway 1 in westelijke richting opdraaiden. De weg was redelijk rustig en we konden dan ook gemakkelijk stoppen toen Ron twee zwarte beren spotte. Helaas waren ze al weer in de bossen verdwenen voordat het campertje goed en wel langs de weg stil was gezet. Toch tellen we ze mee voor de berenteller. Die staat nu

op tien.
Even verderop reden we het Glacier NP in. Het landschap was
zeker mooi, maar we hadden wat meer sneeuw op de bergen
verwacht. We stopten bij het bezoekerscentrum bij Rogers
Pass. Het was een prachtig centrum met een grote tentoon-
stelling over de geschiedenis van de spoorwegen die hier een
grote rol hebben gespeeld. Buiten stikte het er van de eek-
hoor ns. Reden voor Nicky om weer t alloze f ot o s t e maken.
Even verderop stopten we nog voor de top van de Rogers Pass
en voor de Hemlock Grove Trail. Dat laatste was een
wandelingetje door een oud bos met voornamelijk grote
cederbomen. Verder stopten we niet in Glacier NP.
Tussen het Glacier NP en het Mt Revelstoke NP ligt een stuk
weg van 16 kilometer dat niet tot één van deze parken behoort. Daar troffen we de Albert Canyon Hot Springs. We waren van plan er even te gaan zwemmen, maar de

bronnen vielen wat tegen zodat we besloten door te rijden naar Revelstoke.
In Revelstoke deden we eerst weer wat boodschappen voordat we doorreden naar de camping voor de komende dagen. Deze camping, Lamplighter Campground had een nieuwtje; draadloos breedband Internet. Voor slechts 3 dollar per dag konden we met onze laptop onbeperkt en snel internet- ten. Eerst liepen we terug naar het stadje om dat eens te gaan bekijken. Revelstoke is

één van de zeer weinige plaatjes die we tot nu toe tegen waren gekomen, dat enige charme had. In het centrum waren nog heel wat pandjes uit het begin van de 20eeuw in tact en men had veel moeite gedaan om het stadje gezellig te maken met o.a. bloemen. We brachten een bezoek aan het bezoekerscentrum voor de broodnodige folders en dronken een lekkere cappuccino op een terrasje.
Weer terug op de camping werd snel de laptop opgestart om de internetverbinding uit te testen en verdomd, het werkte. De rest van de middag zaten we lekker buiten in het

page28image6857664 page28image6858288

Canada 2005 Pagina 29

page29image8972608

zonnetje achter de laptop terwijl in de laundry onze vieze was, onze schone was werd. s Avonds aten we een grote pizza. Het was het eerste eten dat niet verknald uit de

oven kwam. Zouden we het kreng dan toch leren bedienen? De rest van de avond maak- ten we druk gebruik van onze internetverbinding.

Woensdag 27 juli 2005

Weer: zonnig en warm
Aantal gereden kilometers: 
69 Route: Revelstoke

We waren al vroeg wakker van alle herrie op de camping en van passerende treinen. Gôh, die dingen leken onze camper wel in te willen rijden. Gelukkig was de lucht strak blauw en dat is een uitzondering voor Revelstoke. Na het ontbijt werd het campertje

page29image7004080

losgekoppeld van alle slangen en r eden we naar het Mount Revelst oke NP dat zo n kilo- met er buit en het st adj e begint . We zouden naar de Meadows in t he sky gaan kij ken; velden vol met bloemen op de top van Mt. Revelstoke. De weg er naar toe behoeft ook een vermelding. Hij is 26 kilometer lang, stijgt alleen maar en er zitten 19 haarspeld- bochten in; een waar genoegen om te rijden. Bij het uitkijkpunt

over Revelst oke st opt en we voor wat f ot o s. Eenmaal boven moesten we onze camper op 2 kilometer van de top parkeren en de rest werd te voet afgelegd. We deden lang over deze afstand omdat de vele bloemetjes gefotografeerd moesten worden. Van de parkwachter hadden we een kaartje met trails gekregen en daar liepen we er een aantal van. Jammer was dat het er stikte van de muggen. Zodra je stil stond werd je belaagd door die vreselijke beesten.
Nadat we het daarboven gezien hadden en wat hadden

gegeten, reden we weer terug
naar beneden. Op die weg kwamen
we een grijze marmot tegen die alles behalve schuw was. Het beest liet zich gewillig filmen en fotograferen. Gelukkig kwam er geen verkeer achterop want we stonden wat lullig midden op de weg geparkeerd om het beest niet al te veel af te schrikken.
De volgende stop was de Revelstoke dam, een dam in de

page29image7003872 page29image7005536

Canada 2005

Pagina 30

page30image8961408 page30image7006160

Columbia Rivier met een vermogen van 1,980 megawatt. We parkeerden onze camper op het dak van het turbinehuis en kochten een kaartje voor de tentoonstelling en een rond- leiding.Webekekenwat fotosenvideosvoordat wedoor een gids mee het complex werden ingenomen. Met een lift gingen we naar boven. De dam is net zo hoog als een flatge- bouw van 45 verdiepingen. Boven kregen we uitgebreide uitleg over de stroomvoorziening in British Columbia.

De laatste excursie voor deze dag was een bezoek aan het Railway Museum. De Canadian Pacific is erg belangrijk ge-

weest voor de ontwikkeling van Canada en dat
was te lezen en zien in dit museum. Pronkstuk
van het museum was een grote stoomlocomo-
tief die prachtig gerestaureerd was. Ron was
onder de indruk van alle kleppen en metertjes.
Weer op de camping hebben we geappertiefd en onze laptop weer aangezet. We had- den immers nog steeds toegang tot het Internet en dat moest benut worden. Het was de hele avond nog heerlijk weer en we hebben nog lang buiten gezeten.

Donderdag 28 juli 2005

Weer: zonnig en warm
Aantal gereden kilometers: 
203 Route: Revelstoke - Armstrong

Redelijk vroeg waren we weer wakker en tot onze vol- doening scheen de zon weer uitbundig. Voordat we ver- trokken, maakten we nog even gebruik van onze Inter- net verbinding en checkten we onze e-mail. Om tien over half tien reden we weg naar het westen. De eerste stop was de Ghost town bij het Three Villages Resort. We konden dit nep spookstadje echter alleen met een gids

bekijken en omdat de prijs aan de hoge kant was, besloten we het niet te doen. We namenwat fotosvanaf dewegkant enredenverder.

page30image7006368 page30image7006576

Canada 2005

Pagina 31

page31image8978176 page31image7006784

Enkele tientallen kilometers verderop kwamen we voorbij de Crazy Creek Suspension Bridge and Falls. Deze keer gingen we wel naar binnen. Wat ons opviel was dat het park superschoon was en dat God kennelijk een grote rol had gespeeld bij de tot- standkoming van dit alles. Het leek wel of we op een EO ouderdag waren belandt. Na een drankje liepen we de hangbrug over naar de waterval en eerlijk is eerlijk, die mocht er zijn en ook de ma- nier waarop alles tot in de puntjes verzorgd was, moet ook ver- meld worden, maar overal die God? Een beetje te veel van het goede.

Via Sicamous reden we door nadat we daar gehoord hadden dat

het een Canadees vakantieweekend was en dat zo goed als alle accommodatie vol zat. In Enderby tankten we benzine, kochten we weer een zak witte

wijn en aten we een heerlijke sweet onion terriyaki chicken sandwich bij een plaatse- lijke Subway.
Het was de bedoeling om te overnachten in Vernon, maar de vriendelijke juffrouw bij het bezoekerscentrum wist ons te vertellen dat alles tot aan Osoyoos bomvol zat. Nergens was meer een plaatsje op een RV-park voorhanden. Dat viel even tegen. De juffrouw verwees ons naar een parkeerplaats bij een groot winkelcentrum waar het was t oegest aan s nacht s t e blij ven. Daar hadden we echt er weinig zin in. Ron belde nog naar een RV park ten zuiden van Vernon. Die zaten ook helemaal vol maar de vrouw stelde voor dat we op de

parkeerplaats van de
camping konden gaan staan.
Voor 22 dollar konden we
dan wel gebruik maken van
de voorzieningen van het
park. Dat vonden we allebei
veel te veel en besloten dat
dus niet te doen.
Om vandaag toch nog wat te
zienzijnwenaar deOKeefe
Historic Ranch in Vernon ge-
gaan. Deze ranch was rond
1867 één van de grootste in
de Okanagan Valley. Sinds 1967 was het een museum. De ranch was best leuk. Zo waren

er oude ambachten te zien en was er een winkel uit 1867 geheel intact en open evenals een kerkje, schooltje en een huis waarin een mevrouw heerlijke kaneelbroodjes aan het bakken was. Bakken deden wij ook met een temperatuur van dik over de 30 graden Celsius, dus een drankje ging er daarna wel in.

Nadat we hier klaar waren, hadden we nog steeds het probleem van de camping, of liever gezegd geen camping. We besloten een meertje of iets dergelijks op te zoeken om daar dan wild te kamperen. Een vrouw

page31image7006992 page31image7007408

Canada 2005 Pagina 32

page32image8938688

op de ranch had ons verteld dat richting Kamloops wel iets dergelijks te vinden was. Wij dus die kant op. We vonden echter niks geschikts, en na enkele tientallen kilo- meters gereden te hebben, kwamen we uit in Armstrong, een klein plaatsje waar men ook een RV park zou hebben. Op goed geluk reden we er naar toe. Tot onze grote op- luchting was hier nog wel een plaatsje voor ons. Eentje met een full hookup nog wel.
Het was een kleine camping zonder al te veel voorzieningen, maar goed genoeg voor ons. Wewarenallangblij dat weniet verder hoefdentezoeken. sAvondskondenwedus gewoondefotosopdelaptopzettenendit verhaal bijwerken.

Vrijdag 29 juli 2005

Weer: zonnig en warm
Aantal gereden kilometers: 
153 Route: Armstrong - Summerland

Hadden we toch weer een camping weten te vinden die langs een spoorlijn liep. Gelukkig reden er niet al te veel treinen, maar die er voorbij reden, waren goed te horen in ons campertje. Toch hadden we alle twee goed geslapen.
Om tien uur precies hadden we ontbeten en was alles opgeruimd zodat we konden ver- trekken. Ook deze dag zouden we goed moeten zoeken voor een overnachtingsplek. We hadden inmiddels uitgevogeld dat het BC day weekend was en dat daarom heel British Columbia met een RV of tent op pad was. Het weer was echter prachtig en we namen ons voor om in de eerste plaats vakantie te vieren en dingen te gaan zien en doen en dan pas ons zorgen maken om de overnachtingsplek.

In Vernon deden we allereerst boodschappen. Dat kon maar gebeurd zijn. Op weg naar het zuiden reden we langs het Kalamalka meer dat er erg aanlokkelijk uitzag. We beslo- ten te gaan zwemmen, maar hadden wat problemen om een goede zwemplek te vinden. Die waren er wel, maar die waren allemaal aan de linkerkant van de weg en we mochten

nergens linksaf. We besloten ons geluk te proberen in de buurt van Kelowna. Voordat we daar naar een strandje konden gaan zoeken, moesten we de stad door. Dat bleek nog een heel probleem. Het leek wel of alle Canadezen door Kelowna wilden rijden. Het was één en al file. Toen we eindelijk de stad weer uit waren, waren we vlug in Bear Creek. Dat strandje hadden we op onze kaart zien staan. Nadat we de camper hadden geparkeerd, konden we gaan zwemmen in het Okanagan Lake. We stonden bij een pracht van een ligweide met picknicktafels en toiletten. Al snel lagen we in het water, dat toch een beetje kouder was dan we dachten. We koelden er gelukkig wel van af. Lang lagen we niet in het water. Het was inmiddels al één uur geweest en we hadden honger. We gebruikten onze simpele lunch van muf f ins en j us d or ange aan één van de vele picknicktafels.

page32image7008032

Canada 2005

Pagina 33

page33image9064000 page33image6902656

Omdat we door een groot wijnbouw gebied reden, wilden we toch min- stens één wijnboer bezoeken. Dat werd de Mission Hill Family Estate Winery. We hadden wat moeite er te komen, maar dat lukte uiteindelijk. Mission Hill bleek een hele grote wijnboer die volledig op het toerisme was toegerust. Er was een restau- rant, een proeflokaal annex winkel en er werden rondleidingen gegeven. We zagen af van een rondleiding omdat

we daar drie kwartier op moesten wachten. In plaats daarvan keken we zelf wat rond en verbaasden ons over de hoge prijs van de wijnen hier.
Op onze weg naar het zuiden gingen we elk bezoekerscentrum dat we tegen kwamen binnen om te vragen voor accommodatie. Overal kregen we te horen dat alles vol zat. In het plaatsje Summerland hadden we geluk. Een fruitteler die zijn bedrijf open had gesteld voor gasten, had nog wel een

plaatsje voor ons. Eentje zelfs met stroom en water. Het duurde dan ook niet lang voordat ons campertje tus- sen de perenbomen stond geparkeerd en we genoten van de rust in de boomgaard.

Om het pas vier uur was, besloten we
een eind te gaan wandelen en het
dorpje te gaan verkennen. De fruit-
teler lag een eindje buiten het dorp
en Ron wilde naar het meer toe lopen.
Dat was een brug te ver voor Nicky. Na een uur lopen draaiden we om en zochten een plek op voor een drankje. Dat werd een McDonalds waarvan we wisten dat ze grote cola s ver kopen.

Om tien over zeven waren we weer terug in de boomgaard. Daar hebben we wat geze- ten, gegeten en gecomputerd.

Zaterdag 30 juli 2005

Weer: zonnig en warm
Aantal gereden kilometers: 
143 Route: Summerland - Keremeos

We dachten erg rustig te staan en dat stonden we ook totdat de overbuurman om half acht een punkmetal CD opzette en een bepaald nummer bleef herhalen. In ieder geval waren we zo op tijd wakker. Het was wederom een prachtige dag, de lucht was strak blauw en het was al aardig warm toen we opstonden.

page33image6903488

Canada 2005

Pagina 34

page34image9017920page34image6903904

Na het ontbijt re-
den we een heel eind
buiten Summerland
naar de Kettle
Valley Railway. Daar
zouden we een ritje
met een stoomtrein
gaan maken. We
waren wat vroeg,
maar dat gaf ons de
gelegenheid de
stoomloc te foto-
graferen. De loc uit
1912 was prachtig
gerestaureerd en
imposant. We kochten een kaartje voor een open wagon zodat we alles goed konden zien. Om half elf vertrokken met enkele luide fluittonen van de loc. Het landschap waar

we door heen reden was schitterend, maar wij hadden meer oog voor de antieke locomotief die dampend en steunend de trein trok. Bij iedere bocht die de trein maakte, hingen we buiten voor een foto van de loc. Na een rit van ongeveer 10 kilometer, moest de loc weer water innemen en zouden we terug rijden naar Summerland. Tijdens het water in- nemen mochten we uitstappen en reed de loc voor de show even een

br ug over zodat we mooie f ot o s konden maken.
Na deze geweldige treinrit reden we in ons campertje verder zuidwaarts. We kwamen op onze route door Penticton waar de de SS Sicamous wilden gaan bekijken. Dat is een oude raderboot. Het was door het
mooie weer en het lange weekend
echter gruwelijk druk in het stadje.
We besloten daarom door te rijden
en Penticton te laten voor wat het
was. Onderweg zagen we nog wel
honderden jongeren in een binnen-
band of luchtbed over een verbin-
dingsriviertje tussen twee meren
dobberen. Die lieten zich met de
stroom meevoeren; een leuk gezicht.
Het was al bijna twee uur en we had-

page34image6904112 page34image6904320

Canada 2005 Pagina 35

page35image9017536

den behoorlijke honger. In Oliver vonden we na wat zoeken een Subway waar we een lekker broodje aten. Weer verzadigd, reden we door naar Osoyoos aan de grens met de Verenigde Staten. Daar bezochten we het Desert Centre. Hier in het uiterste zuiden van Canada hebben we zowaar enkele stukken woestijn, compleet met cactussen en ratelslangen. De temperatuur was in ieder geval woestijnachtig. De cactussen waren echter minuscuul en in plaats van een ratelslang zagen we slechts een woestijnkonijn rondhuppelen.
Bij het bezoekerscentrum informeerden we naar mogelijke accommodatie in Osoyoos, maar alles zat vol zoals we al verwachtten. Wel was er plek op een RV-park in Keremeos opzon50kilometer afstand.Telefonischreserveerdenweeenplekjevoor denacht, waarna we door een prachtig berglandschap naar Keremeos reden.
Om half vijf kwamen we op de camping aan waar de zeer vriendelijke eigenaar nog een plek met alle voorzieningen voor ons had. Omdat het nog zo warm was en er een rivier in de buurt was, besloten we nog wat te gaan zwemmen. We moesten er wel bijna een half uur voor lopen, maar dat bleek de moeite. Het water was heerlijk en we zaten een half uur in het water voordat we weer terug liepen naar de camping.
Ron had geen zin in koken en daarom aten we de rest van het Subwaybroodje op. Ron
z n haar wer d door Nicky weer vakkundig geschor en en na een douche war en de f ot o s en het dagboek aan de beurt. Door Nicky werd er nog eerst een bloedzuiger uit de camper verwijderd voordat we konden gaan slapen.

Zondag 31 juli 2005

Weer: zonnig en warm
Aantal gereden kilometers: 
244 Route: Keremeos - Hope

Allebei hadden we niet al te best geslapen vanwege de hitte die maar in het campertje bleef hangen. Buiten waaide het flink en er stonden voldoende ramen op, maar de hitte wilde er niet uit. Ook bij het wakker worden scheen de zon al weer volop.
Om tien uur reden we de camping af naar het westen toe. Waar we vandaag zouden

eindigen, zouden we nog wel bekijken. In het begin van de rit van deze dag zochten we naar een leuke tent voor een kop koffie, maar er was weinig langs de route. Uiteindelijk kwamen we uit in Princeton waar we benzine tankten en in plaats van koffie, een paar flesjes frisdrank dronken.

Na een bochtige weg die dan weer flink steeg en dan weer flink daalde, reden we het Manning Provincial Park binnen. We waren van plan om hier te

gaan lopen. Omdat we geen idee hadden van de mogelijkheden hier, brachten we eerst een bezoekje aan het bezoekerscentrum. Daar verwees men ons naar Lightening Lake

page35image6904528

Canada 2005 Pagina 36

page36image9006144

opeenafstandvanzon5kilometer.Omdat dat onswelwat leek,redenwediekant op. Wat men vergeten was ons te zeggen is dat we eerst van de Highway af moesten, reden we maar liefst 32 kilometer om voordat we uiteindelijk het meer vonden. Tegen die tijd hadden we allebei honger en aten eerst onze broodjes op bij 20 Minute Lake. Daarna parkeerden we onze camper op een grote parkeerplaats bij het Lightening Lake waar het erg druk was met dagrecreanten die daar aan het zwemmen waren. Daar had- den we ook wel zin in, maar besloten toch eerst om het meer te gaan lopen. Na een uur en 15 minuten braken we de wandeling af omdat het te warm was. We stapten snel in onze zwemkleding en doken het water in. Duiken is trouwens wel veel gezegd want het water was zo koud dat we heel voorzichtig te water gingen. Eenmaal aan de tempera- tuur gewend, was het heerlijk om rond te zwemmen.

We hadden besloten een kampeerplek te gaan zoeken in Hope. Bij de eerste de beste camping hadden we geluk ondanks het bordje dat aan gaf dat ze vol zaten. Ze hadden nog wel een plaatsje voor een klein campertje. Een leuke bijeenkomstigheid was dat men er gratis wifi had zodat we weer onbeperkt konden internetten.

De rest van de dag hebben we lekker buiten gezeten en gebruik gemaakt van het In- ternet. Later, toen het wat frisser werd, gingen we binnen verder. Omdat we allebei nogal wat slaap hadden, gingen we vroeg slapen.

Maandag 1 augustus 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 136 Route: Hope Hells Gate vv

We lagen lekker te slapen toen we allebei wakker werden van de harde regen op het dak van ons campertje. Dat was niet voorspeld! Een groot deel van de nacht bleef het regenen.Daarnadruptedeboomwaaronder westondentot smorgensvroegdoor. Toch sliepen we heerlijk

want pas om half tien wer-
den we wakker. Omdat we zo
laat uit bed waren, reden we
pas om elf uur van de cam-
ping af voor ons eerste uitje.
Iets buiten Hope liggen de
Othello Tunnels en die waren
ons doel. Deze tunnels zijn in
het begin van de 20
eeuw
geboord voor de Kettle Val-
ley Railway (inderdaad, de-
zelfde lijn als waar we twee
dagen eerder met een
stoomloc overheen waren gereden). s Winters had men echter zoveel werk aan alle sneeuw en landverschuivingen, dat de lijn in 1959 werd opgeheven. De tunnels waren nu te belopen. Het traject liep hier dwars door de Coquihalla canyon en die was het

page36image6903696

Canada 2005

Pagina 37

page37image8972416 page37image6904736

bezoek zeker waard. Drie kwartier lang liepen we door de tun- nels en de stukken daar tussen. Toch knap dat men zoiets aan heeft kunnen leggen.
Onze volgende best emming was het plaat sj e Yale op zo n 20 kilometer van Hope. Daar stond een kerkje uit 1863 welk helemaal gerestaureerd was. We hadden weinig moeite het kerkje te vinden, want Yale is niet meer dan een paar gebouwen. In het kerkje werden we verwelkomd door een meisje in een ouwe soepjurk die ons op nog wat details wees. Toch aardig zoals men hier overal wel vrijwilligers vind voor dit soort dingen.

Over de Highway #1 reden we oostwaarts naar Hells Gate.
Hier stroom de Fraser rivier door een nauwe canyon en daardoor staat er een behoor-

lijke stroming. Volgens de verhalen gaat er per seconde 2 keer meer water door dan bij de Niagara Falls. Om één en ander goed te kunnen zien, moesten we met een kabelbaan naar beneden. Wel een duur geintje, een kaartje kostte 14 dollar. Eenmaal beneden bleek het allemaal één grote commerciële be- doeling en de canyon viel ons een beetje te- gen. De rivier stroomde niet half zo ruw als we hadden verwacht. We aten wat en keken rond in een museumpje en buiten op een hang-

brug, maar we hadden het na een uurtje toch wel gezien.
Op de weg terug kochten we nog wat drank en wat kersen en reden naar de camping. Daar hadden we nu een andere plek zodat we ook op de riolering waren aangesloten. Natuurlijkwerddeinternetverbindingweer drukgebruikt enmoestendefotosopde laptop.

Dinsdag 2 augustus 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
142 Route: Hope - Vancouver

We werden op de gebruikelijke tijd van half negen wakker. Gaandeweg deze vakantie hebben we de gewoont e ont wikkeld om per nacht zo n 10 uur t e slapen. Dat zal st r aks weer wennen worden als de wekker door de week om zes uur af gaat.
Het was net geen tien uur toen we de Highway # 1 in de richting van Vancouver op- reden. Het was meteen te merken dat we de grote stad naderden. De weg was vier- baans en het was er druk. Deze dag wilden we op tijd op de camping in Vancouver staan omdat de camper nog moest worden gewassen en gepoetst en omdat we al onze spullen weer in onze tassen moesten zien te krijgen. Morgen diende de camper weer bij Fraserway ingeleverd te worden. Toch wilden we vandaag niet alleen maar rijden. Via

page37image6904944

Canada 2005 Pagina 38

page38image8955072

Internet hadden we gelezen dat Fort Langley wel een mooie excursie was om te doen. In Fort Langley had de Hudson Bay Company in het midden van de 19eeuw een grote handelspost en hier was het dat British Columbia werd gekoloniseerd. Dat wilden wij wel gaan bekijken.

Hoewel druk, schoot het ritje van Hope naar Fort Langley aardig op. De hele tijd konden we zo n 100 kilomet er per uur r ij den. Onder weg ver baasden we ons st eeds weer over de eigenaardige rijeigenschappen van de Canadezen. Richting aangeven doet bijna niemand; iedereen zit te telefoneren achter het stuur en het is gewoonte om vlak voor je neus in te voegen zonder te kijken. Hoewel de rijstijl in Nederland iets agressiever is dan hier, geven we toch de voorkeur aan het verkeer in Nederland.
Om bij het fort te komen, reden we door het plaatsje Fort Langley. Dat was een ver- ademing na al die plaatsjes onderweg die in feite niets meer waren dan een strip langs de weg met fastfoodrestaurants, motels en benzinestations. Dit plaatsje had een ui- terts charmant centrum met veel groen en goed onderhouden panden uit het eind van de 19
eeuw.

Het eigenlijke Fort Langley zelf was ook de moeite waard. Er was slechts één gebouw in het fort dat nog origineel was, maar de rest was vakkundig en authentiek weer nage- bouwd. In het fort liepen veel vrij- willigers in kledij van die tijd en zij gaven uitleg over van alles wat er in het fort had afgespeeld. Zo was er een kuiper, een timmerman en een smid (de eerlijkheid gebied ons te zeggen dat dit één en dezelfde man was, maar hij deed alles met verve). Ook kregen we uitleg over de

handel in bevervellen en ander bont en zagen we hoe de heren van stand goed leefden in het herenhuis en de andere werknemers iets minder goed woonden in de andere huisjes.
Weliepenzonanderhalf uur door het fort enatendaarnawat voordat wedoorreden naar Vancouver. Hoe dichter we bij de grote stad kwamen, hoe drukker het verkeer werd. We stonden zelfs heel even in een

heuse file (onze eerste in Canada).
De camping vonden we direct. Voordat we een plaatsje konden innemen moesten we in- checken. Dat had veel voeten in aarde. De camper werd in één van de drie parkeer- stroken neergezet waarna we ons meldden in het kantoor. Daar ging onophoudelijk de telefoon zodat we bijna niet aan de beurt kwamen. Ron had erg veel zin om de telefoon

page38image6905360 page38image6905568

Canada 2005 Pagina 39

page39image9080384

te pakken en, staande voor de balie, deze te bellen. Toen we eindelijk aan de beurt waren, bleek dat we niets later hadden moeten komen, want de camping zat vol. Geluk- kig hadden ze voor ons kleine campertje nog een plaatsje. Dat was wel het kleinste plaatsje voor het meeste geld deze reis.
Behalve onze camper konden we net twee
klapstoeltjes kwijt en meer plaats was er
niet. De voorzieningen op de camping waren
wel op maat. Zo was er een verwarmd binnen-
zwembad, jacuzzi, fitnessruimte, laundry,
zitruimte en zeer schoon sanitair.
Het eerste wat we deden was de camper
wassen in een RV wasplaats zodat het niet te
zien was dat we meer dan 4.000 kilometer
met het ding hadden gereden.
Nadat we de was hadden gedaan, zijn we eindje gaan lopen. Er zou een trail lopen naar een park, maar dat hebben we nooit gevonden, zelfs niet na een uur lopen. Dan maar
het zwembad in. Dat beviel ons beter.
Het eten was een allegaartje want we moesten datgene opmaken dat we nog hadden. De avond besteedden we aan het inpakken van onze tassen.

Woensdag 3 augustus 2005

page39image6905776

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
17

Route: Vancouver

Anasis Island

De laatste uren met ons campertje zijn aangebroken. Na het ontbijt werd alles nog eens goed nagekeken en konden we op weg naar Fraserway. Ron had de route op de kaart helemaal uitge- tekend omdat we in de spits dwars door Vancouver moesten rijden. Zodra we de camping afreden, ging het al verkeerd omdat een straat waarover moesten, alleen toegang tot de Highway #1

page39image6858912

gaf, anders dan op de kaart stond afgebeeld. Toch reden we niet al te veel om. Wel was er onderweg nog wat stress omdat de Canadese overheid niet de moeite had genomen om ook maar één bord langs de weg te plaatsen. We moesten de weg zien te vinden door straatnamen op een eenvoudige kaart terug te vinden. Het lukte gelukkig wel en nadat we de tank van het campertje een laatste keer vol hadden gegooid, reden we het

Canada 2005 Pagina 40

page40image9019264

terrein van de verhuurder op. Het was er een complete camperverhuurfabriek; de campers die terug werden gebracht stonden in rijen van drie. Ook wij parkeerden het voertuig en gingen naar binnen. Daar bleek dat we bij de auto hadden moeten blijven voor de inspectie. Wij dus weer naar buiten. De inspectie gaf geen problemen. Wel zouden we de schade aan de spiegel voor moeten schieten totdat één en ander geregeld was met de veroorzaker. Dat was voor ons geen probleem, maar we schrokken toch wel toen we hoorden dat de spiegel maar liefst CAD 290 kostte en het arbeidsloon CAD 90. Een complete afzetterij! Het gaf ons een zuur smaakje aan een voor de rest

perfect verlopen huurperiode. Hopelijk krijgen we het geld snel terug gestort. Ook moesten we de extra gereden kilometers af- rekenen. We hadden maar liefst 4.500 kilometer gereden en moesten daarom meer dan CAD 1.000 afrekenen. Als onze Visa kaart dat allemaal maar aan kan.

Na wat wachten, werden we met een shuttlebus naar het door ons, via Internet geboekte, St. Regis gebracht. Dat was dan weer wel mooi van Fraserway. Om ongeveer half een konden we in- checken. Dat was zo gebeurd zodat we meteen de stad in konden. Na een lunch bij Subway moesten er eerst wat inkopen worden gedaan. Nicky moest een nieuwe lenskap voor haar telelens en Ron wilde nog een goeie onderbroek kopen.

Vlak bij het hotel vonden we het Pacific Centre, waar we allebei deze dingen snel vonden.
Daarna zijn we naar Canada Place gelopen waar we een tijd hebben staan kijken hoe twee grote cruiseschepen klaar werden gemaakt voor een reis. Leuk om te zien hoe al die rijke stinkerds met veel te veel bagage inschepen. Na een bezoek aan onze favoriet Starbucks, liepen we naar Gastown. Er was in de vier jaar tijd dat we hier waren niets veranderd. Souvenirwinkel na souvenirwinkel en veel restaurantjes en barretjes. I n één zon barretje dronken we wat voordat we om een uur of zes naar een foodcourt liepen voor het diner.

Bij een Chinees kregen we voor
amper vijftien dollar ieder een
groot bord heerlijk eten en een drankje. Elk dorp en stad zou verplicht een foodcourt moeten hebben. Je kunt er heerlijk en erg goedkoop eten.
Met een volle buik, liepen we terug naar het hotel om even uit te rusten. We zouden deze avond namelijk ook nog naar een groot vuurwerk gaan kijken dat in English Bay werd afgesto- ken ter gelegenheid van een wedstrijd in vuurwerk afsteken tussen Canada, Zweden en China. Deze avond zouden de Chinezen laten zien wat ze in huis hadden. Omdat zij het vuur- werk hebben uitgevonden, verwachtten wij er veel van. Om kwart voor negen liepen we naar English Bay, samen met

page40image7007824 page40image7008240 page40image7008448

Canada 2005

Pagina 41

page41image9080192 page41image6858496

300.000 anderen. Het was gigantisch druk en diverse straten waren afgesloten voor het gemotoriseerde verkeer om al die voetgangers ruimte te geven. Na wat zoeken vonden we op het strand een perfect plekje om de vuurwerkshow te zien. Klokslag tien uur begonnen de Chinezen bescheiden met hun show, maar gaandeweg werd het vuurwerk steeds uitbundiger. De harde Chinese muziek en nog wat klassieks van Wagner, maakte de show compleet. De Chinezen stelden ons niet teleur. Hun show van 25 minuten was geweldig. We genoten volop.

Ook leuk was de tocht terug naar het hotel. We liepen weer tussen een paar honderdduizend mensen. Overal waar je keek zag je alleen maar een mensenmassa. Toch waren we in ongeveer

een half uurtje terug in het hotel, waar het tijd was om te gaan slapen na een heerlijke verkoelende douche, want het was nog steeds erg warm.

Donderdag 4 augustus 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
Route: Vancouver

Omdat het gisteren voor onze doen nogal laat was geworden, werden we ook laat wakker. Toen we iets na negenen naar het ontbijt wilden gaan, bleek dat niet meer te kunnen omdat we te laat waren. Dan maar ontbijt op de kamer met de crackers, kaas en Nutella die we hadden over gehouden van onze voorraad. We hadden zelfs koffie en thee op de kamer. Wie doet ons wat!

Vol gegeten begonnen we aan onze voettocht door Vancouver. We bezochten eerst de gloednieuwe bibliotheek die wel wat weg had van het Romeinse Colusseum. We keken er even binnen en zagen dat er zelfs winkeltjes in de bieb waren, zelfs een

Mc Donalds! We probeerden er even te internetten, maar we hadden geen pasje, dus ook geen code die nodig was om één van de vele computers te activeren. Dan maar weer verder.

We liepen door Yaletown; een trendy wijkje dat nog geen tien jaar geleden allemaal oude pakhuizen waren. Nu had men van de laadperrons een groot terras gemaakt en zaten er veel kleine, maar o zo dure winkeltjes. We vonden een Starbucks voor de broodnodige cafeïne.

Via Yaletown kwamen we uit in de dure en chique wijk aan de zuidkant van downtown. Hier wonen leek ons wel wat. Alles was er even netjes, graffiti ontbreekt, niets is vernield, nergens ligt rommel en dan nog een prachtig uitzicht hebben over Granville

page41image6850800

Canada 2005 Pagina 42

page42image8961600page42image6905984

Island. Je moet wel een grote emmer geld meebrengen om hier te kunnen wonen, dus voorlopig blijft het Helmond voor ons. Langs het water liepen we naar een aanleg- steigertje voor het pontje naar Granville Island. Ook Granville Island was nog niet zo heel lang geleden een vervallen deel van Vancouver, maar prachtig opgeknapt met boetiekjes, restaurantjes, een grote overdekte markt en dergelijke. We zaten een tijdje in de zon en overkeken het doen en laten in het haventje. Toen we honger kregen, brachten we een bezoekje aan een foodcourt en zaten even later weer heerlijk in de zon te eten.

Nadat we met het pontje weer terug waren op het vasteland, liepen we langs het strand van English Bay, dezelfde plek als
waar we de vorige dag naar het vuurwerk
hadden staan kijken. Via een andere dure

wijk kwamen we weer uit aan de noordkant
van Vancouver downtown. Daar bleek de
videocamera van Ron kuren te vertonen en
dienst te weigeren. Na weer een heerlijke
frappuchino bij Starbucks bezochten we een
fotozaak en legden hen het probleem met de
camera voor. Daar opperde men dat het wel-
licht vocht in de camera was. De camera open zetten en laten drogen, was het advies. We liepen maar meteen terug naar het hotel om zo te proberen de camera weer aan de gangtebrengen.Daar hebbenwemeteenmaar defotosopdelaptopgezet enhet dagboek bijgewerkt.

Het diner genoten we weer bij het foodcourt van het Pacific Centre. Dit keer was het Japans voor Nicky en een pizza calzone voor Ron. De rest van de avond bleven we in onze hotelkamer waar we deel I van onze reis afsloten. Morgen naar Toronto.

Vrijdag 5 augustus 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
Route: Vancouver - Toronto

Vandaag wilden we wel ontbijten in het hotel en dus ging om half acht ging het wekker- tje.Ontbijt iseigenlijkeengroot woordvoor demuffinmet eenbeker jusdorangeof thee die we op onze kamer opaten omdat het in de kleine lounge veel te druk was. De

page42image6906192

Canada 2005 Pagina 43

page43image9066496

receptiemedewerker belde een taxi voor ons die ons in een half uurtje naar het vlieg- veld bracht voor het luttele bedrag van CAD 30,00. Vandaag zouden we naar Toronto vliegen. Inchecken moest je zelf doen via een zuil. Ron snapte er niks van en riep de hulp in van een medewerkster van Air Canada. Zijn opluchting was groot toen hij merkte dat het haar ook niet lukte. Alle moderne techniek is geen vooruitgang. Dan maar op de ouderwetse manier inchecken. Dat was zo gebeurd. Nu de tassen weg waren, was het tijd voor een bezoekje aan Starbucks.

Mooi op tijd zaten we in het vliegtuig, maar die had weer eens vertraging. Een kwartiertje, maar toch. De vlucht zou een kleine vier uur duren, dus we gingen er eens goed voor zitten. De lucht was helder en we konden mooi naar het landschap op de grond kijken. Mooi was dat Ron het Accent Inn en Fraserway op de grond herkende. Toen het landschap wat eentoniger werd, mocht Nicky langs het raam zitten. Na een simpele lunch hebben we allebei even liggen slapen. W at moet j e ander s t ij dens zo n vlucht?
Om iets over zessen landden we op Pearson International Airport in Toronto. Het duurde echter tot zeven uur voordat we onze bagage hadden. Eerst moesten we in het vliegtuig wachten op een gate die vrij was. In de hal moesten we erg lang wachten voor- dat onzetassenvandebandrolden.Nickystaskwamzelfsalsallerlaatstetevoor- schijn. Nu nog naar de stad. We waren van plan een airportshuttle te nemen omdat die het goedkoopste waren. Dat feest ging echter niet door omdat deze bus maar op een paar plaatsen stopte en ons hotel lag niet op de route. Dan maar een taxi. Die hadden we zo eentje te pakken
en even later zaten we
achter in een grote
Lincoln op weg naar het
centrum. Dat bleek
maar liefst 28 kilo-
meter verderop te
liggen en CAD50,- te
kosten.
Omstreeks kwart voor
acht werden we afgezet
bij het Days Inn hotel
op Carlton Street. We
kregen een kamer op de
17
verdieping van dit
gigantisch grote hotel.
De kamer was simpel, maar schoon en alles was er.
Omdat we alle twee behoorlijk wat honger hadden, gingen we eerst eens wat eten. Het werd deze keer een Mc Donalds. Omdat het nog vroeg was liepen we Yonge Street, een grote winkelstraat, nog een keer op en neer. Allebei vonden we Toronto niet zoveel stijl hebben als Vancouver. Misschien dat we de stad een keer bij daglicht moesten zien. Dat moet echter nog even wachten. Eerst vier weken Ontario en Quebec in een huur- auto.

page43image6906400

Canada 2005 Pagina 44

page44image9058560

De slaap wilde vandaag maar moeilijk komen vanwege het tijdverschil van drie uur. Voor Ron was het over twaalven voordat hij ging slapen. Nicky lag toen al te slapen.

Zaterdag 6 augustus 2005

Weer: zonnig en warm
Aantal gereden kilometers: 
192 Route: Whitby Niagara Falls

Om half acht liep de wekker af. We wilden eerst gaan
ontbijten, maar eerst belde Ron naar verhuurbedrijf
Owasco om te vragen of ze ons op konden komen
halen. Owasco had geen hotelshuttle en we moesten
met de metro eerst naar York Mills. Daar zouden we
dan om elf uur op worden gehaald. We besloten dan in
York Mills te ontbijten, checkten uit en namen de
metro. Die was in ongeveer twintig minuten op onze
bestemming. Daar moesten we bij een Shellpomp
wachten. We kochten wat eten en drinken en wachtten rustig tot het elf uur werd. Het werd echter kwart over elf zonder dat er een shuttle van Owasco kwam. Ron belde naar het bedrijf en men zou de chauffeur bellen. Dat hielp kennelijk niets, want pas om kwart voor twaalf kwam de shuttle aanzetten. We waren allebei behoorlijk pissig op Owasco. Geen beste kennismaking met het bedrijf. We reden nog ruim een half uur met de shuttle voordat deze in het plaatsje Whitby op 50 kilometer van Toronto eindelijk stopte. Ron kon het niet laten om over de veel te late verschijning van de

shuttle te beginnen en hoewel men het allemaal heel erg vond en excuses aanbood, kregen we toch de indruk dat het ze allemaal niet zo heel veel kon schelen. Al met al waren we bij Owasco wel een uurtje bezig met het invullen van formulieren, het zetten van drie keer meer hand- tekeningen dan onder een hypotheek en uitleg over onze huurauto en kampeer-

uitrusting. Wat mooi was, was dat we gratis konden internetten en dus onze e-mail konden uitlezen. Thuis ging alles nog goed, dus dat was goed nieuws. Uiteindelijk reden we om kwart over één reden we weg in onze auto voor de komende vier weken, een 2004 Volkswagen Jetta. De auto reed voortreffelijk en dankzij de airco raakten we niet oververhit in het drukke verkeer richting Toronto. We moesten namelijk langs Toronto voordat we naar het zuiden konden rijden, naar Niagara Falls, onze

page44image6906608 page44image6906816

Canada 2005 Pagina 45

page45image9069184

bestemming voor vandaag.
Ondanks de enorme drukte op de weg, ging het rijden prima. We zouden wel wat langer over onze reis doen dan we dachten want keer op keer raakten we in een file. Waar gingen al die Canadezen toch allemaal naar toe op een doordeweekse zaterdag? In een winkelcentrum langs snelweg QEW aten we een broodje als lunch om meteen weer verder te rijden.
Omstreeks vier uur reden we Niagara Falls binnen en begon de zoektocht naar een slaapplaats voor de komende twee nachten. We hadden een complete kampeeruitrusting in de auto liggen, maar hier wilden we in een hotel of motel slapen. We stopten bij een aantal accommodaties, maar we schrokken van de prijzen. Men vroeg minstens CAD 200 per nacht. Dat vonden we veel te veel en we besloten wat verder uit het centrum iets te zoeken. Zo vonden we op een gegeven moment het Waldorf Motel. Hier konden we voor CAD 180 twee nachten terecht. Het was wel een beetje een verlopen motelletje en onze kamer was klein en her en der zaten verdachte vlekken op de vloerbedekking en de muren. Het sanitair en het bed waren echter schoon, dus we besloten hier te verblijven.

page45image6852672

Nadat we onze spullen op de kamer hadden gezet, liepen we naar het centrum om het stadje eens te gaan bekijken. We schrokken toch wel van de kermis die men hier had gemaakt. Overal waar we keken waren wassenbeeldenmusea, halls of fame, gokhallen en meer van dat soort spul. Daar tussen stonden honderden restaurantjes en hotels en motels. Dit alles werd bezocht door duizenden en nog eens duizenden mensen. Het was er een compleet gekkenhuis. Wij besloten te gaan bekijken waarvoor we gekomen

waren, de watervallen. Toen we daar uiteinde- lijk bij aan kwamen, kregen we wel waar we voor gekomen waren. Zowel de Amerikaanse als de Canadese Horseshoe watervallen was ergimposant.DeNiagarastort hier zon50 meter naar beneden over een breedte van een paar honderd meter. Het water veroor- zaakt grote mistwolken wat het allemaal nog mooier maakt. Op de brede weg langs de watervallen, liepen ook weer duizenden

mensen van wie de meesten aan het fotograferen waren, zowel de watervallen als elkaar. Ook wij fotografeerden en filmden wat af, al gaf de videocamera af en toe weer problemen.

page45image6852464

Canada 2005 Pagina 46

page46image9081920

Van al dat kijken, kregen we honger en vonden een buffet waar je voor een bedrag van CAD 15 zoveel konden eten als we wilden.
Toen we klaar waren met eten, was het negen uur en bijna donker. Dat betekende dat de watervallen verlicht zouden zijn. Het ziet er erg onnatuurlijk uit, die watervallen in allerlei verschillende kleuren, maar ergens was het toch wel mooi.

Moe van alle gebeurtenis van vandaag, liepen we omstreeks half tien terug naar ons motelletje.Nadat er wat fotosopdelaptopwarengezet enhet dagboekwas bijgewerkt, gingen we slapen. Wel met oordoppen in want de buren hadden erg veel lawaai en de muren waren flinterdun.

Zondag 7 augustus 2005

Weer: zonnig en warm
Aantal gereden kilometers: 
Route: Niagara Falls

Dankzij de oordoppen sliepen we goed en we werden pas om tien uur wakker. Het was dan ook al elf uur voordat Ronznhaartjeswarenge- schoren, we allebei hadden ge- doucht en alles hadden gepakt wat vandaag mee moest. Onze eerste taak was iets vinden waar we konden ontbijten. Dat werd de ouwe vertrouwde Starbucks voor een cappuccino of thee en een muffin.

Met weer wat eten in onze magen,
liepen we weer naar de watervallen.
Omdat het licht weer anderswasdangisteren,werdendenodigefotosgenomen.We liepen nu ook door naar het eind van het pad langs de watervallen. Daar zorgde de mist die van de Horseshoe falls kwam voor een constante regenbui. We werden er kletsnat en fotograferen was er nagenoeg onmogelijk. Het was allemaal wel verfrissend want
het was bloedheet en erg benauwd.
We hadden besloten om af te zien van een aantal beroemde attracties zoals de Maid of

the Mist en Behind the falls omdat we gezien hadden wat deze dure attracties inhielden. We vonden ze het geld niet waard. Waar we wel geld aan uitgaven, was de Skylon Tower voor een blik op Niagara Falls van boven af. Dat bleek de moeite waard. Van boven af konden we de loop van Niagara goed zien en we zagen de water- vallen in een heel anders perspectief.

Weer met beide benen op de grond, keken we nog naar een koordanser die van het Hilton hotel naar het casino

page46image6854544 page46image6851424

Canada 2005 Pagina 47

page47image9072064page47image6907232

over een kabel op zeker honderd meter boven de grond, liep en aten we een broodje bij Mr. Sub.
Vanaf de Canadese kant hadden we de watervallen nu wel gezien. We wilden nu naar de U.S.A. om ze eens van die kant te bekijken. We hoefden alleen maar een brug over om daar te komen. Tenminste, dat dachten we. Bij de Amerikaanse douane aangekomen, moesten we een groot formulier invullen, een vingerafdruk van de linker- en rechter wijsvinger achterlaten en een foto laten maken. Daarna moesten we nog ieder 6 US dollar betalen. Echter het was wisseling van een dienst en we moesten maar liefst 20 minuten wachten voordat iemand ons wilde helpen. Niet echt efficiënt werken daar. Uiteindelijk op Amerikaans grondgebied, liepen we naar Goat Island voor een blik vanaf de U.S.A. kant. Dat viel niet tegen ondanks het feit dat je de watervallen vanaf deze kant eigenlijk helemaal niet zo goed kan zien. Niagara Falls is toch eigenlijk een Canadese attractie. We bleven anderhalf uur in de U.S.A. Onze terugkomst in Canada was heel wat relaxter dan die in de U.S.A. We werden welkom geheten en hoefden alleen ons paspoort te laten zien.

Na een heerlijke, koude frappuccino bij Starbucks, liepen we terug naar het motel. We hadden allebei helemaal geen honger en besloten het diner over te slaan en de avond door te brengen met een blik Pringles. In het motel hebben we globaal wat afspraken gemaakt over de r out e van de komende dagen. Bovendien wer den alle f ot o s op de laptop gezet en typte Ron de belevenissen van twee dagen in het dagboek. Tegen de tijd dat hij daar mee klaar was, was het bedtijd.

Maandag 8 augustus 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
259 Route: Niagara Falls - Brantford

Afgelopen nacht was er geen herrie van de buren geweest en hadden we alle twee goed geslapen. Om 09.40 uur reden we uit Niagara Falls weg, tenminste dat was de bedoeling. We konden de weg naar Niagara on the Lake niet zosnel vinden en reden een paar keer door de stad voordat we op de goede weg zaten. Uiteindelijk lukte dat. Toen

Canada 2005

Pagina 48

page48image9083072 page48image6859328

we Niagara on the Lake binnenreden, zagen we een Mc Donalds en dat leek ons een goede plek voor een ontbijt. We waren net op tijd. Waren we vijf minuten later, dan konden we geen ontbijt meer bestellen. Nu aten we pancakes met siroop en hashbrowns; een soort aardappelkoekjes.

Met een volle maag reden we daarna
Niagara on the Lake binnen. Velen
beschouwen dit het mooiste plaatsje
in Ontario. Eerlijk is eerlijk, het
plaat sj e had ook wel wat met al z n goed geconser veer de 19
eeuwse gebouwen en een zee van bloemen. Het is dan ook niet gek dat daar veel toeristen op af komen, ook op maandagmorgen. De auto moest op een betaalde parkeerplek, maar met 2 dollar viel dat mee. I n het bezoeker scent r um vonden we een self guided t our door het dor p. Met dit pamflet in de hand liepen we in de zinderende hitte langs alle bezienswaardigheden in

het dorp. Zo kregen we een oud fort aan de kust van het Lake Ontario te zien, evenals tal van prachtige huizen en een heuse apothecary die nog geheel authentiek was ingericht.

Na wat boodschappen in de plaatselijke supermarkt, reden we via de schilder- achtige Niagara Parkway weer terug naar Niagara Falls en verder door naar Fort Erie. Onderweg zagen

we kapitale huizen aan de Niagara rivier. Er zit kennelijk heel wat kapitaal hier.
In Fort Erie aan de uiterste zuidkant van Ontario, bezochten we het Old Fort Erie, een Engels fort uit het begin van de 19
eeuw. De oorlog van 1812 speelde hier een grote rol. In het fort liepen wat figuren in oude kledij rond en je kon alle gebouwen vrijuit in en uit lopen. Zo zagen we behalve veel kanonnen ook de geheel heringerichte soldaten- en officiersverblijven en de keuken etc. Best leuk alle-
maal. Het leukste echter, was de demonstratie van het
musketschieten. Op een leuke manier werd voorgedaan
hoeveel werk men in 1812 had om een schot met die
dingen af te vuren.
Doordat we redelijk lang in het fort waren gebleven, was
het al laat toen we nog naar onze eindbestemming voor
vandaag moesten rijden. Gelukkig hadden we een goede

page48image6859536 page48image6859744

Canada 2005

Pagina 49

page49image8935040 page49image6907440

auto onder onze konten en was het niet druk
op de weg. In Port Colborne staken we het
Welland kanaal over waar net een groot zee-
schip de sluis invoer. Leuk om te zien en dus
stopten we om te kijken. Al met al was het al
zes uur geweest toen we Brantfort inreden.
Brantford bleek een behoorlijk grote stad
waar men niet de moeite had genomen om
wegwijzers te plaatsen. We moesten maar
liefst vier keer de weg vragen voordat we
uiteindelijk na zevenen de camping daar opreden. Duur was het er ook. We moesten CAD 24,- afrekenen voor een plek zonder voorzieningen, in de zon, op een camping met amper voorzieningen.

Deze avond zetten we ook voor het eerst ons tentje op. Dat ging verrassend gemakke- lijk. Een behoorlijke tegenvaller was dat we geen eten konden warm maken omdat er geen regulator bij ons fornuisje was geleverd door Owasco. Er zat niks anders op dan brood te eten en te mopperen op Owasco.

Na het eten namen we nog even de plannen voor de volgende dag door, ruimden ons kamp zoveel mogelijk op en gingen slapen. Toen we in ons tentje lagen was het nog zo benauwd dat we nauwelijks tot slapen kwamen.

Dinsdag 9 augustus 2005

Weer: zonnig en warm
Aantal gereden kilometers: 
135 Route: Brantford Port Burwell

Op een gegeven moment was het toch wat afgekoeld en sliepen we in. Nog een beetje onwennig en daardoor onrustig brachten we de nacht door. Om half negen werden we wakker van de zon die al flink op het tentje stond te schijnen. Met een tentje heb je toch wat meer werk dan met een camper en daarom was het al tien uur geweest voor-

dat we alles hadden ingepakt en weg konden rijden. Eerst moesten er wat dingen worden geregeld. Tanken was het snelst gebeurd. Gelukkig ge- bruikte onze Jetta niet zoveel benzine als de camper. Voor CAD 40,- zat de tank weer vol. Daarna belde Ron met Owasco om het pro- bleem met de ontbrekende regulator te bespreken. Bij Owasco deed men gelukkig niet zo moeilijk. We konden een regulator kopen en als dat niet

luktezelfseennieuwfornuisje.Dekunst wasechter omzonregulator tevinden.We probeerden een bouwmarkt, maar daar had men dat soort dingen niet. Uiteindelijk

page49image6907648

Canada 2005

Pagina 50

page50image8927296 page50image6878416

vonden we na lang rijden en
op aangeven van Owasco een
vestigingvan Canadian
Tire ,eengroteketenwaar
ze zo ongeveer alles ver-
kopen. Daar vonden we ook
een regulator die op ons
fornuisje moest passen. Voor
CAD 34 dachten we klaar te
zijn. Voor de zekerheid
probeerde Ron op de
parkeerplaats of het ding
wel paste en dat was maar
goed ook. Met geen
mogelijkheid kregen we de regulator op het fornuis. Dan maar weer terug naar binnen, naar de klantenservice. Daar troffen we een erg behulpzame medewerker die het echter ook niet lukte om het ding op het fornuis te schroeven; het lag aan de schroef- draad in het fornuis. Ron belde weer met Owasco om te verifiëren of het inderdaad goed was dat we een nieuw fornuis kochten. Dat was geen probleem, dus even later liepen we met een gloednieuw fornuis de winkel uit. Dit hele grapje had ons wel een halve dag en 20 extra kilometers gekost. Nu we er toch waren, deden we maar meteen boodschappen in de Canadese Aldi. Vanavond moest er immers gekookt worden.

Nu we eindelijk weer verder konden, reden we in de richting van Lake Erie. Daar wilden we overnachten in Port Burwell. Het

landschap waar we doorheen reden, was mooi, maar niet bijzonder. We zagen vooral veel maïsvelden en ta- bak en lelijke dorpjes zonder mid- denstand. Echt in de middle of nowhere, in Vienna, bezochten we het Edison museum. We waren in de veronderstelling dat Thomas Alva Edison hier had gewoond en gewerkt, maar dat bleek een misverstand. Een nicht van de beroemde uitvinder had

hier gewoond en het huis was volgestouwd met allerlei dingen uit het einde van de 19eeuw, waaronder ook veel Edison-dingen zoals grammofoons, cilindergrammofoons en gloeilampen. Heel veel van deze dingen kregen we niet te zien, want de jongen die ons rondleidde vroeg zoveel over Nederland en had zoveel te ver-

tellen over het leven in Canada, dat we maar bleven kletsen en het museum aan ons voorbij lieten gaan. Wel leuk.
Om een uur of vijf, reden we Port Burwell binnen, een plaatsje van niks, aan Lake Erie. Het meest bijzondere gebouwtje was een houten vuurtoren uit het midden van de 19
eeuw. Dat

page50image7008656 page50image7008864

Canada 2005 Pagina 51

page51image8926720

moest natuurlijk op de foto. Zonder al te veel moeite vonden we de camping in het plaatsje en voor CAD 25,- mochten we daar een plaatsje uitzoeken. Wijs geworden van de dag ervoor, vroegen we om een schaduwrijke plek vlakbij de douches. Die was er gelukkig nog eentje.
Nadat het kamp was opgebouwd, kon er voor het eerst gekookt worden. Dat ging wonderbaarlijk goed en het duurde niet lang voordat we voor het eerst in drie dagen weer een warme maaltijd hadden. Nadat het kamp was opgeruimd voor de nacht, begon het al donker te worden. In dit deel van Canada is het om negen uur al donker. Vanwege het warme, drukkende weer, voelden we ons alle twee erg vies en een douche was welkom. Gelukkig waren die op deze camping wel gratis en konden we alle zweet en vuil van ons afwassen. Na nog wat spelletjes Yahtzee bij kaarslicht, kropen we al om tien uur ons tentje in.

Woensdag 10 augustus 2005

Weer: zonnig, vochtig warm en regen
Aantal gereden kilometers: 
182 Route: Port Burwell - Waterloo

Heerlijk geslapen in ons tentje en weer om half negen wakker. Nu niet van een brandende zon, maar gewoon omdat we waren uitgeslapen. Er komt structuur in het opruimen van het kamp en daarom waren we ook wat sneller klaar. Voordat we verder konden met onze reis, moesten er nog wat dingen geregeld worden, zoals de was. Door het warme, benauwde weer hadden we veel vieze kleren en omdat de laundry op de camping niet werkte, deden we de was maar in het dorp. Tijdens de was, namen we een kijkje aan het strand en terwijl de was in de droger zat, bekeken we wat oude pandjes en een schattig kerkje in het dorpje.
Uit de boeken hadden we vernomen dat de plaatsjes Stratford en St. Jacobs wel inte-

ressant waren en dus wilden we daar een kijkje gaan nemen. Dat beteken- de weer een rit over 80 kilometer wegen en veel landbouw onderweg. Zon 20 kilometer voor Stratford zagen we de lucht erg donker worden en even verderop, reden we in een gigantische regenbui, onze eerste in drie weken tijd. De bui was zo

page51image6878624

Canada 2005 Pagina 52

page52image9063616

hevig dat Ron bijna niks zag en de auto een tijdje aan de kant zette. Het leek er op dat alle regen in één keer uit de lucht was komen vallen, want daarna klaarde het weer op en was het al snel weer even warm en benauwd als voor de bui.

In Stratford brachten we eerst een bezoek aan Tim Hortens voor een bak koffie en een broodje als lunch. Nadat we de auto in het centrum hadden geparkeerd, liepen we het aller- aardigste plaatsje door. Men doet hier erg veel moeite om op Stratford upon Avon in Engeland te lijken. Zelfs het Victoria Lake hebben ze hier omgedoopt in Avon om zodoende op de Britse zusterstad te lijken. In het bezoekerscentrum vonden

we goede informatie over kamperen in Ontario en over het stadje. Midden in het plaatsje waren de Shakespearean Gardens, een erg goed onderhouden tuin met tal van bloemen en perken en prieeltjes. Nadat we waren uitgekeken, reden we in de richting van Kitchener-Waterloo. Iets ten noorden van deze tweelingstad ligt namelijk St. Jacobs. De weg er naar toe was makkelijk, dus dat schoot goed op. In St. Jacobs wilden we het maple syrup museum bezoeken en kijken of we wat mennonieten tegen konden komen. Mennonieten zijn zeer gelovige mensen die qua levenswijze zijn blijven steken in de 19eeuw en bijvoorbeeld nog met koetsjes door paarden getrokken, rond- rijden. In het maple syrup museum bekeken we een video en tal van voorwerpen die gebruikt worden bij de productie van dit typisch Canadese product. Bij onze rondgang door het dorp kwamen we geen mennonieten tegen, maar toen we wegreden, zagen we zontypischzwart koetsjegeparkeerdstaan.Toenwenaar Waterlooredenomdaar een camping te zoeken, zagen we twee van die grappige koetsjes rijden. Het is niet netjes, maar we konden het niet laten, die dingen te filmen en te fotograferen.
Om kwart over zes stonden we op een superchique 5 sterren camping. Dat kostte ons maar liefst 31 dollar, maar vanavond hadden we tenminste een recreatieruimte waar we stroomhaddenenhet dagboekendefotoskondenbijwerken.Detent stondinnotime en het diner was snel klaar gemaakt, zodat er getypt kon worden. Er moesten drie dagen worden
beschreven en dat
duurde zo lang dat we
nog niet klaar waren
toen de
recreatieruimte om
half tien sloot. In een
picknickoverkapping
vonden we ook licht en
stroom zodat Ron
verder kon werken.
Echter om kwart over
tien ging daar ook het
licht uit zodat hij in
het donker verder
heeft moeten werken.

page52image6860368 page52image6860576

Canada 2005

Pagina 53

page53image9107520

Donderdag 11 augustus 2005

Weer: meeste tijd zonnig, af en toe bewolkt
Aantal gereden kilometers: 
365 Route: Waterloo - Kingston

We schijnen er een gewoon-
te van te hebben gemaakt
om omstreeks half negen
wakker te worden. Gelukkig
was het afgelopen nacht
droog gebleven, maar door
de dauw was de tent toch
wat nat. Die hebben we
tijdens het ontbijt laten
drogen in de zon. Om tien
uur reden we in de richting
van St. Jacobs waar vandaag
een farmers market werd
gehouden. We verwachtten
er mennonieten te zien, dus wij wilden dat wel gaan zien. We hadden goed gegokt. We hadden de auto nog niet geparkeerd of de eerste koetsjes met mennonieten kwamen al voorbij gereden. Ron was te laat met de video, maar Nicky had haar camera wel op tijd te pakken zodat deze ouderwetse maar bijzonder gelovige mensen, graag of niet, op de foto gingen. De markt zelf was niet zo heel veel soeps. Ze was voornamelijk op toeris- ten, dus dat hadden we snel gezien. Slechts een deel was voor de handel in fruit. Daar zagen we ook veel mennonieten. Stiekem werden een paar van deze mensen vereeuwigd

op foto en video. Wat ons opviel was dat de mensen hun groenten in grote hoeveelheden kochten. Toma- ten gingen per emmer en andere groenten weer per krat. Wat moeten al die mensen toch met zoveel groente? Dat Nederlanders overal zitten, bleek wel toen we een viskraam van van Dijck tegen kwamen die lekkerbekjes en maatjes haring verkochten.

Vandaag wilden we een heel eind naar het oosten rijden omdat we daar meer verwachtten te zien. Als we de Highway 401 namen, zouden

we langs Owasco, onze autoverhuurder komen. Dat gaf ons de kans om het kapotte fornuis en wat overtollige kampeerspullen achter te laten. Rijden op de snelweg heeft als voordeel dat het goed opschiet en tegen lunchtijd waren we in Whitby. De dame achter de balie bij Owasco begreep ons prima en regelde alles in no time. Ook kregen we een nieuw luchtbed en een andere slaapzak omdat degene die wij hadden, kapot waren. Van het nieuwe fornuis kregen we meteen ons geld terug.

Nadat we nog even gebruik hadden gemaakt van het gratis Internet dat ze daar heb- ben,zijnwenaar eenTimHortensgeredenvoor delunch.Daarnahaddenwenogzon 220 kilometer voor de boeg om in Kingston te komen. Gelukkig ligt Kingston ook langs

page53image6907856 page53image6908272

Canada 2005 Pagina 54

page54image9106368

de Highway 401 zodat we stevig door konden rijden.
Iets naar vieren waren we bij de camping die we hadden uitgekozen op een paar kilome- ter van Kingston. We kregen een plaatsje helemaal achteraan op een veld helemaal voor ons zelf. De lucht was ondertussen aardig betrokken en we hoopten dat het droog zou blijven. Nicky heeft nog wat baantjes getrokken in het zwembad en Ron heeft zich voorbereid op de dag van morgen als we Kingston gaan bezoeken. Gelukkig bleef het droog zodat we rustig buiten konden koken en eten. In de recreatieruimte hebben we daarna gebruik gemaakt van de stopcontacten die daar waren om te computeren en een accu op te laden. Toen die om negen uur dicht ging, zijn we in de laundry verder gegaan. Toen alles weer op de laptop stond, is Ron nog gaan douchen en kroop Nicky vast onder de wol om er achter te komen dat we een kapot luchtbed van Owasco hadden meege- kregen. Het ding was binnen een uur nadat we er lucht hadden bij gepompt, weer leeg. Daarom werd het andere, eenpersoons, luchtbed maar weer uit de auto gehaald en op- gepompt. We legden het bed overdwars in de tent zodat tenminste onze bovenlichamen op de matras lagen. Het bleef echter behelpen en we sliepen slecht.

Vrijdag 12 augustus 2005

Weer: regen
Aantal gereden kilometers: 
36 Route: Kingston

Ondanks de handicap van twee personen op één matras, sliepen we tot half negen. Echt uitgerust waren we echter niet. Nog voor het ontbijt belde Ron met Owasco om e.e.a. te regelen. We kregen toestemming om een nieuw luchtbed te gaan kopen. Weer bood- schappen doen voor Owasco dus. Om tien over tien reden we richting Kingston centrum om het stadje te gaan bekijken. In de lucht hingen donkere wolken. Gratis parkeren in het centrum was er niet bij en dus werd de auto in een parkeergarage gestald. We waren nog niet buiten of het begon te druppelen. Niet hard, maar genoeg om niet lekker rond te kunnen lopen. Daarom werd na een bezoekje aan het bezoekerscentrum, de oude vertrouwde Starbucks bezocht voor een kop koffie. Steeds als we voorbij een winkel kwamen gelopen, waar het ons leek dat ze luchtbedden verkochten, gingen we even naar binnen, maar nergens een soort luchtbed dat wij zochten.

In de stad was het druk. Morgen zou er een powerboatrace worden gehouden en in de hoofdstraat werden de peperdure boten aangeleverd. Wel een leuk gezicht al die race- monsters. In de City Hall kregen we een privé

rondleiding van een 180 jaar oud, maar lief, vrouwtje die alles dubbel vertelde en van geen ophouden wist. Zo kwamen in delen van het gebouw die volgens ons geen enkele be- zoeker ooit gezien heeft.

Door de verhalen van het vrouwtje in de City Hall was het al lunchtijd toen we daar klaar waren. We vonden een leuk terras bij een Irishpub.Nickyhadeen flatbread enRon

page54image6908064

Canada 2005

Pagina 55

page55image8962816 page55image7009280

haaldeznhart opaaneenbroodjegerooktezalm met een Ierse pint. Het eten was lekker, maar Nicky reageerde meteen op het eten met vele en langdurige toiletbezoeken. Tussen deze bezoeken door hebben we met een folder waarin een rond- leiding stond, een aantal bijzondere gebouwen in de stad bezocht. Veel gebouwen in Kingston zijn van grijs leisteen gemaakt en doen erg Brits aan. Zo bezochten we twee kathedralen, een recht- bank en een aantal aparte woonhuizen. Natuurlijk moest er gefotografeerd en gefilmd worden, maar het weer werkte niet echt mee. Het bleef druppelen.

Weer terug in onze auto, moesten we ons haasten
om om drie uur in Fort Henry te zijn voor de pa-
rade. Precies op tijd kwamen we aan. Fort Henry
is een fort uit de jaren 40 van de 19
eeuw dat
door de Britten is gebouwd om de Amerikanen uit de buurt te houden. De Amerikanen hebben het fort echter nooit aangevallen en na een grondige restauratie, is het fort weer als nieuw. In de zomermaanden werken er tientallen studenten als figurant en hen zagen we bezig met wat exercitieoefeningen en een aanval met kanonnen. Best leuk. In het fort waren ook diverse ruimtes van officieren en manschappen opnieuw ingericht zodat we een goed beeld kregen van het leven in het fort rond 1860. Helaas hield het op met zachtjes regenen en kwam het met bakken uit de lucht. Tijd om op te stappen.

Na wat boodschappen in een super- markt, reden we naar een Canadian Tire voor een nieuw luchtbed. Die hadden ze genoeg en het duurde niet lang voordat we weer in het bezit waren van twee fatsoenlijke lucht- bedden zodat er hopelijk weer fatsoenlijk geslapen kan worden. Toen we weer terug waren op de camping, bleek de tent behoorlijk nat, ook binnen. Oorzaak was een grondzeil waardoor het water niet in

de grond kon wegtrekken. Daarom werd het zeil snel onder de tent verwijderd en werd alles zoveel als mogelijk weer droog gemaakt. Ondanks dat het ophield met regenen,
at en we wat simpels in de aut o en hebben we s avonds weer gebr uikt gemaakt van de laundry om te kunnen computeren.

page55image6908480

Canada 2005

Pagina 56

page56image9126080

Zaterdag 13 augustus 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
321 Route: Kingston - Montreal

Vandaag zijn we op weg gegaan naar de provincie Quebec. Afgelopen dus met het En- gels wat we tenminste nog kunnen verstaan en spreken. De komende tijd wordt het Frans wat de klok slaat. We waren zo rond tien uur klaar met alle werkzaamheden die elke morgen terugkomen, en reden de Highway 401 weer op. Er stond een lekker zon- netje en gelukkig was het minder benauwd dan de afgelopen dagen. Bij het plaatsje Cananauqua verlieten we de snelweg voor de 1000 Islands Parkway. Dat is een weg die langs de Sint Lawrence rivier loopt en zicht geeft op de meer dan 1000 eilandjes in de brede rivier. Regelmatig stopten we als we weer een onderwerp voor een foto zagen.

Het leek ons goed wonen hier al moet het heel wat geld kosten om hier een huis op een eilandje te kunnen kopen. De 1000 Islands Parkway kwam van- zelf weer uit op de Highway 401. Daar schoot het goed op ondanks dat Ron zich keurig aan de snelheid hield.

Bij het plaatsje

South Lancaster genoten we een kaneelbroodje als lunch aan de oever van de rivier die hier erg helder

is. Het was lekker zitten in het zonnetje.
Net over de grens met Quebec, stopten we bij een groot informatiecentrum. Het was er ook druk en we moesten er zelfs een nummertje trekken. Het bleek echter de moeite want de jongen achter de balie wist van geen ophouden als het ging over het geven van informatie. Met een tas vol folders verlieten we het centrum en reden verder.
In de buurt van Montreal stopten we bij een grote
supermarkt voor de nodige boodschappen. Er moest
immers gegeten en gedronken worden. Om kwart over
vier reden we een KOA camping op in het plaatsje
Saint Phillipe, ten zuiden van Montreal. We hadden
deze camping onder andere uitgekozen vanwege een
shuttle naar de stad. Die boekten we dan ook meteen
bij het inchecken. We kregen een plaatsje voor twee

page56image7009072 page56image7009488

Canada 2005 Pagina 57

page57image9126464

nachten op een grasveldje ergens achteraan op de camping.
Toen het kamp was opgebouwd, begonnen we aan de vele folders die we hadden gekregen en kregen zo een beeld van wat we allemaal konden gaan zien en doen, de komende tijd. Het beloofde heel wat.
We aten vrij laat en nadat alles was opgeruimd, zijn we al snel de tent ingedoken vanwege de vele muggen die ons helemaal lek staken. In de tent lazen we de voorhanden zijnde informatie over Montreal voordat we om een uur of tien gingen slapen.

Zondag 14 augustus 2005

Weer: regenachtig
Aantal gereden kilometers: 
Route: Montreal

We hadden een wekker gezet, maar die hadden we niet nodig omdat er al vroeg allerlei activiteit was op het tentenveldje. Helaas regende het een beetje. We moesten er vandaag vroeg uit want de shuttlebus zou al om negen uur klaar staan. Ruim op tijd stonden we klaar en gelukkig was de bus op tijd. In ruim een half uur werden we naar downtown Montreal gereden waar we bij de plaatselijke VVV eerst de bus moesten betalen. Daarna konden we de stad gaan verkennen. We hadden op een plattegrond een

route uitgezet en bezienswaardigheden aangestreept. Helaas regende het nog steeds een beetje. Niet constant en hard, maar vervelend genoeg en natuurlijk zouden de
f ot o s vandaag wat somber wor den.
We kochten eerst een metrokaart voor CAD 8,- zodat we vandaag niet alles zouden te hoeven lopen. Met de metro gingen we daarna naar Champs de Mars waar het stadhuis in de buurt ligt. Omdat het zondag was, was het stadhuis

dicht ennamenwewat fotosvandebuitenkant.Daarnaliepenwenaar deMarché Bonsecours. Volgens de boeken was het een levendige markt, maar alles wat we er zagen waren kille boetiekjes en galeries. Vlug verder dus. De straten in dit deel, Old Montreal, deden erg Frans aan met de kinderkopjes en de leistenen gebouwen waaraan altijd wel iets mankeerde. Er waren veel cafeetjes en terrasjes, maar omdat het nog vroeg was op deze zondagmorgen en het slecht weer was, was er nog niet veel klandizie voor de lokale middenstand. Wij vonden een koffietentje voor de broodnodige cafeïne voordat we naar de grootste attractie in dit

deel van de stad gingen; de Notre Dame basi- liek. Hier was het een drukte van belang. Veel toeristen en ook veel zogenaamde calèches, koetsjes getrokken door paarden. We moes- ten CAD 4,- entree voor de basiliek betalen. Het bijzondere aan deze kerk is dat het zeer grote en rijk versierde altaar van achteren met blauwe lampen werd aangelicht, wat een heel aparte sfeer gaf. Het was wat donker in

page57image6908688 page57image6909104

Canada 2005 Pagina 58

page58image9076736page58image6860784

de

kerk waardoor fotograferen wat moeilijk was. Toch deden we mee met de vele honder- den toeristen en knipten er vrolijk op los. De Notre Dame is ook de eerste kerk met een winkeltje er in die we ooit zagen. Wellicht typisch Amerikaans, maar apart voor ons. In het winkeltje werd religieuze artikelen verkocht.

We bleven ongeveer een uur in de Notre Dame en toen we buiten kwamen, was het weer wat opgeklaard en in ieder droog. We namen de metro naar het Quartier Latin voor de lunch. Deze buur t , genoemde naar z n Par ij se voor beeld, is volgepr opt met r est aur ant - jes en cafeetjes. Wij kwamen uit bij een vertrouwde Subway voor een heerlijk broodje dat, zoals gewoonlijk, weer helemaal volgepropt zat met allerlei lekkers. Terwijl we er zaten te eten stond er heel leuke muziek op. Ron vroeg aan de serveerster wat voor muziek het was en kreeg de naam van de band keurig op een briefje.

Na een wandeling door de levendige buurt, namen we de metro terug naar de Oude Haven. Dit gebied aan de Sint Lawrence rivier is recent helemaal opgeknapt en we ke- ken er een tijdje rond. Er lagen leuke bootjes in de jachthaven en dat is altijd leuk voor wat mijmeringen over wat wij zouden doen als we veel geld hadden. Helaas begon het weer te regenen en daarom namen we de metro naar downtown Montreal. Als we dit deel van de st ad vandaag ook nog konden bekij ken, war en we klaar met Mont r eal en konden we morgen verder naar Quebec City.

Downtown Montreal heeft vooral veel moderne hoogbouw. Toch stonden er ook wat leuke, oudere gebouwen in dit deel. Zo bezochten we nog de Mary, queen of the world kathedraal. Niet zo mooi als de Notre Dame, maar toch een bezoekje waard.
Na een drankje op een terrasje op Dorchester Square liepen we nog even het winkelge- bied in. Hier waren alle winkels open, zondag of niet. In een platenzaak vond Ron de CD die we eerder bij de Subway hadden gehoord. Natuurlijk werd die gekocht. Daarna

Canada 2005 Pagina 59

page59image9083264

hadden we nog een half uurtje voor wat bezichtigingen. Zo liepen we nog door de campus van de McGill universiteit voordat we de shuttlebus terug naar de camping namen. Die reis duurde meer dan een uur omdat eerst een andere camping werd aan- gedaan. Daardoor waren we pas om half zeven terug op de camping. Tijd voor wat eten. Rongooideechter per ongelukznborddegrondenwasdaardoor ergsnelklaar. Voordat we opnieuw werden lek gestoken door de muggen, pakten we onze laptop en cameras en gingen in een overdekte ruimte met elektriciteit zitten werken aan dit

ver haal en de f ot o s.

Maandag 15 augustus 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
324 Route: Montreal Quebec City

Kamperen is leuk, vooral als het mooi weer is. Een groot nadeel is dat je geen wc in je tent hebt.Vooralalsje smorgensomhalf acht wakker wordt,geenzinhebt omopte st aan, maar vr eselij k moet plassen. Helemaal er g wor dt het als de wc s dan nog een heel eind lopen van je vandaan zijn, en je niet even tegen of achter een boom kan staan of zitten plassen, omdat de buren al wakker zijn en toch al zo nieuwsgierig naar je kijken. Er zat dus niks anders op dan vroeg opstaan, plassen en douchen. Een voordeel is dan weer wel dat je vroeger op pad kunt en dat deden we; om iets over negenen reden we weg van de camping. Het was de afgelopen nacht gelukkig droog gebleven maar het was wel mistig. Dankzij eerdere voorbereidingen zaten we al snel op de goede snelweg en lieten we Montreal achter ons. Eén dag voor zon grote stad is weinig, maar onze tijd liet een langer verblijf niet toe; we wilden nog zo veel zien. Gaandeweg de rit brak de zon door en werd het lekker weer.
T egen de middag hadden we al zo n t weehonder d kilomet er ger eden en kwamen we in de buurt van Trois Rivieres. We hadden alleen een stop gemaakt bij een Tim Hortens voor de dagelijkse bak koffie en thee voor Nicky. Als we terug zijn in Nederland, gaan we beslist actie voeren om deze keten, samen met Subway en Starbucks, in Nederland te introduceren. Zoals gezegd zaten we in Trois Rivieres. Dit is na Quebec de oudste stad in Noord Amerika. Er staan zelfs
huizen uit de 18
eeuw en dat is
voor dit werelddeel erg oud. Nadat
we de auto hadden geparkeerd,
liepen we door het oudste deel van
de stad, langs de klooster van de
Ursulines en enkele panden uit
1700. De boulevard langs de Sint
Lawrence rivier was netjes op-
geknapt en ook daar brachten we
wat tijd door. Trois Rivieres heet
natuurlijk niet voor niets zo, maar
wij zagen maar één rivier en dat

page59image6861200

Canada 2005 Pagina 60

page60image8941952

was de Sint Lawrence rivier. Die was wel bijna twee kilometer breed hier. Over het water wordt veel hout aangevoerd voor de papierindustrie. We konden dat hout niet zien, maar roken de specifieke lucht van de papierfabrieken maar al te duidelijk. De Rue de Forges is de hoofdstraat van het stadje en ook deze straat was heel leuk gerenoveerd, met veel terrassen. Bij een Subway kochten we een heerlijk broodje als lunch en aten dat gezellig op het terras op, kijkend naar wat er zoal voorbij kwam gelopen en gereden. Heerlijk als het mooi weer is en de dames schaars gekleed aan je voorbij trekken.

Na nog een rondje door het stadje waarbij we de Notre Dame kathedraal en nog wat oude panden aandeden, stapten we weer in de auto voor het laatste stuk naar Quebec City. Het landschap veranderde weer eens. Was er eerst veel landbouw, nu was er veel bos langs de route te zien. In het plaatsje Donnacona deden we de nodige bood- schappen. Die dingen moeten nu eenmaal, vakantie of niet.

Iets voor vieren hadden we de camping gevonden die we hadden uitgekozen. Weer een KOA camping, dit keer iets ten zuiden van de stad. We hadden deze camping gekozen vanwege de mogelijkheid van een shuttle naar de binnenstad van Quebec. Het bleek een goede keus; de was een erg schone camping met veel faciliteiten. Nadat het kamp was opgezet, deden we de was en lazen we ons in. Dat was wel nodig want er is veel te zien in Quebec.

We aten deze dag rijst met erg veel peultjes want die hadden we iets teveel ingekocht. Op zich niks mis mee, want ze waren erg lekker.
Bij de tent werd daarna het dagboek bijgewerkt en speelden wat spelletjes Yahtzee.

Dinsdag 16 augustus 2005

Weer: zonnig met in de middag een wolkbreuk Aantal gereden kilometers: Route: Quebec City

De nachten worden kouder, afgelopen nacht hadden we er allebei last van. Nadeel van al die kou is dat je zo moet plassen. Gelukkig moesten we er toch vroeg uit omdat de shuttle ons om acht uur al naar downtown Quebec zou brengen. De bus was stipt op tijd maar we wachtten nog tien minuten omdat er nog iemand moest komen. Toen die maar niet kwam, zijn we aangereden, waarna we in een klein half uurtje bij een busstation werden afgezet. Daar moest eerst betaald worden voordat we in een andere bus naar

het beroemde Chateau Frontenac werden ge- bracht. Het zonnetje was inmiddels lekker gaan schijnen. Nicky had een wandeling uit het reisboek op een plattegrond getekend en dat was onze route voor vandaag. Natuurlijk wilden ook wij het meest gefotografeerde hotel ter wereld op de foto en dus moest Chateau Frontenac er aan geloven. Alleen jammer dat er aan gewerkt werkt en een deel van het gebouw in groene doek gewik- keld zat. Door de route op de plattegrond te

page60image7007616

Canada 2005

Pagina 61

page61image8927488 page61image6878832

volgen, kwamen we uit bij de Notre Dame basiliek. Het altaar was behoorlijk kitsch met al dat bladgoud. Via allerlei hele leuke, kleine straatjes die vol stonden met eeuwenoude huisjes, kwamen we uit bij een internetcafé. Daar hebben we drie kwartier zitten internetten zodat het thuisfront weer opdehoogtewasen40 fotoskonbekijkenenwij

enigszins op de hoogte waren van
het wereldnieuws. Na een bak
koffie met een broodje, liepen we
naar de Holy Trinity Church. Deze
kerk had hele mooie gebrandschil-
derde ramen. Quebec is de enige
ommuurde stad in Noord Amerika
en om de oude binnenstad loopt een
muur van 4,6 kilometer die nog geheel in tact is. Wij bewonderden één van de vele poorten in die muur, de Porte Saint Louise.

Het parlementsgebouw was ons volgende doel. Nadat we het imposante gebouw van buiten hadden bekeken, kregen we binnen een rondleiding waarbij we de 2kamer en de voor-

malige senaat aandeden. Mooi gebouw.
Naast het parlementsgebouw ligt een groot park, het Parc des Champs de Bataille, waar de citadel in ligt. We raakten hier zowat verdwaald in een doolhof van straten. Omdat er nog een regiment soldaten in de citadel huist, konden we er alleen met een gids in. Daar hadden we geen zin en liepen via de Promenade des Gouveneurs en de Terasse Dufferin, naar de benedenstad gelopen. Hier raakten we verzeild in een wirwar van straatjes vol met restaurantjes en souvenirwinkeltjes, een echte touristtrap.
Rond half drie aten we onze
lunch op het terras van een
restaurantje in het Quartier
Petit Champlain. Nicky at
een broodje met soep en Ron
had een bord vol mosselen
met friet.
Met een volle buik liepen we
door de straatjes rond het
Place Royal, het oudste deel
van de stad met huizen uit
het begin van de 18
eeuw.
Alles was prachtig

page61image6860992 page61image6861408 page61image6861616

Canada 2005

Pagina 62

page62image9059328page62image7009696

gerestaureerd en het was allemaal heel leuk om te zien. Geen wonder dat er hordes toeristen op af kwamen.

Iets buiten het oude stadsdeel, ligt het Gare du Palais, het treinstation dat in de chateaustijl is gebouwd. Mooi gebouw met zelfs een tandartsen- praktijk in de stationshal. Kom

daar in Nederland maar eens om. Via wat straatjes kwamen we uit bij een Cd-winkel waar we nog een live CD vonden van Les Cowboys Frigants. Die kochten we natuurlijk. Het was kwart over vijf toen we bij Chateau Frontenac terug waren voor de terugreis, toen het ineens gigantisch hard begon te regenen. Niet zomaar een buitje, maar een echte wolkbreuk. We hadden gelukkig dat we vlakbij een onderdoorgang waren waar- door wij nauwelijks nat werden, maar andere mensen hadden minder geluk en waren drijfnat. Om half zes verscheen de bus en was het gelukkig weer droog. De bus zat overvol en we deden eerst vier hotels aan voordat we tegen half zeven weer werden afgezet op de camping. Daar had het helaas ook geregend en ons tentje was wat nat. Gelukkig niet van binnen. Na het eten hebben we in de recreatieruimte van de camping zittentypenendefotosopdelaptopgezet.Indeautohebbenwedaarnawat zitten lezen en hebben we geluisterd naar de nieuwe CD. Om een uur of tien lagen we in onze slaapzakken.

Woensdag 17 augustus 2005

Weer: half bewolkt
Aantal gereden kilometers: 
149 Route: Quebec City I le d Or leans v.v.

Toen we afgelopen nacht in ons tentje lagen hoorden we het hard regenen op de tent. Dat voorspelde niet veel goeds voor de volgende dag, maar toen we omstreeks half negen wakker wer den scheen het zonnet j e. Nicky s slaapzak had het inmiddels ook begeven, dus dat wordt nog wat de komende weken. Omdat we vandaag een rondrit
over IledOrleanswildengaanmakenendusindebuurt vanQuebecbleven,boektenwe een nacht op de camping bij. Na het ontbijt hebben we ons begeven in het drukke verkeer rondom de stad op weg naar het eiland in de Sint Lawrence rivier. Zodra we daar waren, was alle drukte achter de rug en reden we door het platteland. Geadviseerd door de boeken reden we tegen de klok in het eiland rond. Al meteen werd

Canada 2005 Pagina 63

page63image9021376page63image7009904

deautoaandekant vandeweggezet voor wat fotosvanlieflijkeboerderijtjesen graanvelden. Helemaal mooi was het uitzicht over de Sint Lawrence rivier met Quebec City op de achtergrond. Dat was in het dorpje Sainte Pétronille. Bij een cafeetje dronken we thee en koffie op het terras. Het is erg goed wonen daar. Prachtige huizen die uitkijken op het water. Via Sint Laurent, waar we het kerkje bezochten, reden we door naar Saint Jean. Ook daar bezochten

we een kerkje met een kerkhof met uitzicht op zee. Daar aten we onze laatste kaneel- broodjes op bij wijze van lunch. Helemaal aan de noordkant van het eiland ligt Saint François waar ze een grote uitkijktoren hadden gebouwd. Toen we daar bovenop stonden, hadden we een prachtig uitzicht over de rivier en het eiland en konden we kilometers ver weg kijken. Bij Saint Famille bezochten we nog eventjes een kaas-

boerderij.
Nadat we het eiland hadden gezien, zijn we naar het Parc de la Chute Montmorency gereden dat aan de overkant van I le d Or leans ligt . Uit de Lonely Planet hadden we begr e- pen dat een bezoek hier een dure grap kon worden, maar dat het allemaal ook gratis kon. Daarom parkeerden we onze auto niet op de parkeerplaats bij de waterval, maar een kilometer verder in een dorpje en zagen we af van een

peperduur ritje met een kabelbaan. De waterval konden we zo ook prachtig zien, zeker toen we helemaal naar voren, naar een uitzichtpunt, waren gelopen. Het water van de rivier Montmorency stort hier 80 meter naar beneden, maar het volume is niet zo groot.Opfotoszagenwedat dewaterval swintersopznmooist is,alsiehelemaalis

page63image6861824 page63image6862448page63image6862864

Canada 2005

Pagina 64

page64image9060096 page64image7010320

bevroren.
De terugrit naar de camping was een moeizame door het drukke verkeer dat behoor- lijk vast stond. Om vijf uur waren we er echter door en konden we bij de tent genieten van een drankje. Omdat we nogal wat werk haddenmet defotos, besloten we dat eerst te doen, voordat
we gingen
eten. Dat was

een makkie vandaag omdat we het et en van gist er en konden opwar men. s Avonds werd het flink kouder en zochten we onze toevlucht tot de auto waar we onder het genot van een drankje en een muziekje hebben zitten lezen. Om tien uur vonden we het bedtijd. We waren benieuwd of we zouden slapen met twee kapotte slaapzakken.

Donderdag 18 augustus 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
156 Route: Quebec City Baie Saint Paul

W aar we voor vr eesden, gebeur de; de t emper at uur daalde deze nacht naar zo n 5 graden Celsius en met onze kapotte slaapzakken, was het geen pretje om in de tent te liggen. Ron sliep nog wat, maar Nicky lag grote delen van de nacht wakker. Vandaag moesten we iets verzinnen om de slaapzakken te maken. Na een plas om een uur of half zeven, sliepen we tot half negen. Toen we wakker werden, was de lucht strakblauw en scheen de zon volop zodat we ons konden opwarmen.
Rond tien uur vertrokken we uit Quebec. Eerst zouden we de grote basiliek van Sainte Anne de Beaupré gaan bezoeken en dat betekende weer de snelweg rond Quebec afrijden. Dit keer wisten we de weg en vonden moeiteloos het dorpje met de veel te grote kerk. Wat we wel meemaakte was het onbehouwen rijgedrag van de Quebecois. Al vaker hadden we gezien dat men hier erg asociaal rijdt, maar vandaag was het heel erg. Voortdurend probeerde een achterop komende auto onze bumper te kussen en van de weg te drukken. Het schijnt dat richting aangeven hier verboden is en bellen achter het stuur verplicht. We vragen ons serieus af of men in Quebec een rijbewijs nodig heeft om in een auto te kunnen rijden.
Nadat we bij Tim Hortens een kop koffie hadden gedronken, reden we naar de kerk. We waren amper binnen en volop bezig met fotograferen en filmen, toen er een mis begon en we geen f ot o s meer mocht en maken. Dan maar eer st wat ander e dingen bezichtigen zoals een mooi aangelichte kerk in de kelder van de basiliek. Hier waren

page64image7010528

Canada 2005

Pagina 65

page65image9127232 page65image6909728

geen ramen, vandaar dat men kunstlicht gebruikte. Dat was heel smaakvol gedaan. Nadat we een drankje hadden gedronken en ons hadden verbaast over een priester die de gekochte souvenirs zegende, was de mis afgelopen en kon er weer gefotografeerd en gefilmd worden. De basiliek was prachtig met een mooi ingelegde mozaïek- vloer, gebrandschilderde ramen en een plafond waarop allerlei afbeeldingen waren geschilderd.

Ons volgende bezoekje was aan de Canyon Sainte Anne. We moesten aardig wat entree betalen; CAD 9,- per persoon, maar daarvoor werden we met een busje tot aan de waterval gereden en konden we van de canyon en de waterval genieten vanaf drie hangbruggen. De canyon was beslist indrukwekkend, maar we

hadden deze reis al heel wat watervallen gezien en deze was er eentje in een rijtje. Een echt luxeprobleem, we moesten ons schamen. Leuk om te zien was hoe waaghalzen aan een kabel over het diepste punt van de canyon werden getrokken en in het midden even stil werden gehangen, zodat ze 76 meter de diepte inkeken. Aan het einde van ons bezoek, lunchten we in het aangelegen parkje.

Weer in de auto, reden we verder naar het westen. De
dorpjes werden zeldzamer en het landschap veranderde.
Loofbomen werden naaldbomen. Het was duidelijk dat we het
dunbevolkte deel van Quebec binnen waren gereden. Via
Highway 138 r eden we s middags Baie Saint Paul binnen.
Eerst brachten we een bezoekje aan het bezoekerscentrum
om navraag te doen voor de pont over de Sint Lawrence rivier over een paar dagen. We kregen te horen dat we die niet hoefde te reserveren. Dat was een opluchting omdat we nu geen rekening met deze overtocht hoefden te houden.
In een supermarkt deden we inkopen en gingen daarna op zoek naar een camping. Er waren er drie in Baie Saint Paul. De eerst lag een eindje buiten het dorp hoog op een

helling. Het restaurant van de camping had een prachtig uitzicht over het dorp en de baai, maar het sanitair was ver beneden peil. Dus op naar nummer twee. Ook hier waren we niet te spreken over het sanitair en reden daarom naar camping nummer drie. Die stond in de gids als een 4-sterren camping met tal van services. Hij was wel erg duur, CAD 34,-, veruit de duurste camping deze reis. We hadden dan ook hoge

page65image6909520 page65image6909936

Canada 2005 Pagina 66

page66image9128000

verwachtingen van onze slaapplaats. Het bleek allemaal wat tegen te vallen. Ons tentje kwam op een zandvlakte te staan en de douches waren zo ver weg dat het zinvol was om de auto te pakken om er naar toe te rijden. Wat toiletten betreft, moesten we het dien met twee WC-tjes op loopafstand.

I n de super mar kt hadden we s middags naald en gar en gekocht en Nicky naaide onze slaapzakken dicht zodat we hopelijk weer fatsoenlijk zouden kunnen slapen. Ron stortte zich op het koken en toen bleek dat het gasflesje op was. Op de camping werden de flesjes propaangas niet verkocht en alle winkels in het dorp waren dicht. Dat vroeg om een noodoplossing. De buren waren afwezig en hadden een flesje propaangas buiten staan. Dat flesje was

snel even gepakt en op ons fornuis aangesloten zodat we tenminste konden eten. We aten deze avond heerlijk met het op gestolen gas klaar gemaakte voedsel.

sAvondswerdhet weer flinkkouder en werden de truien aan getrokken. Een voor- deel van de dure camping was dat we water en stroom hadden. Dus konden we bij de tent het verhaal bijwerken. Daarna werd in de auto weer een wijntje gedronken en la- zen we ons alvast in voor de volgende dag.

Vrijdag 19 augustus 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
97 Route: Baie Saint Paul La Malbaie

Dat Nicky de slaapzakken had gemaakt konden we merken. Ze bleven nu op hun plaats en we konden ons er in wikkelen. De temperatuur zakte echter zodanig ver naar beneden dat we allebei veel last hadden van de kou. T oen we s mor gens wakker wer den hadden we alle twee onze truien aan en Ron had zelfs sokken aan in bed. De komende nacht zouden we nog meer kleding aan moeten trekken voor het slapen gaan. Gelukkig scheendezon smorgensallekker enkondenwewat opwarmen.Alomhalf tienwaren we van deze veel te dure camping weg op weg naar Tim Hortons voor een lekkere warme bak koffie. Daar kwamen we gelukkig van bij en de truien konden uit.

Voordat we verder konden rijden, moesten we nog een nieuw propaangas tankje kopen zodat we vanavond konden koken. Bij een Esso pomp vonden we zo n ding en nadat ook de tank van de auto was gevuld, konden we op pad.
Onze eerste stop was in Baie Saint Paul zelf. Gisteren waren ons de gezellige straatjes opgevallen en die wilden we nu te voet eens bekijken. Toen we er rond liepen viel het ons op dat er heel veel galerieën en boetiekjes waren. Eigenlijk waren er alleen galerie- en en boetiekjes. Een beetje eenzijdig maar leuk om te zien.

Op weg naar het westen, kwamen we een paar kilometer buiten het dorpje bij een uitzichtpunt over de baai. Werkelijk prachtig om te zien. Ons doel was het eilandje

page66image6910144

Canada 2005 Pagina 67

page67image8920576page67image6878208

Isle aux Coudres dat in de Saint Lawrence rivier ligt. Bij het plaatsje Saint Joseph de la Rive suisden we van een zeer steile helling af naar het gratis pontje. Dat ding bracht ons in ongeveer 20 minuten naar het eiland. Het eerste deel viel een beetje tegen vanwege gr oot schalige wegwer kzaamheden, maar iet s ver der op t oonde het eiland z n war e aar d; kleine dor pj es, veel landbouw en een pr acht ige kust lij n. Bij Point e de l I slet genoten we van onze meegebrachte muffins als lunch en waren we een tijdje zoet met het fotograferen en filmen van de watervogels die er zaten

waaronder veel reigers.
In het dorpje Saint Louis wilden we een windmolen bezoeken
maar men vroeg een toegangsprijs van maar liefst 5 dollar.
Dat was ons wat te gortig en we bekeken het simpele molentje
wel van de buitenkant. De rest van het eiland waren we zo
rond gereden omdat het maar 10 bij 3 kilometer betreft.
Toen we met de pont weer naar het vasteland wilden, was deze net weg en moesten we

een half uurtje wachten. Voordeel was wel dat we vooraan stonden en als één van de eersten van de boot mochten rijden. Over de Highway 362 zijn we daarna naar La Malbaie gereden. Onderweg genoten we van de weidse uitzichten over de Saint Lawrence rivier die hier enkele kilometers breed is.

Iets over vieren kwamen we aan bij de camping die we voor de komende nacht hadden uitgezocht. Deze had zelfs een waterval! We hadden geleerd van gisteren

en gingen eerst kijken en zochten een plekje uit voordat we incheckten. Deze keer stonden we op gras met water en elektriciteit, vlakbij de douches en WCs. En dat voor elf dollar minder dan de dag ervoor.
Nadat de tent was opgezet en we wat chips
hadden gegeten, gingen we de waterval
eens wat nader bekijken. Grappig was dat
je op terrassen langs het vallende water
kon lopen. We namen ook de moeite om de
waterval van onderen te bekijken. Daarvoor
waswat klimwerkvereist.Welleukzonn
waterval op de camping. Hopelijk zouden we

s nacht s niet al t e veel last hebben van het geluid van het water waardoor we uit bed

page67image6879040 page67image6879248 page67image6879456

Canada 2005

Pagina 68

page68image9109888 page68image7010112

zouden moeten om te plassen.
Terug bij de tent was het vaste prik; koken en computeren. Toen het donker werd, gingen we weer in de auto zitten om wat te lezen. We hadden allebei nogal wat slaap en lagen daarom al om half tien in bed.

Zaterdag 20 augustus 2005

Weer: regen
Aantal gereden kilometers: 
95 Route: La Malbaie Baie Sainte Catharine

Het was deze nacht lang niet zo koud als we hadden gevreesd. Dat kwam hoogstwaar- schijnlijk door de bewolking. In ieder geval sliepen we deze nacht prima en lagen we maar liefst 11 en een half uur in bed! Tegen de morgen hoorden we het regenen op ons tentje, maar dat duurde niet lang. Toen we wakker werden was het zwaar bewolkt, maar droog. Toen we bijna klaar waren met het opruimen van het kamp begon het te regenen. Daarom ontbeten we in een campshelter.

In Pointe au Pic ligt een duur Fairmont hotel; het Manoir Richelieu, en dat wilden we wel eens gaan bekijken. Zoals veel Fairmont hotels in Canada is het gebouwd in de chateaustijl, maar dit exemplaar was veel minder geslaagd dan de hotels in Banff of in Quebec City. Binnen was het één en al luxe. Altijd leuk om even te bekijken. Ook altijd leuk is een toiletbezoek in een duur hotel. Het poept toch net even fijner daar dan op een camping toilet.

Bij een grote supermarkt in La Malbaie deden we weer inkopen voor een dag of twee. Meer kan niet vanwege de beperkte ruimte in de Jetta. Het was ondertussen wat harder gaan regenen. Omdat er verder in La Malbaie niet zo heel veel te zien was, zeker niet met dit weer, reden we verder naar het westen over Highway 138. In Baie Simeon dronken we koffie in een restaurantje voordat we doorreden naar onze eind- bestemming voor vandaag. We wilden in Baie Sainte Catharine een walvissentoer boeken, maar het weer was zo slecht dat we daar van af zagen. Misschien dat het morgen beter weer zou zijn.

Met dit weer kon van kamperen vandaag geen sprake zijn. We zouden ziek worden van de kou. Daarom besloten we om voor het eerst, vanwege het weer, een motelletje te zoeken. Die zijn er genoeg en ook een minuscuul plaatsje als Baie Sainte Catharine bezit twee motels. We pikten de mooiste van de twee eruit en konden daar voor CAD 85,- exclusief belastingen terecht in een chaletje met uitzicht op de baai. Alles zag er piekfijn uit en dus besloten we daar te overnachten.

Nadat we spullen uit de auto in het chaletje hadden gezet zodat ze konden drogen, reden we naar de pier van vandaan cruises naar het Saguenay fjord en de walvissen startten. We reserveerden een plekje op een boot voor morgen om 10.00 uur. We gaan dan gedurende drie en een half uur op zoek naar walvissen en krijgen het spectaculaire fjord vanaf het water te zien. Nu maar hopen dat het weer beter is dan vandaag. Vlakbij de pier ligt Pointe-Noire, een walvissen observatie- en educatiecentrum. Nadat

Canada 2005 Pagina 69

page69image9127424

we de entree van CAD 5,- hadden betaald, konden we over een boardwalk boven op de rotsen lopen. We waren nog maar net begonnen aan onze wandeling in de regen, toen we minst ens 10 beluga s zagen zwemmen. Vanwege hun wit t e kleur , war en de beluga s goed te zien terwijl ze aan de oppervlakte zwommen en af en toe iets uit het water kwamen. Een prachtig gezicht. We vergaten dat het zo hard regende en bleven ze zo lang bekijken totdat ze uit het zicht waren verdwenen. In het educatiecentrum sprak men alleen maar Frans zodat we daar niet lang bleven. In plaats daarvan gingen we naar een over dekt plat f or m waar vandaan we nog een paar beluga s zagen.

Terug in ons chaletje, zetten we de verwar- ming aan, zomer of niet. We wilden het warm hebben. Dat lukte goed en lekker relaxed konden we computeren en televisie kijken. Omdat we voor vandaag al inkopen hadden gedaan, kookten we in het cha- let het eten. sAvonds na een douche gingen we lekker vroeg sla- pen.

Zondag 21 augustus 2005

Weer: zwaar bewolkt met mist
Aantal gereden kilometers: 
45 Route: Baie Sainte Catharine Rivière-du-Loup

We sliepen prima in ons motelbed. Alleen bleken de muren van papier. Zo konden we de buurman horen snurken. Wat zouden de buren van ons hebben gehoord? We hadden een wekkertje gezet omdat we om kwart voor tien bij de pier in Baie Sainte Catharine voor een cruise naar de walvissen en het Sagounay fjord. Toen we opstonden was het erg mistig maar het leek op te klaren. We waren ruim op tijd en het zag er naar uit dat maar weinig mensen met de cruise mee zouden gaan. Dat leek ons mooi, maar dat had wellicht ook een reden. De mist klaarde namelijk helemaal niet op en werd zelfs dikker. Vurig hoopten we dat het weer zou opklaren, maar het weer was erg raar. Het ene moment kon je enkele honderden meters ver kijken, een paar minuten later kon je amper een hand voor ogen zien.

Toen om tien uur de boot vertrok, hadden we nog de hoop dat het later in de morgen wat zou opklaren. Ondertussen voer de boot de Sint Lawrence rivier op in haar zoektocht naar walvissen. Wat we zagen was een grote grijze muur van mist. De jonge- man die het commentaar bij de tocht verzorgde, bleef maar zeggen dat we goed

page69image6910352

Canada 2005

Pagina 70

page70image9111424 page70image7010736

moesten kijken of we walvissen zagen, maar de mist was gewoon te dik. Het eerste uur van de excursie deden we nog ons best om walvissen in de mist te ont- waren. Ze moesten er immers zitten, maar daarna vonden we het wel goed, en ver- trouwden we op anderen dat zij zouden aangeven als er walvissen te zien zouden zijn.

Ook toen de boot het Sagounay fjord
invoer, was de mist nog zo dik dat we geen
van de oevers konden zien die toch maar
een paar honderd meter van de boot verwijderd waren. Deze excursie was daarmee een totale mislukking. De maatschappij waarmee we voeren, bood iedereen aan om gratis aan boord te blijven voor de excursie van één uur en het leek er even op dat het weer zo verbeteren. Maar toen we in het haventje van Tadoussac lagen, trok de hemel weer

helemaal dicht en besloten we geen gebruik te maken van het aanbod en verder te reizen.
We reden naar Saint Simèon om daar de pont naar Rivière-du-Loup te nemen. We waren echter twee uur te vroeg en dat betekende dus wachten. De tijd doodden we met wat rond- wandelen en bij lezen over onze bestemming.

Om iets voor half vijf mochten we de

ferry oprijden en moest Ron de auto steil omhoog een helling oprijden omdat onze auto op een tussenverdieping kwam te

staan. De ferry was duur; CAD 58,- maar bespaarde ons een rit van een paar honderd kilometer. Eenmaal aan boord aten we wat en zaten op een buitendek. Opnieuw was de mist zo dik dat we niks zagen dan een grijze muur.
Om kwart voor zes reden we de auto van de ferry en reden we Rivière-

du-Loup binnen op zoek naar een motelletje. Het weer was te slecht om te kamperen, hoewel op dat

moment wel de zon even
scheen. Uit de Lonely Planet
hadden we een adresje
gekozen en dat bleek een
goede keuze. Voor CAD 65,-
exclusief belastingen, namen we onze intrek in een piekfijn motelletje. We hadden al gegeten, dus koken hoefde niet meer. Bleef over; televisie kijken en computeren.

page70image7010944 page70image7011152 page70image7011360

Canada 2005 Pagina 71

page71image9112384

Maandag 22 augustus 2005

Weer: m.n. zonnig
Aantal gereden kilometers: 
303 Route: Rivière-du-Loup Cap Chat

page71image6930432 page71image6930640

Slapen in een gewoon bed gaat toch stukken beter dan op een luchtbed. We sliepen dan ook erg goed. Omdat we geen kamp hoefden op te breken, waren we al vroeg op pad; 09.40 uur. De zon scheen en er was bijna geen wolkje aan de lucht.
We reden via Highway 132 naar het oosten. Al snel zou de bebouwing wat minder dicht worden en ook het landschap was hier ander dan op de noordoever. Hier waren meer naaldbomen en waren de boerderijen anders. Hier stonden veel schuren langs de weg met een verhoogde oprit zodat het hooi gemakkelijker op de zolder gestapeld kon worden.Westopteneenaantalkerenomzonschuur of eenleukeboerderij te fotograferen.Hoeouder het gebouw,hoemeer fotos.

Van het bezoekerscentrum hadden we een tijdje geleden al een kaart met daarop een route langs allerlei vuurtorens meegenomen en dit was het moment om al die vuurtorens eens te vereren met een bezoekje. De eerste vuurtoren was gemakkelijk te vinden want die stond praktisch langs de doorgaande weg, maar bij sommige exemplaren moesten we toch even zoeken. Omdat die dingen zo fotogeniek zijn, werd er heel wat gefotografeerd en gefilmd. Bij de vuurtoren van Pointe au Père bleven we een tijdje op

het strand. Het was er eb en tussen de rotsen lagen mooie getijdenpoeltjes. Altijd leuk voor wat onderwaterleven.

In Rimouski, de voorlopig laatste grote plaats, lunch- ten we bij een vestiging van Tim Hortens. Bij het bezoekerscentrum daar, haalden we een boekje over de Gaspesie; de regio die we gingen bezoeken, en konden we even gratis internetten. Verder naar het oosten,

page71image6863072

Canada 2005

Pagina 72

page72image9084032 page72image6863280

werd het verkeer rustiger en lagen de dorpjes verder uit elkaar. We vonden dat het hier goed wonen zou zijn. Langs de doorgaande weg stonden ware pareltjes van huizen, sommigen met een fel gekleurd dak. De ene keer rood, dan weer felblauw of groen.

Bij Saint Ulric bezochten we een schattige rode overdekte brug uit het begin van de 20eeuw. Het bruggetje lag er vredig op een

nauwelijks gebruikte onverharde weg, maar eens moet een het veel gebruikte brug zijn geweest . W aar om zou j e ander s op zo/ n ver lat en plek zo n pr acht ige br ug bouwen?
Na een bezoek aan
nog een vuurtoren

was het tijd om een
camping te zoeken.
We hadden er twee
op het oog. De
eerste leek op een
kaal weiland aan zee
en daarom reden we
verder naar de
tweede, maar deze
had zelfs geen
sanitaire voorzienin-
gen. Daarom reden
we maar weer terug
naar Cap Chat en
kregen we voor CAD 18,- een plaatsje in het kale weiland. Het was aan het begin van de

avond nog steeds heerlijk weer en we besloten om maar weer eens een kampvuurtje te stoken. Toen een man langs kwam met hout, kochten we een bundel en Ron ging enthousiast aan de slag. Net toen het vuur een beetje begon te branden, begon het een beetje te regenen. Zal je altijd zien. Gelukkig deed het niet veel en even later zaten we gezellig bij het vuur in onze camping stoelen. Omdat de bundel hout bestond uit redelijk

page72image6910560 page72image6910768

Canada 2005 Pagina 73

page73image9129536

dunne latjes, was de houtvoorraad na
ongeveer twee uur op. Gelukkig vond Ron nog wat flinke blokken hout en kregen we nog een voorraad van onze buurman omdat die ging slapen, zodat we tot bijna half elf door hebben kunnen stoken. Daarna was het hoog tijd om te gaan slapen.

Dinsdag 23 augustus 2005

Weer: regenachtig
Aantal gereden kilometers: 
286 Route: Cap Chat - Gaspé

We lagen een tijdje in ons tentje toen het begon te regenen en niet zo zachtjes ook. Van gestage regen ging het tot hoosbuien en dat een paar uur lang. We lagen allebei wakker van de herrie van de druppels die op het tentzeil roffelden. Bovendien begon de tent telekkenenvooralNickysmatraswerdnat.Pasindetweedehelft vandenacht hield de regen op en vielen we allebei weer in slaap.

Toen we s morgens wakker werden bleek niet alleen Nickys matras nat maar ook onze kussens en de lakenzakken. Tijdens het opruimen van het kamp was het even droog, maar we waren nog maar net op weg, toen het weer begon te regenen. Dit zou zon dag worden waarop het gewoon niks werd met het weer. Eerst maar even wakker worden bij Tim Hortens met een cappuccino.

Weer op weg, vervolgden we de Highway 132 naar het oosten en gingen we op zoek naar nog meer vuurtorens. We zochten en vonden er vier. Alleen jammer dat de lucht zo zwaar bewolkt was en dat het regelmatig regende. Dit was geen zomer, meer herfst. Zonder jas buiten lopen was er niet bij. Toch vermaakten we ons wel met onze tocht naar het uiterste oosten van dit deel van Quebec. Nog even en er lag alleen nog maar zee tussen ons en Newfoundland. Al rijdend door de vele bossen, zagen we dat de blaadjes aan de bomen al begonnen te verkleuren. De indian summer begon vroeg dit jaar.

De mooiste vuur- toren vandaag was die van Pointe a la Renommée. In deze vuurtoren had Marconi nog ooit het eerste maritieme radiostation. Om er te komen moesten we van de harde weg en over een natte gravelroad. Tegen de tijd dat we bij de vuurtoren aankwa- men, was onze auto van boven tot onder

page73image6910976

Canada 2005 Pagina 74

page74image9112768

smerig. Nadat we de vuurtoren hadden bekeken en vereeuwigd, aten we onze laatste broodjes als lunch.

s Middags reden we het nationale park Forillon in. I n dit park rijzen de rotsen van een uitloper van de Appalachen, honderden meters uit de zee omhoog. We hadden in British Columbia al een jaarkaart voor alle nationale parken gekocht en daarom konden we dit park zo binnen rijden, daar waar anderen entree moesten betalen. Het landschap werd met de meter mooier. We bleven de steile rotsen maar fotograferen en baalden er van dat het weer zo slecht was. Pas op donderdag zou er een weersverbetering volgen. We besloten dan gewoon terug te komen. Dit park is te mooi om alleen met regen te zien. We wilden ook een paar trails gaan lopen en dat gaat nu eenmaal beter met mooi weer. Om kwart voor vijf reden we Gaspé binnen; met 15.000 inwoners een metropool in dit deel van Quebec. We vonden er vrij eenvoudig een prachtig motel waar we voor CAD89,- een ruime, schone kamer kregen compleet met draadloos breedband Internet. Pas aan het einde van de middag kwamen we er achter dat vandaag onze derde trouwdag was. Dat waren we helemaal vergeten. Dat begint goed; al na drie jaar vergeten wanneer je bent getrouwd. Om dit heugelijke feit te vieren, gingen we uit eten in het restaurant bij het motel. Daar was het prima eten voor een redelijke prijs, hoewel de bediening wat gehaast was.

sAvondswerdhet Internet drukbezocht enhet dagboekbijgewerkt.Ookdefotos vonden een plaatsje op de harde schijf van de laptop.

Woensdag 24 augustus 2005

Weer: v. m. zonnig en n.m. bewolkt
Aantal gereden kilometers: 
202 Route: Gaspé Forillon NP

Wat is het toch lekker slapen in een echt bed. Het was al bijna half negen toen we eindelijk eens een lodderig oog open deden. We hadden regen verwacht omdat dat de voorspelling was, maar in plaats daarvan was het lichtbewolkt. We ontbeten deze dag bij Tim Hortens die comfortabel naast het motel lag. Ja, je moet je overnachting- adressen maar weten uit te zoeken. Daarna reden we naar het zuiden naar het plaatsje Percé. De enige attractie die ze daar hebben, is een rots in zee. Het is echter wel een heel mooie rots die erg veel toeristen trekt. Wij wilden die rots natuurlijk ook zien en hadden er bijna 100 kilometer enkele reis voor over. Onderweg genoten we van de kleurrijke huisjes en de prachtige uitzichten over

de zee. De kust was hier heel ruig en overal kwamen de rotsen steil uit de zee omhoog rijzen. Toen we bijna in Percé waren, konden we nog genieten van een rots waarvan de helft in de zee verdwenen was. Tot nu toe had de videocamera
het probleemloos gedaan, maar nu hield het appa- raat het voor gezien en was met geen mogelijkheid meer aan de gang te krijgen. Dat was goed balen. Net nu we een grote toeristische attractie

page74image6930848

Canada 2005

Pagina 75

page75image8928256 page75image6879664

zouden gaan bezoeken, konden we niks
filmen.
Het plaatsje Percé bleek behoorlijk goed
op een groot aantal toeristen berekend te
zijn. Er waren tal van restaurantjes en
souvenirwinkeltjes. Onze auto konden we
probleemloos parkeren waarna we het
rotsige strand opliepen naar de beroemde
rots toe. Het is wel een apart gezicht, zon
rots die ineens enkele tientallen meters uit
de zee omhoog rijst. Wind en water
hebben voor het fenomeen gezorgd. We
fotografeerden heel wat af. Een geluk daarbij was dat de zon lekker was gaan schijnen.

Het waaide wel hard, en een jas was welkom, maar de zon was er tenminste en dat levert toch altijd mooierefotosopdanmet eenhoop bewolking.

In een restaurantje aten we onze lunch. We
bestelden één stuk pizza en een do- nut en kregen voor dat geld twee stukken pizza en een donut geleverd. We zeiden lekker niks en aten de pizza met smaak op.

Als laatste bezochten we in Percé nog de vuurtoren die daar nog gewoon als zodanig dienst doet. Daarna reden we de

zelfde weg terug naar Gaspé waar we boodschappen deden voor de komende dagen. Daarna was de bestemming de camping bij Cap Bon Ami in het Forillon park. We zochten een mooi plekje uit
bij deWCsendemooiste

shelter die we tot nu toe waren tegen gekomen. Eerst moesten we onze kampeer- uitrusting zien te drogen, maar dat lukte aardig met het straffe windje dat er stond. Daarna even een aperitief en diner. De avond brachten we door in de luxe shelter waar we elektrisch licht en zelfs stroom voor de laptop hadden.

page75image6879872 page75image6880080

Canada 2005

Pagina 76

page76image9126848

Donderdag 25 augustus 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
290 Route: Forillon NP

Gaspesie Provincial Park

Ondanks dat het afgelopen nacht behoor-
lijk koud was geweest, hadden we redelijk
geslapen. Om een uur of acht werden we
wakker van de herrie op de camping. Zoals
verwacht, was het mooi weer hoewel de
zon nog door de bewolking moest breken.
Deze keer konden de spullen in ieder geval
droog worden ingepakt. We hadden vlakbij
Cap Bon Ami gekampeerd en dus reden we
nog even naar deze kaap omdat het deze
keer wel mooi weer was. We zagen nu vier
harbour seals op een rots liggen zonnen.
De zee was niet half zo ruw als eergisteren. We namen een kijkje op het strand wat toegankelijk was gemaakt door een lange steile trap.

Weer in de auto reden we naar de zuidkant van het park om daar een trail te gaan
lopen. We wilden helemaal naar het uiterste puntje van het park lopen waar een vuurtoren staat. Dat betekende een wandeling van in totaal iets meer als negen kilometer. We parkeerden de auto aan het einde van de weg en begonnen aan de wandeling over een pad dat meteen omhoog liep. Pas na een tijdje kwamen we aan de kust te lopen. Daar was het wel prachtig. We liepen boven op de steile klippen en de zee lag tientallen meters onder ons. Vanaf het goed begaanbare pad zagen we regelmatig een prachtig baaitje waar je

alleen vanuit zee kon komen. In het water zagen we kayakkers die deze strandjes zonder problemen op konden. Op een gegeven moment liep het pad van de kust af, de bergen in. Naar ons gevoel bleef het pad stijgen tot-
dat we boven op de bergrug kwamen te lopen. Inmid-

dels waren we allebei kletsnat van het zweet. Toen
het pad eindelijk teneinde was, stonden op de Cap
Gaspé bij de vuurtoren. Gebouwd in de jaren vijftig,
stelde het niet zo heel veel voor. De toren was wel
met z n t ij d meegegaan want nu hingen er zonnecollec-
toren aan het torentje. We genoten van het uitzicht
over zee en probeerden wat walvissen te spotten. Die
beesten zouden hier moeten zwemmen. Nicky zag elke meeuw voor een walvis aan, maar helaas; we zagen er geen.

De auto had dringend behoefte aan benzine en het oranje lampje brandde al. We had- den gedacht in Cap de Rossiers te kunnen tanken, maar in dit dorp was geen pomp te

page76image6911184 page76image6911392 page76image6911600

Canada 2005 Pagina 77

page77image9128960

vinden. Ook in het volgende dorp moesten de inwoners en wij het zonder benzine doen. Net toen we dachten dat de auto er mee zou stoppen, vonden we eindelijk een benzine- pomp en konden we de tank laten vullen.
We hadden het plan opgevat om naar het Gaspesie park te rijden en daar nog te gaan wandelen, maar dat park lag

nog wel 200 kilometer van
waar we nu waren. Onder-
weg lunchten we op een par-
keerplaats die ondanks het
mooie weer toch winderig
was. De rit naar Gaspesie
duurde lang door tal van
wegwerkzaamheden en een
enkele kloothommel die
dacht dat de maximum
snelheid hier 40 kilometer
per uur was. Inhalen op de
smalle en bochtige weg is
niet gemakkelijk, dus Ron
ergerde zich bijkans dood.
Pas rond half zes kwamen we aan bij de camping, midden in het park. We kregen een mooi plaat sj e vlakbij de WCs t oegewezen. Nadat de t ent was opgezet zat en we een tijdje aan de chips en hadden we bezoek van een eekhoorn die ook wel wat lustte. Het was deze dag al vroeg koud en na het eten zat er niet veel anders op dan lezen in de auto en douchen voordat we al vroeg in bed doken.

Vrijdag 26 augustus 2005

page77image6912224

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
329

Route: Gaspesie Provincial Park Rivière du Loup

Een koude nacht betekent een heldere hemel en daarmee mooi weer. Deze wijsheid klopte als een zwerende vinger en daarom stond de zon al hoog aan de hemel toen we na twaalf uur in bed eindelijk eens wakker werden. We hoefden, nadat het kamp was opgeruimd, niet ver te rijden naar het beginpunt van onze eerste bestemming. We wilden

page77image6912640

Canada 2005 Pagina 78

page78image9128768

eerst een trail lopen in het Gaspesie Provincial Park. Daartoe reden we naar het bezoekerscentrum en parkeerde daar de auto. We wilden de trail naar de Chute Diablo gaan lopen, maar deze stond nergens aangegeven. Dat hebben wij weer. We begonnen daarom maar te lopen over een pad dat een andere route aangaf. We zouden wel zien wat we allemaal tegenkwamen. Het pas was goed gemarkeerd en goed te lopen; we stegen of daalden niet te sterk. Al na vijf of tien minuten kwamen we langs de Chute de Sainte Anne. De Sint Anne stort hier zon tien meter naar beneden. Voor ons verwende watervalbezoekers niks aparts dus. Vlug een fotootje en verder dus. Erg hè? Toen we verder liepen over het pad, kwamen we ineens wel een bordje tegen waarom de Chute Diablo stond vermeld. Waarom vermeldt men in het begin niet dat dit pad ook de route is naar de duivelse waterval? We snapten er niks van, maar waren blij dat we
toch de ons voorgenomen trail konden lopen. Het pad liep verder en daar waar het drassig was, had men een keurige boardwalk aangelegd. Dit was echt een trail die door iedereen kon worden gelopen. Onderweg kwamen we een Duits echtpaar tegen dat ge- pensioneerd was en maar liefst een jaar in de VS en Canada aan het rondtrekken was. Met hen stonden we een tijdje te praten voordat we weer terugliepen. Het was immers al bijna twaalf uur en we wilden nog een heel eind in westelijke richting rijden. Helaas hield hier weer de videocamera op met werken. Kennelijk zat er weer te veel vocht in het apparaat enzettehet dingzichzelf inde safeguardmode.Mooiklote.Decamera hield er steeds vaker mee op en toch zou hij het nog een maand moeten doen voordat hij voor een onderhoudsbeurt naar de fotozaak zou kunnen.
Het was ook jammer dat we in de auto moesten gaan zitten. Het was zon lekker weer. We hadden het al vaker meegemaakt; als het mooi weer is, zaten we in de auto. Op dagen dat we er te voet op uit wilden trekken, regende het. Ook een beetje jammer

page78image6912848

Canada 2005

Pagina 79

page79image9084992 page79image6863488

was dat we dezelfde weg
moesten terug rijden als dat
we gekomen waren. Nog
steeds hetzelfde prachtige
landschap, maar we hadden
het al wel een keer gezien.
In Sainte Anne de Monts
deden we boodschappen en
kochten we ieder een lekker
broodje en wat drinken voor
de lunch. In Cap Chat, waar
we eerder hadden over-
nacht, aten we dat broodje
op in een perfect bijgehou-
den parkje aan de zee. De middag zaten we grotendeels in de auto. Nicky nam het stuur over van Ron en omstreeks vijf uur kwamen we aan in Rivière du Loup. Daar vonden we een prachtige camping met alle faciliteiten en daar maakten we dankbaar gebruik van en deden twee machines was zodat we weer schone kleren hadden om aan te trekken. Wat ons opviel was dat de bomen op de camping hun herfstkleed al aan hadden. Daar waar we ons tentje opzette, waren de bomen al bijna kaal.
Zolanghet licht waszorgdenwedat defotosopdelaptopkwamentestaanendat het dagboek wer d bij gewer kt en de accu s wer den opgeladen. Daar na kookt en we ons pot j e en gebruikten de avond om wat bij te lezen en te Yahtzeeën.

Zaterdag 27 augustus 2005

Weer: v.m. zonnig en n.m. bewolkt
Aantal gereden kilometers: 
618 Route: Rivière du Loup Mont Tremblant

Omdat het vannacht niet zo koud was, sliepen we alle twee de hele nacht door. Weer eens lekker om zonder kou te slapen. Wel waren we vroeg wakker omdat moeder natuur riep en de WCs best een eindje van de tent verwijderd waren. Vandaag zou een echte reisdag worden. We wilden van Rivière du Loup helemaal naar Mont Tremblant rijden dat meer dan honderd kilometer boven Montreal ligt. Het kwam daarom niet verkeerd uit dat we zo vroeg wakker waren. Al om kwart voor negen reden we van de camping weg en tankten de auto vol. Daarna reden we Highway 20 op en maakten al snel veel kilometers omdat het zo rustig was op de snelweg. Met de cruise control op 120 kilo- meter per uur, zaten we wel 20 kilometer boven de maximum snelheid, maar zo snel reed iedereen hier. Alleen jammer dat we met dit mooie weer de hele dag in de auto zouden zitten.

Voorbij Quebec, dat meer dan 200 kilometer van Rivière du Loup ligt, stopten we voor het eerst. We kochten een koffie en thee en dronken dat op, op de parkeerplaats naast de snelweg. Daarna verder naar Montreal. Dit deel van de route hadden we een dag of tien geleden ook al afgelegd. Karren dus maar. Er was sowieso niet zo veel

Canada 2005 Pagina 80

page80image9130688

bijzonders te zien vanaf de snelweg. Dat is de prijs die je betaald om snel ergens te willen zijn.
In de buurt van Montreal werd het verkeer heek erg druk. Regelmatig stonden we stil en moesten erg alert zijn op idiote Quebecois die lak hebben aan alle verkeersregels. Niet alleen de snelheid wordt consequent genegeerd, maar men schijnt er plezier in te hebben om, zonder richting aan te geven, plotseling van rijstrook te veranderen, of daar nu wel of geen voertuig rijdt. We twijfelen ernstig of Quebecois examen moeten doen voor hun rijbewijs of dat ze zon papiertje krijgen bij een pak zeep of iets derge- lijks. We zetten in op dat laatste. Toen we Montreal voorbij waren, dachten we dat het verkeer wat minder zou worden, maar we moesten nog langs de stad Laval. Ondanks dat niemand ooit van deze stad heeft gehoord, is het de tweede stad in Quebec, na Montreal. Hier was het verkeer zo mogelijk nog dichter en we reden enkele tientallen kilometers in een file.

Pas voorbij Laval stroomde het verkeer beter door en waren we rond een uur of half vier in de buurt van Mont Tremblant. Via de autoradio hadden we gehoord dat het morgen zou gaan regenen en in de lucht verschenen steeds meer wolken. We besloten daarom niet te kamperen, maar een motelletje te zoeken. Uit een gids die we bij het bezoekerscentrum hadden gehaald, zagen we een leuk motel dat we prompt langs de weg zagen liggen. Even naar binnen om te

kijken. Toen we de kamers zagen, waren we meteen verkocht. Zulke grote en luxe kamers hadden we nog nooit gezien. De kamers hadden een keukentje en zelfs een elektrische open haard. De prijs was wel wat hoger dan gedacht, maar we besloten ons zelf te trakteren en boekten een kamer.

Daarna was het tijd om eens wat te gaan
bekijken. We hadden de hele dag in de auto
gezeten en waren allebei toe aan wat
beweging. We reden daarom het park in en kwamen uit bij het Tremblant Resort Village. Dit dorp is helemaal gebouwd om de drie miljoen toeristen per jaar te huis- vesten en te vermaken. Het is nog niet zo heel oud, maar zag er leuk uit. Zeker nu de zon nog scheen. We hadden geluk want er was een festival gaande met muzikanten uit de hele wereld. Overal in het dorp stonden podia waar bandjes speelden. Met een

gratis kabelbaan konden we naar het hoogste punt in het dorp waarna we weer naar beneden konden lopen langs allerlei winkel- tjes, barretjes en

restaurantjes. Erg gemaakt allemaal maar wel leuk.
Tegen zessen reden we naar ons motel en kookten ons diner.

page80image6863696 page80image6863904 page80image6864112

Canada 2005

Pagina 81

page81image9011200page81image6880288

Zondag 28 augustus 2005

Weer: v.m. mist en vochtig en n.m. zonnig
Aantal gereden kilometers: 
258 Route: Mont Tremblant - Ottawa

We hadden goed gegokt. Toen we s nachts eventjes wakker werden, hoorden we het regenen en wisten we dat we er slim aan had- den gedaan om in een motel te slapen in plaats van in de tent. Het was sowieso goed slapen in het kingsize bed want pas om negenuur smorgens werden we wakker. Buiten was het inmiddels weer droog.

Nadat we hadden uitgecheckt, reden we het Mont Tremblant park in op weg naar de La Diablo sector. Uit de kampgids hadden we een trail uitgezocht die daar aan het Monroe meer begon. Het was nog wel 30 kilometer rijden om daar te komen. Nadat we de auto hadden geparkeerd op een parkeerplaats zo groot als bij een gemiddeld winkelcentrum, begonnen we aan de tocht die al meteen omhoog liep en dat zou blijven doen tot aan het eind. Het was erg benauwd en omdat we ons behoorlijk moesten inspannen op het soms zeer steile pad, zweetten we behoorlijk. Omdat we constant door het bos liepen, was er niet zo heel veel te zien onderweg.

Na drie kwartier ploeteren bereikten we het uitzichtpunt op La Roche. Hier vandaan hadden we een weids uitzicht op het Monroe meer. De zon scheen onze moeite te

Dat moest buiten gebeuren omdat we in de chique kamer niet mochten roken, laat staan koken.

s Avonds genot en we in onze mega kamer van de open haard en het feit dat we een grote en luxe badkamer hadden en natuurlijk een kingsize bed!

page81image6880496

Canada 2005

Pagina 82

page82image9109504 page82image6931056

belonen door te gaan schijnen waardoor het erg aangenaam werd daar- boven. Na t al van f ot o s liepen we weer naar beneden. Dat ging een st uk vlotter. Onderweg zagen we een hert staan grazen. Het beest had hele- maal geen schrik van ons en bleef maar eten

terwijl wij aan het fotograferen en filmen waren.
We lunchten in het park en reden daarna in de richting van Ottawa. Dat bleek nog een hele afstand over tweebaans wegen. Het landschap was wel mooi, dus genoten we van de tocht. Iets voor Ottawa namen we de

pont over de Ottawa-rivier om de rijafstand wat in te korten. Nu zaten we weer in Ontario en konden we tenminste weer verstaan wat de mensen zeiden en konden we ons

page82image6931264

zelf nagenoeg vloeiend uitdrukken. In Ottawa zelf hadden we wat problemen de goede weg te vinden omdat men hier kennelijk liever geen wegwijzers in het straatbeeld wilde hebben. Met behulp van t wee plat t egr onden vonden we uit eindelij k de camping op zo n tien kilometer ten zuiden van de stad. Het was geen dure camping, maar het was lang geleden dat we zo n mager en vies sanit air zagen. Gelukkig hadden we maar voor één nacht geboekt.

De zon scheen nog lekker en daarom lazen we ons zich in op het grasveld voor ons tentje.
Omdat Ron geen zin had in koken, aten we een
heerlijk broodje bij een Subway die vlak bij de camping lag. s Avonds is dit verhaal bijgewerkt op een plekje vlakbij de tent waar stroom voorhanden was. Jammer alleen dat het stikte van de muggen. Daarom zochten we onze toevlucht tot de auto en speelden daar een paar spelletjes Yahtzee.

Maandag 29 augustus 2005

Weer: zonnig, eind van de middag zware buien
Aantal gereden kilometers: 
109 Route: Ottawa - Renfrew

Dankzij wat bewolking zakte de temperatuur niet zo veel zodat we goed hadden kunnen

page82image6931472

Canada 2005 Pagina 83

page83image9129728

slapen. Het was gelukkig ook droog gebleven. Toch was de tent nat vanwege de dauw. Toen we wakker werden was het mistig maar die dreef snel weg dankzij de zon. Na het ontbijt reden we naar een groot winkelcentrum aan de rand van Ottawa waar we de auto gratis konden parkeren en namen de bus naar het centrum van de stad. Dat ging erg soepel. We stapten vlakbij Parliament Hill uit de bus. Het was iets voor tienen en we haastten ons

naar het parlement
gebouw om de
wisseling van de
wacht te kunnen
zien, maar toen we
daar aankwamen,
viel er niks bij
zonders te zien. Bij
het bezoekers-
centrum hoorden we
dat de wisseling van
de wacht gisteren
voor het laatst dit
seizoen was ge-
weest. Pech dus. Dan
maar de gebouwen bekijken en fotograferen.
Na ons bezoek aan het bezoekerscentrum, dronken we koffie bij Tim Hortons voordat

we ons aanmeldden voor een tour in het parlementsge- bouw. Om half twaalf konden we mee. Toen het zover was, gingen al meer dan twintig minuten van de tour voorbij met veiligheids- maatregelen. Ze waren zelfs strenger dan bij de US Customs. Alles moest uit de zakken en zelfs nadat de tas door een metaaldetector was geweest, moest hij open worden gemaakt. Toen de

tour dan uiteindelijk begon werden we langs de tweede en eerste kamer geleidt en door de schitterende gangen. De student die de rondleiding gaf, deed dat best leuk. Helaas konden we niet in het mooiste deel van het gebouw; de bibliotheek omdat die al drie jaar wordt gerenoveerd. Na de tour mochten we nog de Peace tower in. Dat is de grote toren boven op het parlementsgebouw. Het was er echter zo druk dat we van deze ge- legenheid afzagen.

Via weer een chique Fairmont hotel, liepen we naar de Byward Market. Dit is een markt

page83image6931680 page83image6932096

Canada 2005

Pagina 84

page84image9110272 page84image6932304

die hier al meer dan honderd jaar wordt ge- houden. Op zich was er niks bijzonders aan te zien maar er was ook een soort van foodcourt waar we lunchten.

Eenmaal weer buiten, zagen we op straat een hoop volk en diverse camerateams en een boel politie. We kregen te horen dat de Rolling Stones, die gisteren in Ottawa een concert hadden gegeven, hier misschien zouden komen. Er was buiten dit circus

echter nietstezienvanderockendeopas.Weljammer eigenlijk.
Via de Notre Dame basiliek en het museum of Beaux Arts, liepen we naar een brug voor een blik op de parlementsgebouwen vanaf de Ottawa-rivier en de sluizen van het Rideau kanaal. De rest van de middag liepen we nog wat door de stad in de buurt van Parliament Hill, maar we hadden de stad eigenlijk wel gezien.

We namen de bus naar het winkelcentrum en pakten daar de auto weer. We wilden namelijk nog een eind richting het Algonquin park rijden zodat we morgen niet zo ver hoefden te rijden. We zaten midden in de middagspits, maar toch waren we redelijk snelOttawauit.Opzondertigkilometer vanhet plaatsjeRenfrewwerddelucht plotseling erg donker en zagen we lichtflitsen in de lucht. Voor we het wisten reden we in een wolkbreuk. Het regende zo hard dat Ron de auto een tijdje aan de kant zette. Van kamperen zagen we deze dag maar af. In Renfrew vonden we een leuk motelletje voor een redelijke

prijs. Op de televisie zagen en hoorden we de berichtgeving over de orkaan Katrina die het zuiden van de VS had bezocht als een categorie 5 orkaan en nu richting Canada kwam. Niet als orkaan maar als een tropische storm. Men verwachtte voor

page84image6932512page84image6932720

Canada 2005 Pagina 85

page85image9131840

woensdag maar liefst 20 millimeter regen voor Ontario. Daarover maakten we ons best zorgen omdat we hadden uitgezien naar ons bezoek aan dit immense park. Hopelijk zou het meevallen.

s Avonds aten we in het restaurant bij het motel. We aten heerlijk in een schotse pub. Verder werddit verhaalbijgewerkt enwerdendefotosopdelaptopgezet.

Dinsdag 30 augustus 2005

Weer: half bewolkt (benauwd)
Aantal gereden kilometers: 
208 Route: Renfrew Madawaska Algonquin Provincial Park

Gedurende de nacht bleef het droog. Nicky sliep goed, maar Ron vond het veel te warm. Er zat kennelijk toch nog veel regen in de lucht want het bleef benauwd. We ontbeten bij een vestiging van Tim Hortons naast het motel. Daarna reden we door het groene en heuvelachtige landschap naar het Algonquin Park. Van vrienden hadden we een adresje gekregen van een bed & breakfast in Madawaska en daar kwamen we al voor twaalven langs rijden. We gingen eens kijken en besloten daar voor een nachtje te overnachten. We kregen voor CAD 55,- een simpele maar schone kamer. Toilet en douche waren op de gang. Verder was er een grote lounge met een televisie.

Nadat we wat tassen op de kamer hadden gezet, reden we nog 25 kilometer voordat we bij het park aankwamen. Daar moesten we CAD 12,- per dag aan entree betalen. Best veel, dus hopen dat het allemaal de moeite waard is. Uit een parkkrantje hadden we drie wandelingen gekozen die we wilden gaan lopen. De eerste was een trail met de bever als thema. Al snel werden we, dankzij een geïllustreerd boekje, gewezen op een beverburcht, maar de bever die er woonde was in geen velden of wegen te bekennen. Het boekjeweesonstijdensderouteopallerleiaspectenvandebever enznlevenin het park. Zo kwamen we langs een beverweide, beverdam en bomen die door een bever om zeep waren geholpen. Allemaal erg leuk en het was beslist een leuke wandeling, maar we zagen geen enkele bever.

De tweede trail was vlakbij het bezoekerscentrum waar we buiten onze lunch aten. Daar na begaven we ons, weer met zo n boekj e, op de boar dwalk. Dit keer had de wandeling het hoogveen als
thema. Geen beesten dus deze

keer, maar plantjes en dergelijke. De anderhalve kilometer hadden we snel afgelegd zodat we naar de derde wandeling konden.

De derde trail had de witte spar alsonderwerp.Er stondenzon75 van deze woudreuzen langs de route. De hoogste boom die we zagen had een lengte van 35 meter en een diameter van 110

page85image6932928

Canada 2005

Pagina 86

page86image9114496page86image6933136

centimeter. Verder
kwamen we nog langs
een loggerskamp uit
het einde van de 19
e
eeuw. Daar was eigen-
lijk helemaal niks meer
van over maar dankzij
het boekje leerden we
toch wat van het leven
in zo n kamp. Beest en
zagen we niet deze
middag. Die waren
kennelijk allemaal op
vakantie, net als wij.
Toch was het lekker
wandelen. Alleen jammer dat het zo benauwd bleef.
Weer bij ons overnachtingadres rustten we wat en kookten ons diner buiten op ons eigen fornuis. Daarna zaten we in de lounge en keken daar televisie. We waren vooral benieuwd wat de orkaan Katrina zou doen. Zouden we er nog een staartje van meekrij- gen of zouden we het droog houden? Toen Nicky tennis op de TV zag, was het afgelopen met zappen.

Woensdag 31 augustus 2005

Weer: regenachtig , komt door de orkaan Katharine
Aantal gereden kilometers: 
105 Route: Madawaska Algonquin Provincial Park - Whitney

Er was regen voorspeld, maar toen we wakker werden was het nog droog. Het was wel zwaar bewolkt en het zou niet lang duren voordat we de resten van orkaan Katrina zouden voelen. Maar eerst kregen we een uitgebreid ontbijt in de lodge, compleet met eieren, aardappelen en hashbrowns. Veel te veel voor ons, maar we deden erg ons best niet alles te laten liggen, wat goed lukte.
Omdat het wat regende toen we het park weer inreden, bezochten we eerst het logmuseum. Hier wordt de ge- schiedenis van de boomkap in het Algonquin Park uit de doeken gedaan. Binnen waren wat maquettes gemaakt, maar de echte tentoonstelling was buiten gebouwd langs een anderhalve kilometer lange trail. Toch weer de regen in dus. Het regende niet constant en daarom konden we tussen de buien door toch op ons gemak alles bezichtigen. Vanaf de loggers uit het midden van de 19
e

page86image6933760

Canada 2005

Pagina 87

page87image9132032 page87image6913056

eeuw tot de goed georganiseerde boomkap van tegen- woordig, werd alles uitstekend uit de doeken gedaan. We waren meer dan een uur in het museum voordat we naar het bezoekerscentrum gingen. Daar was ook een uitstekende tentoonstelling over het wildleven in het park en verder over de ontwikkeling van het toerisme in Algonquin. Nadat we alles hadden bekeken, aten we in het bezoekerscentrum wat voordat we weer naar buiten

gingen. Het was inmiddels al half drie en het was eindelijk droog. We besloten nog een trailtegaanlopen.Weredennaar RockLakeopzon
negen kilometer van de highway af en parkeerden de auto
bij het begin van de Booths Rock trail. Deze trail was

iets meer dan vijf kilometer lang en staat te boek als
moeilijk. Dat viel alleszins mee. De eerste kilometers was
het zelfs een makkelijke route door het bos. Daarna
moesten we naar een klip klimmen die ons een prachtig
uitzicht gaf over Rock Lake. Ron gleed nog uit over een
gladde st een en schoof op z n kont enkele met er s omlaag. Gelukkig was er niks aan de hand behalve dan een broek vol modder. Jammer was dat de videocamera er weer eens mee ophield.

We deden 2 uur over de wandeling en al die tijd bleef het droog. In het westen scheen zelfs een flauw zonnetje door de bewolking. We reden het park uit naar Whitney waar we voor CAD 84,- een simpele maar schone motel- kamer vonden. Van een vrouwtje uit de lodge van

af gelopen nacht hadden we gehoor d dat er s avonds zwarte beren zaten op de vuilnisbelt in Whitney. We hadden s mor gens al gezocht naar deze vuilnisbelt , maar

deze toen niet gevonden. Nu vroegen het wat mensen en uiteindelijk vonden we wat we zochten. We waren nog maar net op de vuilnisbelt, waar het vreselijk stonk, toen Nicky de eerste zwarte beer al spotte. I n allerijl werden de cameras uit de auto gehaald, maar die haast was nergens voor nodig want de drie beren die we zagen, waren op hun gemak tussen het vuilnis naar voedsel aan het zoeken en waren nog niet van plan om weg te gaan. Er was inmiddels ook een vierde beer aan komen lopen. De beren zagen er allemaal erg gezond uit. Dat is ook niet gek als je elke dag je buik vol kunt eten. Onze camer a s maakt en over ur en en gelukkig deed

ook de videocamera het weer. Van andere mensen op de vuilnisbelt hoorden we dat er gisteren maar liefst 26 beren tussen de rommel naar eten aan het zoeken waren. Wij zagen ondertussen zes beren rommelen waar- onder een moederbeer met twee jongen. We vroegen ons af of deze beren vanaf morgen, als het jachtseizoen voor beren, begint zullen

page87image6912432 page87image6913264 page87image6913472

Canada 2005

Pagina 88

page88image9130880 page88image6913680page88image6818448

worden afgeschoten. Hopen van niet want het zijn en blijven prachtige beesten. Na een half uurtje verlieten we de stinkende hoop vuilnis en liepen

binnen bij een pizzat ent waar we t wee pizza s best elden en meenamen naar het mot el. Daar bleek dat we veel te veel pizza hadden besteld. De helft konden we niet op. Gelukkig is koude pizza ook lekker zodat we morgen ontbijt en vermoedelijk ook eten voor de lunch hebben.

De rest van de avond werden de vele beren- en ander e f ot o s op de lapt op gezet en keken we de verslaggeving over orkaan Katerina en de US open.

Donderdag 1 september 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
208 Route: Whitney - Sebright

Pas tegen half negen werden we wakker en de lucht was stralend blauw. Omdat we niks meer te eten hadden brachten we eerst een bezoekje aan de lokale general store. Dat bleek een fantastische winkel. Het winkeltje was helemaal volgestouwd met spullen en ze hadden er werkelijk alles. Niet in grote hoeveelheden en ook geen 10 verschillende soorten, maar wat je zocht was er. Toch leuk om te zien hoe je in een klein dorpje toch nog van alles kunt kopen. We kochten er wat broodjes, jus

d or ange en nog wat dingetjes. Daarna reden we voor de derde achter- eenvolgende dag het Algonquin Provincial Park in. We wilden er de Mizzy Lake trail gaan wandelen. Deze is 11 kilometer lang en men beloofde veel

kans op wild tijdens de wandeling. Omdat we nog geen moose hadden gezien, hoopten we die nog tegen te komen. Bij het begin van de wandeling stond op een bord dat de route zon zes uur in beslag zou nemen. Wel lang voor een wandeling van 11 kilometer vonden we. Wij dachten dat wel in twee uur te

page88image6824688 page88image6823648

Canada 2005 Pagina 89

page89image9132608

kunnen doen. We namen daarom alleen water mee en gingen op pad. Al snel bleek dat we de twee uur niet zouden gaan halen. Het pad was namelijk erg oneven en we moesten goed opletten om niet te struikelen. Dat werd nog erger toen we door een moerassig stuk moesten. Hier was de grond hartstikke drassig en erg glad zodat we ons aan takken en bomen moesten vasthouden om niet te vallen. Zo schoot het niet erg op. Dat is niet erg als je dan allerlei wild om je heen ziet, maar wij zagen helemaal geen enkel beest. We moesten veel te veel op de grond letten om beesten te kunnen spotten. Toen we bij een meer waar volgens het boekje veel elanden moesten zitten, helemaal geen enkel exemplaar zagen, besloten we om te keren en terug te lopen naar de auto. Om niet weer een keer het drassige stuk te moeten lopen, namen we een andere weg die een stuk gemakkelijker begaanbaar was. Binnen een uur waren we weer terug bij de auto.

page89image6824272

We reden het park uit en lunchten op een parkeerplaats net buiten het park. Nu kwam de pizza die we gisteren niet op konden goed van pas. Er is niks mis met koude pizza. We reden door een gebied dat Muskoka wordt genoemd naar het zuiden. Het is zeker niet verkeerd wonen hier concludeerden we. Veel bossen en meertjes en toch niet van God en alleman verlaten. In Huntsville deden we wat boodschappen voor het diner van vanavond.

Via Highway 11 reden we verder naar het zuiden. Tijdens het rijden zocht Nicky een camping uit voor de komende avond en nacht. Het werd een camping in Sebright, een plaatsje aan het einde van de wereld. Toch bleek het een mooie en goed geoutilleerde camping. Onder een lekker zonnetje zetten we de tent op en begonnen we vast aan het opruimen van wat spullen. Overmorgen moeten we de auto weer inleveren en moet alles weer in de tassen kunnen passen. Dat vereist wat opruim werk.

Na een simpel diner hebben we s avonds nog Yaht zee gespeeld. Net t oen we in bed la- gen begon de herrie op de camping. Kinderen van 5 jaar en jonger waren om half elf nog buiten aan het spelen en hadden nogal wat herrie. Pas toen hun ouders eindelijk eens hun verantwoordelijkheid namen werd het rustiger en sliepen we in. Het was toen na elven.

Vrijdag 2 september 2005

Weer: zonnig en bewolkt
Aantal gereden kilometers: 
180 Route: Sebright - Orono

Canada 2005

Pagina 90

page90image9087104 page90image6837952

Goed geslapen maar we werden vroeg wakker vanwege enkele ADHD kinderen die al weer in het speeltuintje aan het krijsen waren. Het was de hele nacht droog gebleven, maar vanwege de dauw was de tent toch behoorlijk nat. Gelukkig konden we die in het zonnetje drogen. We wilden allebei een douche nemen en hadden al gezien dat er geld in een apparaat moest worden gestopt. We deden er een kwartje in.

Voor dit bedr ag hadden we op zo n beet j e elke camping voor vijf minuten warm water. Hier hield het water er al na ander- halve minuut mee op, net toen we ons alle twee hadden inge- zeept. Dat was
jammer want voor de rest was dit een heel aardige camping (afgezien van dat kleine gespuis dan, maar die horen weer niet bij de camping). Na het ontbijt deden we de was nog maar eens. We hadden nog niet zo heel veel was, maar het is ons onbekend wanneer we weer kunnen wassen, dus deden we de was nu maar. Toen die klaar was, was het kwart over tien en reden we direct verder.
Vlakbij Sebright ligt het plaatsje Kirkfield. Op de landkaart

hadden we gezien dat ze daar een heuse scheepslift hadden. Die wilden we natuurlijk zien. We hadden geluk. We waren er net toen er een bootje aan kwam varen dat gebruik wilde maken van de scheepslift. Het was mooi om te zien hoe het bootje in een bak werd gevaren die daarna ongeveer 15 meter omhoog werd gehesen, waarna het bootje

er aan de andere kant weer uitvoer. Dit alles nam een paar minuten in beslag. Toen we weer in de auto zaten reden we kriskras
door het platteland van Ontario richting Toronto.
Onderweg zagen we velden met een ons onbekend

gewas dat al helemaal in herfstkleuren stond. Mooi voor wat f ot o s. Uit de campinggids kozen we voor onze laatste dag kamperen een camping in Orono, vlakbij Whitby waar we morgen de auto in moeten

page90image6838160 page90image6837744 page90image6838576

Canada 2005 Pagina 91

page91image9114688

lever en. Het bleek nog een t oer om de camping t e vinden die echt in t he middle of nowhere lag.Wekregeneenplaatsjeopeengroot grasveldenhaddenwater enzelfs stroom op de plek. Snel werd de tent opgezet waarna we weer naar de bewoonde wereld reden om te lunchen bij Tim Hortons. Tegenover Tim was een autowasserette waar we de auto eens goed onderhanden namen zodat hij weer toonbaar was. Ook werd de benzinetank weer gevuld. We merkten tot onze schrik dat de benzineprijs was gestegen tot CAD 1,34 per liter. Sinds we in Canada zijn is de prijs met bijna 50 cent per liter gestegen. De benzineprijzen zijn dan ook het gesprek van de dag. Hopelijk stijgen ze niet veel verder want we gaan nog heel wat kilometers maken in Canada. Toen we weer terug waren op de camping werd de auto verder gepoetst en werden onze persoonlijke spullen weer in de grote tassen gepropt. Vanaf morgen moeten we weer compleet uit onze tassen leven. We waren enkele uurtjes bezig met deze huishoude- lijke werkzaamheden. Toen alles weer netjes en schoon was, liepen we een rondje om

de camping en vulden we dit verhaal aan.

Zaterdag 3 september 2005

Weer: zonnig, af en toe wat bewolkt
Aantal gereden kilometers: 
40 Route: Orono - Toronto

De laatste uurtjes met onze huurauto en de geweldige kampeeruitrusting zijn aan- gebroken. Vanwege de dauw is de onderkant van de tent weer nat. Gelukkig komt om kwart voor acht de zon boven de bomen schijnen zodat we de tent kunnen drogen voor- dat we hem voor de laatste keer inpakken. Met alles zo veel mogelijk schoon en alle persoonlijke spullen weer netjes in de tassen, rijden we naar Whitby. Voordat we naar Owasco rijden, stoppen we bij Tim Hortons voor een ontbijt. Om kwart voor tien waren we bij Owasco. Het inleveren leverde geen problemen op. We hadden bijna 5500 kilo- meter met de Jetta gereden en daarom moesten we voor 1000 kilometer bijbetalen. Gelukkig bleek dat niet te duur. Nadat alles was afgehandeld bleek dat we nog meer dan een uur moesten wachten voordat we met de shuttlebus mee naar de stad konden. Gelukkig stond de

computer met de gratis Internet ver- binding er nog en hadden we dus tijd genoeg om onze mailtjes te lezen, er eentje te versturen en nog wat nieuws te lezen.

Om half twaalf wer- den we dan eindelijk naar het metro sta- tion van York Mills

page91image6933552

Canada 2005

Pagina 92

page92image9133376page92image6823856

gebracht. Toen we
met de metro naar
het Days Inn
waren gereisd, was
het half één.
Gelukkig konden we
meteen op een
kamer terecht. We
hadden alle twee
nogal wat honger
zodat we meteen
weer ons hotel
verlieten en een
broodje gingen
eten bij Subway
aan de overkant.
Weer zonder videocamera want die weigerde elke dienst.
Met een maag die er weer even tegen kon liepen we daarna naar de parlementsgebou- wen van Ontario. We wilden niet nog een tour in een parlementsgebouw en keken er alleen eventjes binnen. Buiten voor het gebouw stonden een aantal mensen luidruchtig hun geloof te belijden. Wel grappig om te zien. Al fotograferend liepen we door de stad naar de Kensington Market. Dat is een kleurrijke markt met ontelbare stalletjes en leuke winkelt j es waar zo n beet j e alles t e koop wor dt aangeboden. Daar t ussen

liggen tal van restaurantjes en terras- jes. Heel gezellig allemaal en daarom liepen we een tijdje door de straatjes die helemaal verstopt waren met mensen en aut o s. Naast de Kensingt on Market is Chinatown en we voelden ons echt in Azië met alle uithangborden in het Chinees, de oude Chinese vrouw- tjes en al die vreemde etenswaren die werden aangeboden.

Halverwege de middag waren we terug op Yonge Street en gingen we Eaton Centre, immens winkelcentrum, binnen.

Het was er gruwelijk druk. Nadat we genoeg winkelend publiek hadden gezien en na een bezoek aan St ar bucks, liepen we via het f inancial dist r ict met al z n hoogbouw, naar de CN tower. We wilden naar boven maar we hoorden dat de wachttijd nog altijd 45 minuten was. Daarom besloten we morgen maar naar het hoogste vrijstaande gebouw ter wereld te gaan.

In het Eaton Centre vonden we een foodcourt waar we een vroeg diner aten. Terug in het hotelhebbenwetelevisiegekekenendefotosopdelaptopgezet.

page92image6824064

Canada 2005

Pagina 93

page93image9112000

Weer:meest zonnig
Aantal gereden kilometers: 
0

Zondag 4 september 2005

Route: Toronto

page93image6934384

al na 10 minuten konden we mee in de lift die aan de buitenkant van de toren in 58 seconden naar een hoogte van 346 meter ging. Van boven af hadden we een goed zicht op de gigantische wolkenkrabbers in het financiële district van Toronto. Het leukste was echter het uitzicht op het basebalveld in de Skydome die naast de CN Tower ligt. Er kwam steeds meer publiek op de
tribunes zitten en het leek er op dat er
zo een wedstrijd zou beginnen. Dat bleek
later ook het geval te zijn. Zo hadden we
gratis toegang tot die wedstrijd. Alleen
zagen we de bal niet vanwege de hoogte
van waar af we toekeken. Toch altijd leuk
voor een aant al f ot o s. Hoewel het
bewolkt was konden we toch erg ver kij-
ken. We zagen zelfs de overkant van

De laatste dag van het tweede deel van onze reis is aange- broken. Om zeven uur was de wekker per ongeluk afgegaan, maar we sliepen vrolijk door tot na half negen. Nadat we uit- gebreid aandacht hadden be- steedt aan onze persoonlijke hygiëne (wat zeg ik dat netjes hè?) liepen we naar Tim Hortons op de hoek voor het ontbijt van een bagel met koffie of melk. Langs Yunge Street en Front Street liepen we helemaal naar de CN Tower; het hoogste vrij- staande gebouw ter wereld met een totale hoogte van 553 meter. Daar was het druk met mensen die, net als wij, naar boven wilden. Voor CAD 25,- per persoon kochten we kaartjes. De dame achter de balie vertelde ons dat de wachttijd voor de lift naar boven was opgelopen tot 30 minuten, maar

page93image6935008

Canada 2005

Pagina 94

page94image9131456 page94image6824896

Lake Ontario. Een leuke attractie was de glazen vloer in de toren. Ron kreeg toch eenraar gevoelinznbuiktoenhij opde glazen platen naar beneden stond te kijken. In het café gingen we aan een tafeltje zitten en

bestelden koffie met een stuk aard- beientaart. Het stuk gebak dat vervol- gensoptafelkwam,waszon20bij 20 centimeter en 10 centimeter hoog. Volgens ons goed voor 10.000 calorieën.

Met z n t weeën hadden we er meer dan genoeg aan.
Met ons kaartje hadden we ook toegang tot de Skypod; een uitkijkplatform op maar liefst 447 meter. We moesten wel bijna een uur in de rij staan voordat we met de enige lift naar boven meekonden. Het was wel de moeite waard want vanaf dit platform hadden we een beter uitzicht over de stad.
Toen we weer beneden stonden, kreeg Ron last van zn darmen en in no time moest hij drie keer naar het toilet. Erg lastig maar gelukkig waren er voldoende toiletten in de buurt. Dat is in Canada gelukkig goed geregeld, anders dan in Nederland. Op de weg terug deden we een soort van winkelcentrum met alleen antiekwinkeltjes aan. Ron hoop- t e nog wat blikken polit ieaut o s t e vinden. Er wer d heel mooi spul aangeboden maar helaas geen uit br eiding voor Ron z n ver zameling.
In het Eaton Centre aten we nog wat voordat we terug gingen naar het hotel. Van al
dat gesjok waren we aardig moe geworden.
Op de kamer kwamen we weer op adem. Een belletje naar huis leerde dat daar alles nog z n ganget j e ging wat ger ust st ellend nieuws was. Omdat deel I I bij na t en einde was, moestendefotosopdelaptopwordengereorganiseerdenmoestener back-ups worden gemaakt.
Om kwart voor zeven gingen we uit eten bij de Swiss
Chalet. Nicky had een
chickenpie en Ron at spare
ribs. Erg lekker allemaal.
Alleen is het zo jammer dat
uit eten in Canada zo snel
gaat. In de restaurants wil
men omzet draaien en
daarom komt het eten erg
snel en krijg je meteen de
rekening zodat je lekker vlug
weer klaar bent. Wij waren
met goed een uurtje weer
uit enthuis. sAvondskeken
we televisie.

page94image6823440

Canada 2005

Pagina 95

page95image8927680

Maandag 5 september 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
50 Route: Toronto - Halifax

Labourday. In heel Canada een feestdag die het einde van de zomer inluidt en het begin van het schooljaar betekent. Voor ons begon deel III van onze Canadareis chaotisch. Het geduld van Ron, voor zover aanwezig, zou danig op de proef worden gesteld deze morgen. We waren op tijd opgestaan en wilden bij Tim Hortons gaan ontbijten. Die was echter pas om negen uur open zodat we uitweken naar de overbuur- man; Starbucks voor een koffie met een kaneelbroodje. Ook lekker. Toen we in het hotel onze tassen hadden gepakt, moesten we nog met de lift naar beneden. Nadat we een paar minuten bij de lift hadden gewacht, verscheen de eerste pas. Die was echter bomvol. Ook nummers twee en drie waren afgeladen vol. Toen we na vijf minuten eindelijk een plekje vonden in een lift, ging die eerst van de vijfde naar de 23verdieping. Nu nog naar beneden. De lift stopte echter op bijna elke etage omdat meer mensen naar beneden wilden. Pas na acht minuten stonden we in de lobby. Vier liften voor een hotel met 23 etages en honderden kamers is gewoon veel te weinig. Het uitchecken ging gelukkig wat sneller.

Met onze tassen gingen we daarna naar een hotel op een halve kilometer afstand waar we in een airport shuttle stapten nadat we CAD 15,50 per persoon hadden betaald. Nu volgde weer een oefening in geduld hebben. De bus reed zowat elk hotel in Toronto langs om klanten op te pikken. Bij één hotel bleef de chauffeur bovendien 10 minuten staan kletsen met een collega. Toen we na een uur en een kwartier dan eindelijk op het vliegveld aankwamen, werden eerst de terminals twee en drie aangedaan. Je raad het al; wij moesten in terminal één zijn. Als eerste in de bus, als laatste eruit.

De grootste beproeving deze morgen was het inchecken bij Air Canada voor onze vlucht naar Halifax. Eerst moesten we onze instapkaarten uit een elektronische zuil halen wat al niet vlekkeloos verliep omdat het masjien om een referentiecode vroeg die als pnr-code op onze tickets stonden. Toen dat probleem was opgelost, moesten we onze tassen nog afgeven.
Daar begon de ellende pas
goed. Er waren twee balies
bezet voor meer dan
honderd wachtenden. Het
duurde dan ook drie
kwartier voordat we waren
ingecheckt. Het bleek dat
alle baliemedewerkers waren
gaan lunchen, zich niks aan-
trekkend van al die mensen
die stonden te wachten. De
man die ons uiteindelijk hielp
bood nog wel z n excuses

page95image6880912

Canada 2005 Pagina 96

page96image9114112

aan, maar het kwaad was al geschiedt. Hopelijk was dit geen voorproefje voor deel III. We aten een salade als lunch en wachtten daarna bij de gate op onze vlucht. We hadden kennelijk wat omroepberichten gemist want op een gegeven moment werden onze namen omgeroepen met daarbij het verzoek meteen in te stappen. Wij hadden echter alle twee geen berichten gehoord die vroegen om in te stappen. We kwamen dan ook als laatste in het vliegtuig binnen stappen. We hadden de plaatsen op de achterste rij bij het toilet. Gelukkig duurde de vlucht nog geen twee uur. Wel vertrok het vlieg- tuig een half uur te laat zodat we toch nog twee en een half uur in het toestel zaten. Tijdens de vlucht is iedereen in het toestel wel naar het toilet geweest, zodat het be- slist geen rustige vlucht was en zeker geen lekker ruikende vlucht.

Rond half vijf landden we op het vliegveld bij Halifax. Omdat het maar een klein vliegtuig was geweest waar- mee we kwamen, lagen er maar weinig koffers op de band zodat we onze tassen snel hadden. Bij de verhuur- balie van Alamo handelden we daarna de papieren voor de huur van onze auto voor de komende 19 dagen af. Dat was in een vloek en een

zucht gebeurd en we konden ons melden op de parkeerplaats waar we de sleutel kregen van een donkergrijze Pontiac

Trans Am, een mooie en ruime auto.
Via de snelweg reden we naar Halifax. Hier werd duidelijk weer rustiger gereden dan in Quebec of in Ontario en het leverde dan ook geen problemen op. In het centrum van Halifax liepen we binnen bij een bezoekerscentrum voor een advies voor onderdak. Richting Bedford waren diverse motels werd gezegd, dus we reden die kant op. Bij de Bluenose Inn & Suites vonden we een prima kamer voor CAD 74,-.
Nu we onderdak hadden moesten we
nog wat eten. We hadden een
magnetron oven op de kamer en dat
bood mogelijkheden. We vonden zo
laat nog een winkeltje dat open was
op deze feestdag en kochten er
twee kleine magnetronmaaltijden en
wat chips en drinken. Verder deden
we deze avond ons huiswerk. We
wilden namelijk weten wat er alle-
maal in Halifax te zien en doen was.

page96image6935424 page96image6935632

Canada 2005 Pagina 97

page97image9113920

Dinsdag 6 september 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
Route: Halifax

Vandaag stond Halifax op ons menu. We hadden
besloten om de auto te laten staan en met het
openbaar vervoer naar de stad te gaan. Vlakbij
het motel was namelijk een bushalte. Eerst
verlengden we ons verblijf in het motel zodat we
de hele dag in de stad konden blijven. Daarna
stapten we op de bus die er maar liefst drie
kwartier over deed voordat we in het centrum van
Halifax uitstapten. We hadden wel zowat alle
buitenwijken van de stad gezien. Van het
bezoekerscentrum hadden we gisteren een uitgebreide wandeltocht meegenomen die ons langs alle bezienswaardigheden in de stad zou voeren. We besloten deze wandeling te gaan lopen. We begonnen bij wat oude pandjes in de stad voordat we langs de Sint PaulsChurchwerdengevoerd.Dit isdeeerteprotestantsekerkinhet landenhet oudste gebouw in Halifax. Het gebouw zag er echter nog goed uit hoewel het verder

geen bijzondere kerk was. Via het gemeentehuis werden we naar de Old Town Clock geleidt. Deze klok, die in 1800 werd gebouwd, moest de Halegonians bij de tijd houden. Nadat we langs allerlei imposante oude bankgebouwen waren gelopen, kwamen we uit bij de Historic Properties. Dat zijn tien gebouwen uit de 19eeuw die aan sloop zijn ontsnapt en zijn opgeknapt. Nu huizen er restaurantjes, winkeltjes etc. De ligging aan het water maakte dit buur- tje nog leuker. We slenterden tussen de oude gebouwen rond en dronken wat op een terrasje aan het water. We bleven daarna langs het water lopen, langs allerlei scheen die aangemeerd lagen en langs vele terrasjes. Erg gezellig allemaal. Het weer werkte ook mee want de zon scheen de hele dag en toch was het niet te warm. Daar zorgde het windje van zee wel voor.

Bij Subway lunchten we en gingen daarna naar de bibliotheek om te internetten. Daar lag de verbinding er echter uit zodat we eerst

maar naar de grote citadel liepen. Dit prachtig gerestaureerde fort is uit het midden van de 19eeuw. Binnen het fort liepen mensen rond in
Schotse uniformen uit die tijd. De hele tijd werd er op
verschillende plaatsen een doedelzak bespeeld. We liepen

zomaar wat door de citadel en bekeken wat we allemaal tegen kwamen. Dit fort vertoonde veel gelijkenis met fort Henry in Kingston zodat we ook hier konden zien hoe de soldaten

page97image6934800 page97image6935840 page97image6936048

Canada 2005 Pagina 98

page98image9133952page98image6823024

leefden en wat er zo allemaal kwam kijken bij het leven in een fort. Ook was hier een museum over het Canadese leger. Het zag er allemaal prachtig uit en we bleven dan ook een paar uur daar.
De vrouw bij de bibliotheek had ons gezegd dat de internetverbinding over een half uurtje weer hersteld zou zijn, dus gingen wij weer terug naar de bieb. Daar merkten we dat het kennelijk een ernstige storing was want er was nog steeds geen verbinding. Geen gratis Internet dus. Dan maar naar een internetcafé. We vonden een leuke tent met een snelle verbinding. Daar werd de e-mail af gehandeld en zet t en we 72 f ot o s op het net zodat de thuisblijvers konden zien wat wij zoal mee hebben gemaakt. Ook zochten we de foutmelding op die steeds verscheen op de videocamera. Het bleek dat veel mensen last hadden van deze melding, maar een echte oplossing werd niet gegeven. Geen videobeelden meer dus deze reis. Echt balen!

Het was nu kwart voor zes en we besloten in de stad te blijven eten. We vonden een leuk terras aan de waterkant. Nicky at er een salade en Ron kon weer eens vis eten. Erg lekker allemaal, maar we werden wel weer in een record tempo bediend zodat de volgende gasten plaats konden nemen. Dat doen we in Nederland toch beter dan hier. Met onze magen vol namen we de bus naar het motel. Lijn 80 bleek een erg drukke lijn. De bus zat bomvol maar gelukkig hadden wij nog een zitplaats. Omdat de bus zowat bij elke halte stopte, duurde het weer drie kwartier voordat we bij het motel waren. Daar moesten heel wat huiswerk doen. Het dagboek moest nog worden bijgewerkt en we hadden weer veel f ot o s gemaakt .

s Avonds kr egen we t och weer honger . Dat wer d zo er g dat Ron bij een benzinest at ion een grote zak chips en drankjes ging kopen.

Woensdag 7 september 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
277 Route: Halifax - Sherbrooke

Nadat we hadden uitgecheckt, reden we eerst naar een Tim Hortons voor een ontbijt. Daarna wildenwenaar FishermansCoverijdendat ten zuiden van Dartmouth moet liggen. We konden het plaatsje echter niet vinden, hoe we ook zochten. Ner gens ook maar één ver wij zing naar Fisher man s Cove. Daarom reden we maar door langs de oost- kust in oostelijke richting. In het begin zagen we

page98image6830720

Canada 2005

Pagina 99

page99image9133568 page99image6830512

de kust helemaal niet. Pas voorbij Cow Bay
kregen we wat mee van de Atlantische Oceaan.
Mooi waren de golven die nogal hoog waren.
Mooie golven voor surfers. Die zagen we dan
ook diversen toen we bij Lawrencetown Beach
uit de auto stapten. Het bleken wel beginners
te zijn. Slechts een paar keer zagen we een
surfer een ritje op de golven maken. De rest
lag maar wat in het water te dobberen op die
plankjes.
Langs de route zagen we wel veel woningen staan, maar nergens waren dorpjes te bekennen. Dus ook geen winkels. Toch moesten we nog aan wat eten voor de lunch zien te komen. In een gehuchtje vonden we uiteindelijk een winkeltje een wat flesjes drinken en in een volgend gehuchtje wat broodjes en een pot Nutella. Bij Pleasant Point gingen we op zoek naar de vuurtoren die daar zou moeten staan. Het duurde even voor- dat we de toren vonden en dat was niet zo gek ook, want het bleek een minuscuul vuur- torentje te zijn. Eentje voor modelbootjes leek het wel. Ergens in de buurt aten we onze lunch.
Pas in Sheet Harbour vonden we een aantal winkels bij elkaar en een bank zodat we geld konden pinnen. Ook kochten we een piepschuim koelbox en ijs zodat de gekochte drankjes koel zouden blijven. We hadden al een tijdje gereden en konden de interes- sante dingen maar niet vinden. Toen Ron eens op de kaart keek, bleek dat we aan al die plaatsen voorbij waren gereden omdat nergens iets stond aangegeven en Nicky dacht dat we heel ergens reden dan in werkelijkheid. Het werd daarom een middag waarin we voornamelijk in de auto zaten. Af en toe stopten we om naar de vele eilandjes in de zee te kijken, maar verder was er weinig te zien. We waren dan ook in het minst bezochte gebied van Nova Scotia. De weg hadden we ook bijna voor ons zelf.
Uit een gids hadden we een lodge in Sherbrooke gekozen om te overnachten. Motels waren er niet in dit deel van de provincie. De lodge bleek echter een prima keuze. De Zwitserse eigenaar had veel moeite gedaan om er iets leuks van te maken. We werden rondgeleid en kregen drinken aangeboden. We zouden morgen ontbijt geserveerd krijgen en er was zelfs gratis Internet. We maakten er onmiddellijk gebruik van.
Ook was er een magnetron die we mochten gebruiken zodat we in een kleine super- markt wat magnetron maaltijden kochten. Op deze manier konden we de vakantie iets minder duur maken.
Het was s avonds nog heer lij k weer zodat we buit en at en. De r est van de avond keken we naar tennis op de televisie en deden we ons huiswerk.

Donderdag 8 september 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
210 Route: Sherbrooke - Inverness

Het voordeel van een Bed & Breakfast is het ontbijt dat bijgeleverd wordt. Niks geen

page99image6830304 page99image6830096 page99image6829888page99image6830928 page99image6827600

Canada 2005

Pagina 100

page100image9135488 page100image6821984

kop koffie met een bagel bij Tim Hortons, hoewel daar niks mis mee is, maar een stevig ontbijt compleet met eieren en ham. Nadat we hadden uitgecheckt reden we naar het Sherbrooke Historic Village. Dat zijn 26 originele huizen uit de 19eeuw die gerestaureerd zijn en waarin mensen in kleding van die tijd, uitleg geven over het leven in die tijd. Toen we daar aankwamen ging het museum net open en we waren de

eerste gasten voor vandaag. Als eerste bekeken we een diashow over het dorp en daarna brachten we een bezoekje aan de smid die meteen van alles begon uit te leggen en zelfs begon te smeden in zijn volledig intact zijnde smidse. En zo ging dat in bijna elk gebouw. Omdat er zo weinig gasten waren, hadden de werknemers veel tijd voor ons en iedereen praatte als
Brugman. Daardoor duurde
het veel langer om het dorp
te zien dan we hadden ge-
dacht. Het was wel erg leuk
om op deze manier kennis te
maken met een post-
beambte, een drukker,
verschillende winkeliers, een
dokter, een fotograaf etc.
etc. De laatste gebouwen in
het dorp liepen we maar
voorbij want anders zouden
we het grootste deel van de
dag in het museum doorbrengen en dat was niet het plan.
Buiten het museum was er nog een watermolen helemaal nagebouwd. Helaas kon de molen niet werken vanwege de lage waterstand. Geen water, geen zaag die het hout in

planken kon zagen. Ook liepen we er een korte trail, maar daar was niet zo veel aan.
Het volgende uur waren we bezig om in Antigonish te komen. Antigonish is de grootste plaats in de regio. Daar tankten we benzine en vereerden we Tim Hortons met een bezoekje. Toen we de eenmaal de stad uit waren, lunchten we langs de

page100image6821568 page100image6821360

Canada 2005

Pagina 101

page101image9114880 page101image6936880

weg naar Cape Breton Island. Een- maal op het voormalige eiland Cape Breton bezochten we het bezoekerscentrum om uit te vinden hoe we best de Cabot Trail langs de ruige kust van Cape Breton Island konden rijden. We kregen erg veel informatie mee zodat onze biblio- theek weer aardig gevuld was. Een dag of vier zouden we toch wel nodig

hebben voor Cape Breton volgens de vriendelijke dame van het bezoekerscentrum.

Via Highway 19 reden we in noordelijke richting langs de westkust. Die is hier nog redelijk vlak. Onderweg zagen we nauwelijks bewoning. In het eerste dorp dat we tegen kwamen, Port Hood, hebben we een hele tijd aan zee op een bankje gezeten en wat langs de waterrand gelopen. Het was een graad of 26; erg lekker dus.

Om een uur of vijf reden we Inverness binnen. Dat is de grootste plaats in de regio. Niet dat Inverness veel voorstelt. Als er 1000 mensen wonen, is het veel. Wel waren er twee motelletjes. We kozen er eentje met een restaurant. De kamer was netjes en het restaurant eenvoudig, maar het voldeed. We moesten vroeg eten want om zeven uur zou de tent sluiten. Men was hier duidelijk aan het afbouwen. De menukaart bevatte maar weinig gerechten en de keuze van Ron was niet voorradig evenals nog wat andere

page101image6936464

Canada 2005 Pagina 102

page102image9115456

gerechten zodat de keus beperkt was. Toen waren de scallops in witte wijnsaus erg lekker.
Omdat het leek dat de zon erg mooi in de zee zou zakken, liepen we na het diner naar het strand, maar net toen de zon onder zou gaan kwam er bewolking opzetten en ging de romantische zonsondergang niet door.

s Avonds deden we ons huiswer k en pr of it eer den we van een onbeveiligde I nt er net toegang. Helaas deed die het maar een half uurtje, maar dat was genoeg om het wereldnieuws bij te lezen.

Vrijdag 9 september 2005

Weer: bewolkt
Aantal gereden kilometers: 
143 Route: Inverness Cape North

page102image6937088

Toen we wakker werden was het heel ander weer dan de voorgaande dagen. De zon zat verstopt achter een dikke laag bewolking. Het was wel droog. Een verrassing was dat niet want alle weersvoorspellingen hadden op deze bewolking gewezen. Ons ontbijt hadden we bij ons dus dat werd een broodje op de kamer. Vandaag zouden we de Cabot Trail gaan rijden. Veel mensen vinden het landschap van deze trail het mooiste van de maritieme provincies. Dat beloofde dus wat. We reden eerst de rest van de

Ceilidh trail af waar we gisteren aan begonnen waren. Zo stopten we nog in Margaree Harbour, een slaperig plaatsje met een al even slaperig haventje maar met een fantastische ligging aan de ruige kust.Altijdgoedvoor wat fotos. Cheticamp is de grootste plaats aan de westkust van Cape Breton Island. Daar deden we wat bood- schappen in een fatsoenlijke super- markt. We vonden er ook een Tim Hortons. Koffie drinken dus. Cheticamp is wat ze noemen een

page102image6986864

Canada 2005 Pagina 103

page103image9082304

Acadian village wat betekent dat het merendeel van de mensen van Franse afkomst is. Er werd dan ook voornamelijk Frans gesproken. Gelukkig niet uitsluitend zoals in Quebec. Alles staat hier in twee talen aangegeven en de mensen die we spraken, spraken ook Engels. Wel is men kennelijk trots op hun Franse afstamming getuige de vele Franse vlaggen met een gele ster in het blauwe vlak, de Acadische vlag. Bij bijna elke woning hing wel zo n vlag. Een boer had zelf s z n schuur in die kleur en gever f d. Even boven Cheticamp begint het Cape Breton Highlands National Park. We bezochten het bezoekerscentrum voordat we het park inreden. Entree hoefden we niet te betalen omdat we nog steeds in het bezit waren van een jaarkaart voor alle nationale parken in Canada. Zodra we in het park waren, stikte het er van de look-off punten zoals men hier een uitkijkpunt noemt. De meeste boden een prachtig zicht op de ruige kust en de golven die lustig op die kust beukten. Jammer dat het zo bewolkt was. Toch waren we allang blij dat het niet regende. We stopten bij de meeste punten en namen heel wat fotos.Ookwarener diversekortewandeltrailsuitgezet.Deeerstedieweliepenwas

er eentje van maar liefst 600 meter lang.DeBog E trailwaseen boardwalk door een stuk moeras. Beesten zagen we er niet maar wel heel interessante plantjes zoals de Pitcher plant, een vleesetende plant die insecten lokt die daarna niet meer los kunnen komen van de plant dankzij honderden weerhaakjes en uiteindelijk verdrinken in het water dat onderin de plant zit. We vonden er veel en waren druk met het fotograferen van deze kleurrijke

planten.
De volgende wandeltrail was die naar Benjies Lake. We waren de enigen op de route, want onze Pontiac was de enige auto op de parkeerplaats. De trail was slechts 3,2 kilometer lang maar bood
kans op moose. Nu hadden
we al heel wat trails gelopen
die een ontmoeting met een
moose beloofden, maar tot
nu toe hadden we nog niet
één moose gezien. Toch
begon de trail veelbelovend.
Overal zagen we sporen van
deze grappige beesten. We
war en zo n kwar t ier t j e
onderweg toen Ron een bull
moose ontwaarde die rustig
stond te grazen in het bos.

page103image6838368 page103image6838992

Canada 2005

Pagina 104

page104image9134144 page104image6821776

Het was het geweldige gewei van het beest dat hem was opgevallen. In het begin waren we nog heel stil en fotografeerden de moose van een afstand, maar omdat hij maar bleef grazen en we zijn kop niet goed zagen, begonnen we wat geluid te maken om hem op te laten kijken. Dat deed hij een paar keer maar het was duidelijk dat hij zich niet liet storen door ons. Dat moedigde ons weer aan om wat dichter naar het

beest toe te lopen. We bleven bijna een half uur bij de moose die al die tijd rustig door graasde. De trail eindigde bij een prachtig stil meertje waar ook duidelijk veel moose kwamen, gezien de sporen. Nu waren ze kennelijk ergens anders bezig want we zagen er geen meer. Toen we terug naar de auto liepen was de moose er nog steeds maar nu lieten we hem maar met rust.

In de auto hebben we een muffin bij wijze van lunch gegeten. Iets voor Pleasant Bay hadden we de mooiste uitzichten op de kust van deze dag. We daalden via een weg met veel haarspeldbochten naar zeeniveau. In een restaurantje dronken we wat en hoorden dat er wellicht om vier uur een boot vertrok om walvissen te gaan spotten. Daar hadden we wel oren naar en dronken vlug ons drankje op om naar het haventje van Pleasant Bay te rijden. Helaas hoorden we daar dat de tocht niet doorging vanwege de harde wind. Wij vonden het helemaal niet hard waaien, maar hier zijn ze blijkbaar niet zo veel gewend. Ook de komende dagen zou men niet uitvaren. Geen walvissen deze keer dus. Dan maar weer een trail. Deze keer de Lone Shieling trail met een heuse schuilhut en erg veel maple bomen. Dit bos zou het oudste bos in dit deel van Canada zijn. Wij geloofden dat onmiddellijk. De trail was kort en weinig interessant, dus waren we vlug klaar. Restte ons nog een slaapplek te zoeken voor vannacht. We kwamen uit bij North Bay. Daar was een viersterren bed and breakfast maar

die was helaas volgeboekt. Jammer want die zag er erg leuk uit. Daarom maar weer een motelkamer genomen. Dat was echter ook geen verkeerde. De kamer was erg groot en alles was erg netjes. Enig minpuntje was de erg oude televisie met welgeteld 2 zenders.
Het diner deze dag bestond uit een pizza die we haalden in een piepklein restaurantje in het gehucht. Die aten we oponzekamer.Daarnawashet fotoskijken,typenen lezen.

Zaterdag 10 september 2005

Weer: regen
Aantal gereden kilometers: 
203 Route: Cape North - Baddeck

Toen we wakker werden scheen de zon maar voordat we uit bed waren, regende het pijpenstelen. Vandaag maakten we eerst een omweg voordat we verder zou gaan met

page104image6821152

Canada 2005

Pagina 105

page105image9116032 page105image6937504

het rijden van de Cabot Trail. We wilden namelijk het meest noorde- lijke puntje van Nova Scotia bezoeken. Dat betekende eerst bijna 20 kilometer naar Bay St. Lawrence in de regen. Daarna nog bijna acht kilometer over een modderweg naar Meat Cove. De weg was door de regen zo glad geworden dat de auto op de steilere hellingen gewoon naar beneden gleed. Geen pretje. Meat Cove bleek een gehuchtje met vijf huizen en een camping. Er was helemaal niks te doen, maar daar ging het ons niet om. We waren op het meest noor- delijke puntje geweest. De weg terug was al even glibberig als de heenweg. We

waren blij toen we weer asfalt onder de wielen van de Pontiac hadden. Om de Cabot Trail af te maken moesten we eerst weer naar Cape North. Het was ondertussen opgehouden met regenen en daarom besloten we toch een korte trail te gaan lopen. Het werd de Jigging Cove Lake trail waar wellicht wat dieren tegen zouden kunnen komen. Niet dus. We liepen de hele route zonder ook maar een beest tegen

page105image6937712

te komen, zelfs geen eekhoorn of mug. We waren bijna terug bij de

auto toen het weer begon te regenen. We reden daarom maar door naar het zuiden.
Bij de luxe Celtic Lodge reden we naar een zand- strandje waar we een muffin aten bij wijze van lunch. Ron was zo moe dat ie even in slaap viel. Ondertussen bleef het maar regenen. Daarom reden we de middag voornamelijk door naar het zuiden. Af en toe stopten we als het uitzicht over de kust te mooi was om aan voorbij te rijden, regen of niet. Op

page105image6937920 page105image6938128

onze route passeerden we diverse gehuchtjes maar geen echte dorpen. Waar doen al die mensen die hier wonen in vredesnaam hun boodschappen? Her en der stonden er woningen, maar winkels waren nergens te bekennen. Alleen souvenirwinkel- tjes reden we af en toe voorbij. Cape Breton Island is een prachtig eiland maar het is

Canada 2005

Pagina 106

page106image9136640page106image6822192

allemaal wel erg ver van de bewoonde wereld, zeker nu het weer niet zo best was.

Om half vier reden
we Baddeck binnen.
Voor het eerst
zagen we weer wat
winkeltjes in een
plaatsje. Toen we
door het dorp reden
zagen we een erg
leuk motel. Niet de
doorsnee motel-
units, maar een Victoriaans huis. We besloten hier te blijven voor de nacht. Er was nog plaats in het motel, alleen was de kamer nog niet gepoetst. Een half uurtje later wel. Ondertussen liepen we door het dorp en deden we nog wat boodschappen.

Toen we onze kamer in konden was het kappertijd voor Ron. Alle haartjes werden weer keurig door Nicky verwijderd. Daarna liepen we nog wat door het dorp voordat we gingen eten in het restaurant bij het motel. Bij wijze van uitzondering was het eens een restaurant dat er een beetje gezellig uitzag in tegenstelling tot veruit de meeste tentjes die we zagen. Het was er ook best druk. Op de menukaart stond ook kreeft vermeldt. Dat was de gelegenheid voor Ron om die eens een keer te bestellen. De prijs van CAD 24,95 was goedkoop in vergelijking met thuis. Het is altijd wel een gedoe om het vlees uit een kreeft te krijgen, maar het was de moeite waard. Ron genoot van deze delicatesse. Ondertussen waren ook een pianist en een violiste begonnen met spelen. Zo werd het nog gezellig ook. Voor het eerst sinds ons verblijf in Canada zaten we langer dan een uur in een restaurant.

Derest vandeavondzatenweoponzekamer waar weweer bezigwarenmet defotos en het dagboek.

Zondag 11 september 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
407 Route: Baddeck - Pictou

Dat niks zo veranderlijk is als het weer bleek maar weer. Toen we opstonden was het stralend weer. We ontbeten op de kamer nadat Ron bij de overburen koffie en melk had gehaald. Vandaag wilde we de zuidoost hoek van Cape Breton Island gaan bekijken. Middenophet eilandligt het grotezoutwatermeer BrasdOr.Ominhet zuidoostente komen, moesten we om dat meer heen rijden. Dat bleek beslist geen straf. De weg kronkelde langs de oevers van dit immense meer. In het meer lagen talloze eilandjes. Bewoning was er nauwelijks. Vanaf Marble Mountain hadden we een fantastisch uitzicht

Canada 2005 Pagina 107

page107image9085184page107image6838784

over het meer. We keken vanaf een hoog uitkijkpunt over het water met enkele eilandjes erin. We bleven hier even staan genieten.
Vervolgens wilden we Isle Madame gaan bekijken. Het bleek nog niet mee te vallen om daar te komen. Wegwijzers waren er nauwelijks en de wegen waren slecht. We reden door tal van dorpjes, als de gehuchtjes waar we doorheen reden die naam mogen hebben. Per dorpje bekeken we op onze landkaart of we in de buurt van Isle Madame kwamen. We kwamen ook door St. Peters gereden. Hier hadden ze alle brandkranen een

facelift gegeven. Ze waren allemaal op een verschillende manier beschilderd. De grappigste waren de brandkranen die veranderd waren in Homer Simpson, de kerstman en Goofy om er maar een paar te noemen. De beroemdste attractie in St. Peters is het kanaal dat het Bras dOr verbindt met de Atlantische oceaan. Wij vonden het maar een heel gewoon kanaaltje met een sluis erin. Hier was het big business. Omdat het al weer een uur of één was, besloten we te lunchen bij de lokale vestiging van Tim Hortons; onze grote favoriet. We bestelden een klein broodje met soep maar het meisje achter de balie begreep ons verkeerd en maakte twee grote broodjes voor ons klaar. We kregen die voor de prijs van een klein broodje. We hadden nu wel veel te veel eten. Wat we niet op konden namen we mee voor het avond eten. Na nog een aantal keren fout te zijn gereden, vonden we eindelijk Isle Madame. Zonder twijfel een prachtig eiland met

kleurige, kleine plaatsjes, pittoreske haventjes en geweldige uitzichten over de oceaan, maar plotseling hadden we even genoeg van de zee en besloten we verder te rijden. We namen al nauwelij ks f ot o s meer omdat de indr ukken die we op deden t och niet in een foto te vangen zijn. Bovendien waren het steeds dezelfde plaatjes; huisjes, bootjes en veel water. We zijn veel te verwend geraakt gedurende deze reis. Schandelijk eigenlijk.

Als onze volgende bestemming hadden we Prince Edward Island (P.E.I.) gekozen, de

page107image6840864

Canada 2005

Pagina 108

page108image9086912 page108image6839200

kleinste provincie van
Canada. Om daar te kunnen
komen moesten we met de
ferry mee. Die vertrekt
vanaf Caribou en dat
betekende nog meer dan 130
kilometer rijden. Om daar
niet te lang over te doen,
kozen we de snelweg. Dat
schoot lekker op. De hele
route konden we om en nabij
de 100 kilometer per uur rij-
den zodat we rond een uur
of vijf in Pictou, een plaatsje
naast Caribou, aankwamen. Daar namen we onze intrek in een standaard motelletje. Omdat Pictou volgens de boeken een leuk plaatsje is, liepen we het dorp nog even in. In Pictou landden in de 18
eeuw de eerste Schotten in Canada. In de straatjes waren nog heel wat oude stenen gebouwen uit die tijd terug te vinden. In de haven lag een replica van het schip de Hector, waarmee de Schotten aan land kwamen. Erg leuk om even te zien allemaal.
Als diner at en we r est van onze br oodj es op, aangevuld met een zak chips. s Avonds moesten we veel lezen om in P.E.I. te weten wat te gaan zien en doen.

Maandag 12 september 2005

Weer: zwaar bewolkt
Aantal gereden kilometers: 
133 Route: Pictou St. Peters

Na een ontbijtje in het motel en een kop koffie bij Tim Hortons, reden we naar het plaatsje Caribou voor de overtocht naar Prince Edward Island (P.E.I.). We waren er al om kwart voor tien. Veel te vroeg omdat de boot pas om kwart over elf vertrok. De tijd verdeden we met wat rondlopen en lezen. We waren zo wel zeker van een plaatsje op de boot.Het washier first come,first go.Uiteindelijkkondenalleautosopdeboot met

uitzondering van drie vrachtwagens. Die moesten anderhalf uur wachten. De overtocht duurde ongeveer 75 minuten. Onderweg verdeden we de meeste tijd met het uitkijken over het water en we dronken een warme chocolademelk. Niet dat het koud was. Er stond alleen een stevige wind. Verder was het zwaar bewolkt.

Toen de boot had aangelegd in Wood Islands op P.E.I. en we van de boot

page108image6839616

Canada 2005

Pagina 109

page109image9116416 page109image6938752

mochten, reden we eerst naar een schattig vuurtorentje dat naast de haven lag. Pas nadat we die hadden gefotografeerd reden we verder het eiland op. P.E.I.is de drukst bevolkte provincie van Canada, maar wij reden door een plattelandsgebied met nauwelijks bebouwing. Overal waar we keken zagen we aardappelvelden.

De eerste plaats van enige grootte was Montague aan de oostkust van het eiland. Hier deden we eerst wat boodschappen. In het plaatsje Cardigan aten we de gekochte

page109image6938544

stond dit motel als een veel te dure optie vermeldt. Toch liepen we even binnen om de prijs te vragen. Die bleek veel lager te zijn, vermoedelijk omdat het seizoen voorbij is. We aarzelden geen moment en namen een kamer in het motel. Nog niet hadden we zon grote kamer gehad en alles zag er even netjes en mooi uit. En daarbij kwam ook nog het gratis breedband Internet.

Nadat we onze tassen op de kamer hadden gezet, reden we naar het park. Aan het

begin is een groot en mooi bezoekerscentrum. Dat bezochten we eerst. We zagen er een prachtige multimediapresentatie en bekeken de twee tentoonstellingen in het gebouw. Toen het

cent r um z n deur en sloot

broodjes en drankjes op terwijl we uitkeken over het schattige haven- tje. Het is beslist mooi hier met al dat water en die bootjes. Wel was er erg weinig activiteit. Waar waren al die mensen?

We wilden vandaag naar het Green- wich, Prince Edward Island National Park rijden aan de noordkust van P.E.I. We sneden de noordoostpunt af en reden de kortste weg naar St. Peters. Hier kwamen voorbij een mooi uitziend motel gereden. In de accommodatiegids die we hadden

page109image6939168

Canada 2005 Pagina 110

page110image9089600

voor deze dag liepen we twee korte trails in het park. We liepen langs het water terwijl de wind steeds harder ging waaien. We keken uit over tal van mosselbanken en zacht- jes glooiende groene heuvels. Het landschap heeft hier
veel weg van Schotland.

Toen we terug waren in het motel werd meteen de laptop aangezet en lazen we onze e-mail en het nieuws in Nederland. Het diner haalden we deze dag bij een klein restaurantje naast het motel en aten dat op in onze kamer. Verder werd er druk gebruik gemaakt van de Internetverbinding.

Dinsdag 13 september 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
203 Route: St. Peters - Cavendish

Jammer genoeg moesten we ons motel al weer verlaten.Wezoudenelkedagzon kamer moeten kunnen vinden. Vandaag was het veel beter weer dan gisteren. Nu scheen er tenminste een zonnetje. We reden vanuit het motel naar Greenwich om wat te gaan wandelen in het Nationale Park. We liepen eerst een ronde van 2,5 kilo- meter met uitzichten over St. Peters Bay. De tweede trail was leuker. Die liep door de duinen waar men een boardwalk over het water had gebouwd en langs het water. We

keken naar planten en zochten naar dieren, maar die waren er niet veel. Al met al liepen we zo n zeven kilomet er .
Onze volgende bestemming was de provincie hoofdstad en enige grote plaats op Prince Edwar d I sland; Char lot t et own. Het gr appige is dat Char lot t et own slecht s zo n 30.000 inwoners heeft en dus eigenlijk een groot dorp is. We moesten nog wel vanuit het noor- den naar de zuidkant van het eiland rijden, maar dat was slechts 48 kilometer.

Tegen de tijd dat we Charlottetown binnenreden was het lunchtijd en we stopten bij Tim Hortons voor wat drinken. In de auto op de parkeerplaats aten we onze broodjes

page110image6939584 page110image6939792 page110image6940000 page110image6940208 page110image6940624 page110image6940832page110image6941248

Canada 2005

Pagina 111

page111image9088448page111image6839824

die we nog hadden. Daarna zochten we een plaatsje voor de auto in het centrum van de stad. Drie straten van het centrum verwijderd vonden we een rustig woonstraatje waar we de auto gratis konden parkeren. In welke provinciehoofdstad kan je dan nog? We liepen door een paar

charmante straatjes vol met mooie houten huizen, afgewisseld met een enkel stenen exemplaar uit de 19eeuw. Bij de haven ligt Peake s Whar f en hier war en t al van souvenirwinkeltjes. Nicky kocht er een T-shirt en eindelijk vonden we een leuk souve- niertje voor de buren die al die tijd op ons huis passen. Langs Great George Street liepen we naar het parlementsgebouw. In de straat stonden

statige huizen en natuurlijk stond de kerk in de steigers zodat we die links lieten liggen. Het was gewoon prachtig om te zien hoe klein stedelijk Charlottetown is. Niks geen grote winkelcentra en niks geen verkeersopstoppingen. Het is goed leven hier dachten we zo.
Hoe leuk ook, Charlottetown is geen plaats om een hele dag

te blijven als je zoveel van het land wilt zien als wij. We reden dan ook weer verder. Nu weer terug naar het noorden waar we weer naar het P.E.I. NP wilden gaan. Nu een stuk westelijker, naar Cavendish. Op onze weg daar naar toe kwamen we

door North Rustico. Dat bleek een bijzonder aantrekkelijk plaatsje. We zaten er een tijdje op een bankje, uitkijkend over de Golf of St. Lawrence. Vissers brachten hun

vangst aan wal met hun kleine bootjes. Een eindje verderop ligt North Rustico Harbour. Daar stond nog een schattig vuurtorentje zodat we daar ook even gingen kijken.

Het was al vijf uur geweest toen we Cavendish binnen reden. Veel stelt het dorpje niet voor. Het is meer een toeristenstadje vol met motels en restaurants. We vonden een mooie cottage met alles erop en eraan

page111image6840032 page111image6840240 page111image6841072

Canada 2005 Pagina 112

page112image9115072page112image6941872

voor de helft van de prijs die in de boeken stond. Het is goedkoop vakantie vieren buiten het hoogseizoen. We hadden de beschikking over een complete keukenuitrusting en zelfs een afwasmachine en twee slaapkamers. Dat gaf ons de gelegenheid om in een supermarkt eten te kopen en dat in de cottage klaar te maken. Voordat we gingen eten, liepen we eerst nog even naar het strand waar de zon net bezig was om prachtig onder te gaan. Vooral de rode rotsen waren mooi met het strijklicht van de zon.
Na het eten keken we naar de film Notting Hill die op een apart kanaal van de Inn werd uitgezonden. Eindelijk eens een film zonder reclame. Een verademing na al die televisie programmasmet elkevijf minutenreclame.

Woensdag 14 september 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
257 Route: Cavendish Hopewell Cape

Vandaag onze laatste dag op P.E.I. en op naar een nieuwe provincie; New Brunswick. Eerst nog een route langs de noordkust van het eiland. Vanuit de cottage brachten we eerst een bezoekje aan het bezoekerscentrum aan de overkant van de weg. Daar konden we gratis gebruik maken van een computer met een Internetverbinding. De rest

page112image6941456

Canada 2005

Pagina 113

page113image9136832 page113image6820736

van het centrum was niet zo interessant zodat we na het mailen vlug weer verder gingen. We maakten een wandeling in de duinen bij Cavendish. Ook konden we de alom aanwezige Anne of Green Gables niet overslaan. Deze figuur uit de boeken van de uit P.E.I. afkomstige schrijfster Lucy Maud Montgomery is zo beroemd in Canada, dat men hier flink heeft uitgepakt. Er waren

twee musea gewijd aan Anne of Green Gables en er was een dorpje uit de tijd van dit r oodhar ige meisj e nagebouwd. Nicky nam wat f ot o s van wat gebouwen en daar mee hadden wij genoeg gezien van een verhaal dat wij toch niet kennen. Kennelijk dachten anderen daar anders over want het was druk in de musea.

page113image6820320

Was het landschap op P.E.I. tot nu toe best mooi geweest, nu werd het eenvoudigweg prachtig. Bij French River keken we vanaf een uitzichtpunt uit op hooivelden, bossen en een havent j e. Dat alles in een mooi zonlicht , maakt e dat we heel wat f ot o s namen. Ook onze volgende bestemming; Malpeque Harbour was schilderachtig. Hier waren het de schuurtjes en de bootjes van de vissers die het zo mooi maakten.

Om van het eiland af te komen konden we kiezen voor de boot of de brug. De boot was geen optie omdat we dan weer helemaal terug moesten naar Wood Islands en weer in Nova Scotia uit zouden komen. De brug dus. Die was bovendien goedkoper maar kostte altijd nog CAD 39,50. Maar voordat het zover was, moest de brug op de foto en brachten we een bezoekje aan het prachtige bezoekerscentrum bij de brug. Er waren winkeltjes maar ook een uitgebreide tentoonstelling over P.E.I.

Na dertien kilometer brug kwamen we aan in New Bruncwick. Ook daar stond aan het einde van de brug een bezoekerscentrum. Nicky ging er op onderzoek uit en Ron

page113image6820112

Canada 2005 Pagina 114

page114image9134912

bekeek de vele foldertjes. Lunchen deden we op de parkeerplaats voordat we verder reden.
Het deel van New Brunswick vanaf de brug naar de
eerste grote plaats Moncton was zo goed als verlaten.

Langs de weg zagen we alleen maar bomen en heel af
en toe een eenzaam huisje. Niet echt een aan-
trekkelijk landschap. Pas bij Moncton kregen we de
indruk dat er toch mensen woonden in New Brunswick.
Na Moncton werd het wat beter met het landschap.
Nu was er regelmatig bebouwing en hadden we af en
toe uitzicht op de rivier de Petitcadiac. Het water in deze rivier is hartstikke bruin vandaar de bijnaam Chocolate River. Ook bijzonder hier zijn de getijde verschillen. Die behoren tot de grootste ter wereld. Het verschil tussen eb en vloed is hier zon tien meter.

We stopten bij een motel in Hopewell Cape en namen daar onze intrek in een mooie kamer met uitzicht op de rivier. Voordat we de tassen op de kamer zetten, reden we naar het nabij gelegen park waar bijzondere rotsen op het strand staan. Die zijn ont- staan door erosie en doen denken aan de hoodoos die we eerder in British Columbia zagen. Het park was bijna dicht en we mochten gratis naar binnen. We mochten niet

meer op het strand, maar konden de rotsen toch goed zien vanaf enkele lookoffs. We besloten morgen terug te gaan als het park weer open was zodat we dit natuurgeweld wat beter konden bekijken.

We dineerden in het restaurant bij het motel. Dat was eenvoudig maar lekker en niet duur. s Avonds moest er heel wat huiswerk worden gemaakt. Nu we voldoende materiaal over New Brunswick hadden, moesten we dat allemaal

door nemen en nat uur lij k moest en de f ot o s op de lapt op.

Donderdag 15 september 2005

Weer: s morgens droog, s middags veel regen
Aantal gereden kilometers: 
234 Route: Hopewell Cape- Saint John

Het ontbijt zat bij de prijs van onze overnachting inbegrepen. Het stelde echter niet zo veel voor. We aten wat lauwe pannenkoekjes en een kop slappe koffie. Nadat we hadden uitgecheckt reden we terug naar het park in Hopewell Cape om de eilandjes voor de kust bij hoog water te bekijken. Het park was nu officieel open en daarom moesten we CAD 8 per persoon betalen om binnen te mogen. Eigenlijk belachelijk want

page114image6819904 page114image6819696

Canada 2005

Pagina 115

page115image9113536 page115image6942080

er werd niks meer geboden dan gisteren toen we gratis naar binnen mochten. We bekeken de eilandjes weer vanaf de diverse platforms. Wij vonden het gisteren mooier toen je de bodem van de oceaan kon zien. Na een kop koffie in het restaurant en een bezoekje aan de tentoonstelling reden we verder naar het westen. Onder- weg kwamen we aan een overdekte brug uit 1905 voorbij gereden en

die moest natuurlijk op de foto. Aan de kust zou- den steile kliffen

zijn en die wilden we wel eens bekijken. We draai-

den daarom van de highway 114 weg en
reden het echte platteland in. Hier was
bijna geen bewoning. Was het tot nu toe redelijk weer geweest met af en toe zelfs een zonnetje, het werd steeds mistiger. Tegen de tijd dat we bij Cape Enrage aankwamen

waar de kliffen het best te zien zouden zijn, was het zo mistig dat het zicht minder dan 50 meter was. Niks geen kliffen dus en zelfs amper een vuurtoren. Die was bijna verdwenen in de mist. Toch daalden we even af naar het strand, maar door de mist viel er weinig te zien.
Weer op de harde weg en iets
verder weg van de kust, klaar-

de het weer op en kwam de zon weer even door de wolken heen. Tegen lunchtijd waren we in het toe- ristenplaatsje Alma. In het hoogseizoen schijnt het hier erg druk te zijn, maar nu was het bijna een ghosttown. Alles was dicht en in de enige winkel was men bezig de schappen leeg te halen. Gelukkig hadden we nog genoeg spullen voor een snelle lunch in de auto.

Na een bezoekje aan het bezoekerscentrum van het Fundy park reden dwars door dat park heen op zoek naar moose die hier zou moeten zitten. Je raad het al; geen beest te bekennen, of het moet die ene patrijs zijn die we in de berm zagen zitten. We waren

nog in het park toen het begon te regenen. In het begin nog normaal maar al snel regende het pijpenstelen.
We besloten over de snelweg direct naar Saint John te rijden. Saint John is de grootste en oudste stad in New Brunswick. Hoe dichter we bij de stad kwamen, hoe harder het begon te

page115image6942288 page115image6942912 page115image6943120page115image6943328 page115image6943536 page115image6943952 page115image6944160

Canada 2005 Pagina 116

page116image9132224

regenen. Na een bezoekje aan Tim Hortons en een supermarkt, regende het zo hard dat het buiten al donker leek en dat om half vijf!
Door de regen konden we in de grote stad niet zo één, twee, drie de juiste weg vinden naar het motel dat we hadden uitgezocht. Daardoor reden we een brug op met aan het einde een hele rij tolhuisjes. Dat was niet de bedoeling want we waren al te ver gereden. Keren dus. Maar dat bleek nog een moeilijke manoeuvre tijdens de spits. Uiteindelijk lukte dat met medewerking van een vriendelijke automobilist die snapte wat we wilden. Onze eerste keus hotel bleek te duur en bovendien had men geen rookvrije kamer meer beschikbaar. Op naar de tweede keus dus. Weer reden we weer verkeerd in de stromende regen waardoor we een omweg van zeker tien kilometer moesten maken. Uiteindelijk, om half zes, vonden we het motel. Dit bleek de juiste keus. De kamer was snel geboekt maar daarmee nog niet gevonden. Het was een groot motel en pas na twee keer vragen vonden we onze kamer in de gigantische doolhof. Het motel had een zwembad en een restaurant met een buffet. Daar maakten we deze dag gebruik van. Geen slechte keus want we aten ons helemaal ongans.

s Avonds op de kamer bleek dat we weer toegang hadden tot het I nternet via een on- beveiligde netwerkverbinding. Geluk dus. De rest van de dag werd dan ook besteed achter de laptop.

Vrijdag 16 september 2005

Weer: half bewolkt/ zon
Aantal gereden kilometers: 
267 Route: Saint John - Fredericton

Het weer in Canada is net zo veranderlijk als in Nederland. Spoelden we gisteren nog helemaal weg, nu scheen de zon weer. Na een eenvoudig ontbijt op de kamer reden we naar het centrum van Saint John en parkeerden daar de auto. We liepen de Germain Street in, één van de centrale straten in de stad vol met grote bakstenen huizen uit de 19eeuw. Daar werden we al meteen aangesproken door een zwerver die

page116image6819488 page116image6820528

geld wilde. We weigerden en gelukkig liep hij verder. Nog steeds zijn we ver- baasd over het aantal zwervers in een welvarend land als Canada. Geen idee waarom er zoveel zijn.
Als eerste liepen we de City Market in; een overdekte markt met voor-namelijk voedsel, maar ook souvenirs. We namen er wat fotosenkochtener een

Canada 2005

Pagina 117

page117image8928448 page117image6979584

souveniertje. Het centrum van Saint John staat vol oude statige huizen, maar veel moeten er
worden opgeknapt. Een echt gezellige stad vonden we het geen van beiden. Aan het water vonden we een winkelcentrum met een Tim Hortons. Koffietijd dus. Na een uurtje of twee hadden we de stad wel gezien en besloten dat we hier niet wilden wonen. Verder dus.
Toch waren we nog niet meteen weg uit de stad. We kwamen namelijk nog aan de beroemdste attractie

van de stad voorbij gereden; de reversing falls. Het water van de Saint John River stroomt normaal naar de oceaan toe, maar door het hoogste tij in de wereld in de Bay of Fundy stroomt het oceaan water twee keer per dag de rivier in. Een opmerkelijk fenomeen maar moeilijk te fotograferen dus bleven we er niet lang.

Via highway 1 reden we verder naar het westen. Nicky
had uit de boeken onze volgende bestemming gekozen; St. Andrews aan de kust vlakbij deVerenigdeStaten.Het aantrekkelijkevandit stadjeisznliggingaanhet water en

de hoofdstraat vol met winkeltjes in oude houten huizen. Inderdaad erg leuk en gezellig allemaal. We lunchten bij een oud wachthuis, het St. Andrews Blockhouse.
Na een tankbeurt reden we naar het noorden. We wilden vandaag eindigen in Fredericton, de hoofdstad van New Brunswick. De weg en het weer waren prima en daarom waren we vroeg in Fredericton. Nicky had onderweg wat accommodatie mogelijkheden uitgekozen en we kwamen terecht in een standaard motel iets buiten

de stad. Nadat we onze tassen op de kamer hadden gezet reden we naar het centrum van de stad. Na wat zoeken vonden we het bezoekerscentrum en kregen daar een parkeervergunning voor drie dagen zodat we onze auto gratis konden parkeren. Waar vind je zoiets? Met de auto geparkeerd, liepen we door de twee voornaamste straten van het stadje. Fredericton is beslist een leuker stadje dan Saint Johns. Er is erg veel groen en de oude regeringsgebouwen geven het een zeker cachet. Er is weinig hoog- bouw.

Na een redelijk fastfooddiner bij Mc Donalds reden we terug naar het motel en deden

page117image6979792 page117image6980000 page117image6980208page117image6980416

Canada 2005

Pagina 118

page118image9137792 page118image6819072

daar de gebruikelijke
dingen. Op televisie was de
hele avond een programma
over Terry Fox, een man die
met één kunstbeen dwars
door Canada liep om geld op
te halen voor onderzoek
naar kanker. In Canada is
Terry Fox een absolute held
compleet met een berg die
zijn naam draagt en elk jaar
wordt de Terry Fox run ge-
lopen. Dit jaar is het 25
jaar geleden dat Terry zijn
Marathon Of Hope liep dus
er werd heel wat aandacht besteedt op televisie. Verder waren we in afwachting van de resten van orkaan Ophelia. Inmiddels gedegradeerd door een tropische storm, maar we zouden nog heel wat regen over ons heen krijgen. We wachten af.

Zaterdag 17 september 2005

Weer: heel de dag regen, Ophelia kwam eraan.
Aantal gereden kilometers: 
367 Route: Fredericton - Truro

Ontbijt deze dag was weer eens bij Tim Hortons en is inmiddels een vast recept geworden: flavoured cappuccino en steeped tea met een bagel met jam en een bagel met cream cheese. Vandaag zou het een echte reisdag worden. We wilden helemaal vanuit Fredericton naar Nova Scotia rijden. Dat betekende bijna de hele provincie door. Toen we uit de stad vertrokken was het nog droog maar de lucht hing vol met dikke wolken. Het duurde dan ook niet lang voordat het begon te regenen. Eerst een klein beetje maar al snel moesten de ruitenwissers hard werken om al het water van de voorruit af te voeren. Daar kwam nog bij dat we er voor gekozen hadden om via een snelweg naar Nova Scotia te rijden en langs de weg zagen we de hele route door New Brunswick niets anders dan bomen. Geen enkel dorpje of stadje,

alleen maar bomen. Het voordeel van de snelweg was wel dat we erg goed opschoten. Er was bijna geen verkeer op de weg en daarom konden we de cruise control inschakelen en lekker snel veel kilometers maken.

Al voor twaalven waren bij weer in Nova Scotia bij een bezoekerscentrum net over de grens. We liepen er binnen voor nog wat informatie over het zuidelijke deel van de provincie dat we de komende week wilden gaan bezoeken. Ook konden we nog even gebruik maken van een gratis Internet verbinding.
In Amherst lunchten we op de parkeerplaats bij Tim Hortons.

page118image6829472

Canada 2005

Pagina 119

page119image9117184 page119image6944784

Daarna was het nog dik een uur rijden naar Truro, de plaats waar we wilden overnachten. Vanwege de aanhoudende regen wilden we een wat luxere accommodatie vinden omdat we vandaag niet meer naar buiten wilde. Boven- dien zou er nog veel meer regen komen want de resten van de orkaan Ophelia zaten nu iets ten zuiden van Nova Scotia en kwamen rap naar het noorden gewaaid. We vonden het Motel 8 langs de snelweg. Wel iets duurder

dan anders maar met een heel mooie kamer, een zwembad met glijbaan en een Internet verbinding op de kamer. Het had nog wel heel wat voeten in aarde voordat we over het Internet konden surfen. Het was namelijk geen draadloze verbinding, maar eentje met een kabeltje. Dat kabeltje kregen we van het motel, maar daarmee was er nog geen verbinding. Er moest een bijna onmogelijk bereikbare helpdesk aan te pas komen om dat voor elkaar te krijgen. Twee uur later werkte het echter en kon er gesurft worden. We hadden een magnetronoven op de kamer en dat bood de gelegenheid om op de kamer te eten. We reden daarom naar een supermarkt in Truro en kochten twee magnetronmaaltijden. Weer terug in het motel maakten we gebruik van het zwembad en de wirlpool. We hadden het hele bad voor

onszelf.
s Avonds at en we op de kamer en keken we

televisie en surften op het Internet. We hadden het er zo druk mee dat het bijwerken van het dagboek een dag werd uitgesteld. Fotoshoefdenweniet opdelaptoptezetten want dit was de eerste dag dat er helemaal geenfotoswarengemaakt,zelfsniet door Nicky.

Zondag 18 september 2005

Weer: bewolkt
Aantal gereden kilometers: 
255 Route: Truro Grand Pré

We sliepen heerlijk in ons dure bed. Gelukkig maar. Ontbijt zat bij de prijs van de overnachting inbegrepen zodat we na de ochtenddouche al snel aan een verse bagel met cream cheese zaten. Om een uur of tien waren we klaar en reden we naar het westen om een begin te maken met onze ronde om het zuidelijk deel van Nova Scotia. Geheel tegen onze verwachting in, was het droog. Op de televisie zagen we dat de schade door Ophelia mee was gevallen en dat de tropische storm nu boven Newfoundland zat.

We besloten van de snelweg weg te blijven en de wegen langs de kust te volgen. Al na drie kwartier kwamen we aan het plaatsje Maitland voorbij gereden. Op een platform boven een rivier zagen we een hoop mensen staan kijken. Wij wilden natuurlijk weten

page119image6944992

Canada 2005 Pagina 120

page120image9116224

waar al die mensen naar aan het kijken waren. Het bleek dat er een tidal bore aan zat te komen. Een tidal bore is een golf die een rivier binnen komt als het tij hoger wordt. Omdat in deze omgeving de hoogste getijdenverschillen voorkomen, zijn er ook diverse

page120image6945408

tidal bores te vinden hier. Van alle mensen die stonden te kijken wist niemand hoe laat de bore zou komen. We besloten te blijven om dit fenomeen te kunnen zien. Uiteinde- lijk hebben we meer dan een uur moeten wachten op de bore. We hadden een grote golf verwacht, maar dat gebeurde niet. Het was maar een golfje dat de rivier binnen kwam. Een beetje een tegenvaller. Mooier was om te zien hoe snel het water in de rivier daarna steeg. Binnen een kwartier stond het water een meter hoger. Ongelofelijk.

Het volgende stuk land waar we door heen gereden viel wat tegen. Er viel weinig te beleven en de huizen die langs de weg stonden waren veelal wat verwaarloosd en er lag veel troep op de erven. Pas bij het stadje Windsor werd dat wat beter. Zodra we een Tim Hortons zagen moesten we een kop koffie gaan halen en, omdat we er toch waren, reden we door het stadje vol met statige houten huizen.

Het was rond een uur of drie toen we Hantsport binnen reden. Een leuk plaatsje met mooie en grote houten huizen langs straten met grote bomen die al aardig begonnen te verkleuren. We zochten een tijdje naar het haventje, maar konden die maar niet vinden. Het verschil tussen eb en vloed is hier namelijk erg groot en we wilden kijken of er schepen aan de grond waren gelopen. Toen we de haven eindelijk vonden, bleek het water nog te hoog te staan zodat er eigenlijk niks te zien viel. Vlug doorrijden dus maar.

We waren net aan het kijken waar we vandaag zouden kunnen overnachten toen we aan

Canada 2005

Pagina 121

page121image9136064 page121image6829264

een heel leuk exemplaar in Grand Pré voorbij kwamen gereden. De prijs viel erg mee zodat we meteen maar een kamer namen. We konden maar vast een onderkomen voor de nacht hebben. Daarna reden we naar de Grand Pré National Historical Site waar men de verbanning van de Acadiërs in beeld heeft ge-

bracht. De

entree- prijs was echter CAD 6,50 per persoon en dat vonden we

iets teveel van het goede. We besloten niet binnen te gaan en reden verder door Wolfsville. Wolfsville is een prachtig stadje met grote houten huizen in het centrum en een grote universiteit. Onze bestemming was echter Cape Split, een schiereiland in het Minas kanaal. Op de uiterste punt staan mooie rotsen in het water. Voordat we daar waren, kamen we nog door The Look Off gereden. Dit gehucht met de rare naam deed die wel helemaal eer aan. We hadden namelijk een prachtig uitzicht op de

vallei van Annapolis vanaf de weg door het gehuchtje.
We waren bijna bij Cape Split toen we een haventje
zagen waar een aantal boten aan de grond was gelopen
vanwege het lage tij. Hadden we toch nog wat we in Hantsport niet hadden gevonden. Toen de weg op de kaap ophield, dachten we zo naar het uiterste puntje te kunnen lopen, naar de rotsen. Dat bleek echter een vergissing. We hadden al meer dan een half uur gelopen en nog geen rots gezien toen we besloten om te draaien omdat het al laat begon te worden en we niet in het donker door de bossen wilden lopen. Wel jammer dat we de rotsen niet hebben kunnen zien.

In Wolfsville kochten we bij een Subway ieder een heerlijk broodje bij wijze van diner dat we op de kamer opaten. Ron had het druk met het dagboek omdat hij een dag achter liep. Nicky moest nog heel wat bij lezen zodat we de komende dagen zouden weten wat te gaan bekijken.

page121image6829680 page121image6831136 page121image6831344

Canada 2005

Pagina 122

page122image9116608

Maandag 19 september 2005

Weer: s morgens wat regen, s middags zonnig
Aantal gereden kilometers: 
233 Route: Grand Pré - Westport

We vertrokken om een uur of
half tien en reden linea recta
naar Wolfsville, naar Tim
Hortons voor ons ontbijt.
Achter Tim hadden we een
mooi uitzicht op een getijde
bekken. Omdat het eb was,
keken we in een kuil vol met
bruine modder die een paar uur
later weer gevuld zou zijn met
een meters diepe laag water.
Geheel tegen de voorspellingen
in miezerde het. Gelukkig hield
het een kwartiertje later op om
zelfs ruimte te maken voor de
zon. Het gebied waar we doorheen reden was erg mooi. Plaatsjes als Wolfsville en Kentville zijn prachtige oorden om te wonen. Erg rustig, grote huizen met veel groen er

omheen en toch niet aan het ein- de van de wereld. De hele och- tend bleef het een mooie rit. We kwamen voorbij aan appelboom- gaarden, pompoenvelden en kleine dorpjes die mooi lagen te zijn in het zonnetje.

Bij Annapolis Royal lunchten we

bij een getijdenkrachtcentrale. Energie wordt hier opgewekt door het verschil tussen eb en vloed. Er zal heel wat

energie worden opgewekt gezien de grote getijdenverschillen. In het plaatsje parkeerden we de auto en liepen door het stadje. Ook hier mooie houten huizen en leuke winkeltjes. We kwamen uit bij Fort Anne, een vesting uit de 19eeuw. We liepen wat over het terreinennamenfotosvande
gerestaureerde gebouwen.
In de bibliotheek van Annapolis Royal
mochten we gebruik maken van een
computer met Internetverbinding zodat we
onze mailtjes konden bijlezen en het nieuws
konden volgen. Daarna stapten we weer in de
auto om naar onze eindbestemming voor van-
daag te rijden. Dat was Brier Island aan het

page122image6945200 page122image6945616page122image6945824

Canada 2005 Pagina 123

page123image9138560 page123image6946816

einde van een lange dunne landtong. Om daar te komen moesten we met twee pontjes mee. De rit was wel mooi. We reden langs kleine, kleurrijke vissersdorpjes die stuk voor stuk een ansichtkaart waard zijn. Op het eilandje vonden we een mooie lodge waar we voor een heel redelijke prijs een kamer vonden. Het mooiste was echter nog het uitzicht

over de baai.
Het was pas vijf uur dus we besloten nog
wat te gaan wandelen. We liepen naar de
vuurtoren op het noordelijkste puntje en
vandaar uit naar Seal Cove. Op kleine ei-
landjes vlak voor de kust lagen veel zee-
honden en een paar waren aan het dollen in
het water. Een prachtig zicht zeker met
het licht van de ondergaande zon.
Het diner van deze dag genoten we in het
restaurant bij de lodge. Normaal sta je in
Canada in een half uur weer buiten als je
gaat eten in een restaurant. Nu duurde
alleen het opnemen van de bestelling al 20 minuten. Na drie kwartier kwam het voorge- recht en na een uur en een kwartier het hoofdgerecht. Het was allemaal wel lekker dus dat verzachtte de pijn van het lange wachten. In totaal waren we bijna twee uur in het restaurant. Op zich geen straf gezien het uitzicht over de baai. Pas laat werden de fotosopdelaptopgezet enhet dagboekbijgewerkt.

page123image6947856 page123image6947024 page123image6947232page123image6947648 page123image6949104

Canada 2005

Pagina 124

page124image9137600

Weer: mistig/bewolkt
Aantal gereden kilometers: 
93

Route: Westport - Digby

We konden deze morgen niet genieten van ons oceaanzicht omdat het erg mistig was. We ontbeten in de lodge. Eieren voor Nicky en vers fruit met yoghurt voor Ron. Nadat we hadden uitgecheckt was het al tien uur geweest. We reden eerst naar het noordelijkste puntje van Brier Island. Nicky had nu de tele- lens op haar camera gezet en wilde de zeehonden nog een keer van dichtbij fotograferen. Gelukkig loste

Dinsdag 20 september 2005

page124image6948272

de mist wat op zodat we tenminste nog iets zagen. Toen we bij Seal Cove aankwamen was het vloed en de eilandjes, waar gisteren nog tientallen zeehonden lagen, waren bijna verdwenen in het water. Alle zeehonden
zwommen in het water zodat we alleen hun

koppies zagen. Slechts één zeehond lag op
het laatste stukje rots dat boven water stak.
Wat ons verbaasde is de snelheid waarmee
het water steeg. Terwijl we stonden te kijken
zagen we hoe het stukje rots dat toch zeker
20 centimeter uit het water stak, onder ging
en de arme zeehond gedwongen werd te
zwemmen.
Nawat fotosvandebeestengenomentehebben,liepenwenaar deautoenredennaar Westpoint, het enige dorpje op het eiland. We keken naar de bootjes en de verrichtin- gen van de mensen in het dorp. In de baai lag een viskwekerij waar druk gewerkt werd. Maar Westpoint was nu niet bepaald een levendige plaats.
We reden daarna naar de vuurtoren aan de westkant van het eiland om daar een eindje te gaan wandelen. Het waaide stevig maar het was wel droog. We liepen wat langs de kust, maar toen het pad steeds onduidelijker werd, besloten we terug te keren.
Zo ging het ook bij onze tweede wandeling aan de zuidkant van Brier Island. Wat ons daar opviel was de hoeveelheid vuilnis die er was achtergelaten. Dat viel ons tegen. Ook hier zijn dus mensen die het niet zo nauw nemen met het milieu.
Na een kop koffie in het enige café op het eiland vonden we een computer met gratis Internet. Daarna vonden we het tijd om verder te reizen en dat betekende terugrijden naar Digby. Eerst gingen we met het pontje terug naar Long Island. Daar bezochten we de beroemdste attractie; de balancing rock. Die lag niet aan de weg, maar we moesten een trail lopen om dit natuurwonder te kunnen zien. Op de parkeerplaats stonden

page124image6948896

Canada 2005 Pagina 125

page125image9137984

borden met waarschuwingen dat het een moeilijke en gevaarlijke trail was. Dat bleek alleszins mee te vallen. Er was niks moeilijks aan. Op oneven stukken was een boardwalk gemaakt en toen het steil werd, was daar een trap met 235 treden. De balancing rock is een raar geintje van de natuur. De rots van 7 meter hoog met een diameter van nog geen meter staat daar te wiebelen op een andere rots. Volgens ons is er niet veel voor nodig om de rots om te laten vallen. Binnen veertig minuten waren we terug bij de auto en reden we verder naar Tiverton waar we de tweede ferry namen naar het vasteland. Nu moesten we

nog een kilome-
ter of vijftig
rijden voor we in
Digby aankwa-
men. Nicky had
een bed & break-
fast uitgezocht.
We hadden geluk
want we hadden
de laatste vrije
kamer in het
Victoriaanse
herenhuis uit
1830. De kamer
was echter
helemaal bij de
tijden much
value f or money .
Nadat we onze tassen op de kamer hadden gezet, liepen we het stadje in. We liepen naar de haven met de wer eldber oemde scallopvloot en z n vele whalewat ch bedr ij f j es. Wehoordenvanmensendienet vanzontour afkwamendat zewel walvissenhadden gezien, maar dat die zo weer weg waren. Dat deed ons beslissen niet mee te gaan op zon tour. I n plaats daarvan bekeken we de vele winkeltjes en gingen op tijd terug naar

de kamer om daar wat te rusten.
Het eten voor het diner haalden we vandaag bij KFC. Daar waren we nog nooit geweest en we wisten dus niet wat te verwachten. Aan de vele dikke mensen in de zaak te zien, moest het wel vette hap zijn. Gelukkig hadden ze ook salades en omdat we een beetje aan onze

page125image6947440 page125image6948480

Canada 2005 Pagina 126

page126image9159232

lijn dachten, namen we die een paar. Omdat KFC nu niet bepaald een gezellige tent was, namen we het eten mee naar de kamer en aten het daar op.
De rest van de avond verliep standaard.

Woensdag 21 september 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
247 Route: Digby - Shelburne

page126image6980832page126image6980624page126image6981040page126image6981248page126image6981456page126image6981664page126image6981872

Een ontbijt dat bij de prijs inbegrepen zit is natuurlijk erg leuk, maar in dit geval betekende het vroeg opstaan. We konden namelijk maar tot negen uur ontbijten. Omdat we toch wat wilden eten stonden we maar wat vroeger op. Buiten was het prachtig weer. Dat was s nachts wel anders geweest. Toen regende en waaide het. Na het ontbijt van eieren en toast zochten we eerst toegang tot het Internet. De nieuwe auto moest namelijk betaald worden. Gelukkig was er een Internetcafé in Digby waar we zo vroeg al terecht konden zodat we de dag nadat we thuis zijn onze nieuwe Mitsubishi Colt af kunnen gaan halen. Omdat we in de buurt van een supermarkt waren deden we maar meteen de boodschappen zodat we daarna weer verder konden met sightseeing.

Uit de boeken hadden we over twee dorpjes gelezen die nog de moeite van een bezoek- je waard waren. Het eerste dorpje; Smiths Cove viel erg tegen. Daar was niks te doen en de huizen die er st onden war en niet mooier dan elder s. Vr eemd hoe zo n t oer ist ische brochure de dingen op kan blazen. Het tweede dorpje; Bear River was wel de moeite waard. Het wordt wel klein Zwitserland genoemd en we konden wel snappen waarom. Niet dat er vakwerkhuizen in het dorp stonden, maar door de steile straatjes en knus- se huisjes had het in de verte wel wat weg van Zwitserland. Eén bouwwerk viel echter helemaal uit de toon en dat was een heuse Nederlandse windmolen. Het ding had veel te kleine wieken en bovendien miste er eentje. Het lokale bezoekerscentrum huisde er, maar van ons hadden ze een ander bouwsel mogen uitzoeken.

page126image6982080

Canada 2005 Pagina 127

page127image9158656

Vandaag wilden we in ieder geval gaan wandelen in het Kejimkujik National Park. Dat betekende even rijden want het park ligt midden in het zuidelijk deel van Nova Scotia, helemaal geïsoleerd van de rest van de provincie. We brachten eerst een bezoekje aan

het bezoekerscentrum voor wat informatie over het park. Met een plattegrond waarop alle korte trails stonden, begonnen we te lopen. De natuur was erg mooi met het herfstzonnetje op de bomen en planten.
We liepen een eindje langs de Mersey River met z n Mill Falls. Helemaal geen bij zonder e waterval maar door het mooie licht maaktenwetochheelwat fotos.

Op weg naar een andere trail zagen we

onderweg een stekelvarken langs de weg wat grazen. Het beest reageerde eerst niet op onze aanwezigheid zodat we rustig wat

fotoskondennemen,maar toenwe wat dichterbij kwamen, liep het beest snel het bos in. Toen we bijna bij het beginpunt van de trail waren, zagen we nog een hertje in het bos staan. Dit beestje was helemaal niet bang van ons en poseerde braaf.

De trail die we liepen was er eentje
naar een aantal verlaten goudmijnen
lagen. In de jaren rond 1880 werd
hier druk naar goud gezocht. Met
matig succes zodat de mijnenbouw
niet lang duurde. Veel viel er van de goudkoorts niet meer te zien, behalve een paar ga- ten in de grond die de ingang tot een mijn verraadde.

Op weg naar de uitgang van het park kwamen we nog een vos tegen die langs de weg naar eten aan het zoeken was. Ook dit beest liet zich niet door ons storen en speelde rustig verder.Enwij maar fotosnemen.

Helaas moesten we toch verder rijden. We moesten nog zeker 130 kilometer rijden om in Shelburne te komen; de plaats die we hadden uitgekozen om te overnachten. De weg van het park naar de zuidkust hadden we bijna voor ons zelf en was erg mooi met al die grote bomen langs de weg. Slechts af en toe reden

we aan een klein dorpje voorbij. Toen we weer aan de kust waren moesten we nog een heel eind naar het zuiden. Gelukkig was de weg hier wat beter en schoot het goed op.

page127image6982288 page127image6982496 page127image6982704

Canada 2005

Pagina 128

page128image9160960 page128image6982912

Toch was het bijna half zes voordat we in Shelburne waren. Op zoek naar de beste plaats om te overnachten reden we eerst door het dorpje. Het bleek dat we in één van de mooiste dorpjes in Nova Scotia tot nu toe waren belandt. Langs het water stonden diverse huizen uit 1785 of daaromtrent. De meeste gebouwen waren aardig opgeknapt. Daarbij kwam het prachtige licht van de onder- gaande zon. In het motel dat we uitzochten zat een

chagrijnige tante achter de receptie. We hadden al een beetje spijt dat we daar binnen waren gegaan toen Ron een router zag staan wat betekende dat we waarschijn- lijk een Internetverbinding hadden. Dus toch maar blijven. De kamer was erg standaard, maar verder wel oké. Omdat we een
magnetron op de kamer hadden gingen we naar
de supermarkt naast het motel en kochten twee
maaltijden. Dat scheelde weer een hoop geld.
Daarna reden we terug naar de waterkant en
liepen daar een hele tijd rond en namen veel te
veel f ot o s.
Om een uur of zeven vonden we het welletjes en
sloten ons op in onze kamer. We hadden inder-
daad een Internet verbinding waardoor we het
druk hadden.

Donderdag 22 september 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
175 Route: Shelburne - Lunenburg

De kamer mocht dan oké zijn, het bed was dat zeker niet. De matras was helemaal versleten en daardoor sliepen we allebei slecht omdat we steeds om moesten draaien. Ook de koelkast sloeg steeds aan en maakte daarbij veel herrie. Geen onverdeeld succes dit motel. We besloten

om vanavond iets luxers te zoeken.
We ontbeten op de kamer en dronken bij Tim Hortons een kop koffie. We waren nu klaar voor de rit van vandaag. Onze eerste stop was het Kejimkujik Seaside Adjunct, een onderdeel van het Kejimkujik NP. We kon- den gratis naar binnen omdat we nog steeds een jaarkaart voor alle Canadese nationale parken

page128image6983120 page128image6983328

Canada 2005

Pagina 129

page129image9118144 page129image7062544

hadden. We liepen een trail naar de kust waar ook zee-
honden zouden moeten zitten. Het eerste deel van de
route was niet bijster interessant omdat we tussen twee
meter hoge struiken liepen. Het werd leuker toen we aan
de kust kwamen waar we een groot zandstrand zagen be-
zaaid met grote rotsen. Op rotsen voor de kust lagen een
paar zeehonden te zonnen maar de meeste zwommen in
het water met alleen hun koppies boven water. Het water was erg helder en we konden een paar meter diep kijken. Mooie duikstek dachten we zo. We zaten een hele tijd in

het zonnetje op een grote rots naar de zee- honden te kijken die hun rots uiteindelijk toch moesten verlaten omdat het water opkwam.
Op de terugweg zagen we twee kleine slangen op het pad. De eerste was een felgroene Eastern Green Snake die erg snelweg was toen hij ons in de gaten had. De tweede was een Garter snake die kennelijk nog niet was opgewarmd en daar- door niet snel weg kon komen. Daardoor konden

we het beest goed fotograferen. Iets verderop zagen we nog een grote groene kikker. Het was al middag geweest toen we weer terug
waren bij de auto waar we lunchten. Daarna
reden we naar Liverpool; een leuk plaatsje met

veel groen en authentieke houten huizen uit de 19eeuw. Ook de omgeving van de vuurtoren uit 1831 was mooi en helemaal opgeknapt. Lang bleven we er echter niet omdat we vandaag in Lunenburg wilden eindigen en dat was nog een hele rit. De rit langs de Atlantische Oceaan was werkelijk prachtig zeker met de zon die volop

scheen. Na een tochtje met een ferry en nog een rit langs de oceaan, reden we omstreeks half vijf Lunenburg binnen. Lunenburg is een heel mooi stadje. Zo mooi dat het op de World Heritage List van de Unesco staat. Nicky had een aantal motels en bed & break- fasts uitgezocht. We reden ze allemaal af, maar vonden ze geen van allen echt aantrekkelijk. De één was te simpel, de ander in het centrum van de stad met bijbehorende parkeerproblemen. Terwijl we door het stadje reden zagen we een groot Victoriaans huis dat een lodge was. Ron ging naar binnen informeren. De kamers veel duurder dan we gewend waren uit te geven, maar de kamers zagen er fantastisch mooi uit. Daarom werd Nicky erbij gehaald en die

was ook al snel bereid om vandaag iets meer uit te geven. We kregen in ruil voor CAD 155 de bruidssuite met een kingsize bed en een badzaal met jacuzzi. Ontbijt was inclu- sief. Wel veel geld, maar na afgelopen nacht hadden we dit verdiend vonden we.
Met de tassen op de kamer liepen we het stadje in om nog zoveel mogelijk te

page129image7062752 page129image7062960 page129image7063168

Canada 2005

Pagina 130

page130image9120256 page130image7063584

profiteren van het mooie weer. We doorliepen het hele centrum op zoek naar de vele historische gebouwen. Er waren nog heel wat gebouwen die opgeknapt moesten worden en het centrum von- den we niet overal even mooi. Toch is Lunenberg één van de mooiste plaatsen in dit deel van Canada. We liepen heel wat af want we wilden de ha- ven van de waterkant zien en

dat kon alleen vanaf de golfbaan die een heel eind lopen van het centrum ligt. We waren dan ook moe t oen we na een bezoekj e aan Subway, bij de kamer aankwamen. s A vonds was het eerst huiswerk maken en daarna werd de jacuzzi uitgetest.

Vrijdag 23 september 2005

Weer: bewolkt
Aantal gereden kilometers: 
168 Route: Lunenburg Halifax

Het voordeel van een chique hotel is een chique ontbijt. Niks eieren met spek, maar keuze uit diverse gerechten. Nicky nam een simpele omelet met toast maar Ron kreeg op zijn verzoek een grote omelet met champignons, paprika en tomaat. Het was allemaal zo veel dat we het niet helemaal opkregen.
Na het ontbijt liepen we het stadje weer in en bezochten daar het zeer uitgebreide Fisheries Museum of the Atlantic. Op drie verdiepingen werd uit de doeken gedaan hoe er gevist werd en hoe een vissersgemeenschap in het verleden uitzag.

Ongelofelijk hoeveel men verza- meld had. Ook had men diverse aquaria met levende vissen waarop werd gevist en werden demonstra-

page130image7063792 page130image7064000

Canada 2005 Pagina 131

page131image9120448page131image7064208

ties gehouden en films vertoond. Buiten het museum in het water lagen
bovendien nog een trawler en een oude schoener die van binnen en van buiten bekeken konden worden. We waren drie en een half uur in het museum, maar dat had gemakkelijk een hele dag kunnen zijn geweest. Het is dat we verder moesten want anders waren we beslist langer gebleven.
Van Lunenberg naar Mahone Bay is maar een
eindje. Daar lunchten we eerst voordat we het
toeristenstadje vluchtig bekeken. Het mooiste
waren de drie kerken op een rijtje aan de water-
kant. Helaas lag de zon verscholen achter een dik
pak
wolken zodat het licht niet zo mooi was, maar dat
weerhieldonser niet vanwat fotostenemen.
Verder oostwaarts bleven we langs de kust rijden die hier erg mooi is. Er zijn talrijke baaitjes met eilandjes en grote rotsen. Verwend als we zijn reden we er aan voorbij, maar dat was niet terecht. Het is

page131image7064416 page131image7064624

toeristen per jaar hier komen. Het haventje is maar klein maar erg schilderachtig. De vuurtoren staat op een grote rots waar het water constant op aan het beuken was toen wij er waren. We wilden in Peggy s Cove blij ven over nacht en maar er was hoegenaamd geen accommodatie. Daarom besloten we door te rijden naar Bedford en daar het-zelfde motel te nemen als toen we in Nova Scotia aankwamen. Dan hadden we in ieder geval

eenvoudig prachtig hier.
Een paar kilomet er voor Peggy s Cove bezochten we een monument ter nagedachtenis aan de slacht- offers van de Swiss Air vlucht 111 die op 2 september 1998 hier in de zee verdween na een brand aan boor d. Peggy s Cove is een echt toeristengehuchtje. Er
wonen maar 60 mensen maar het haventje en de vuurtoren zijn zo mooi dat er vele duizenden

page131image7064832

Canada 2005

Pagina 132

page132image9160000 page132image6983536

een prima motel met een magnetron wat het diner een stuk goedkoper maakte. Dat betekende nog wel een eindje rijden.
Om kwart voor zes reden we een groot parkeer- terrein in Bedford op om in een supermarkt twee magnetronmaaltijden te kopen. Ook moesten we nog voor CAD 10 tanken want anders bestond er kans dat we morgen het vliegveld niet zouden halen. In de kamer waren we druk om alle spullen in onze tassen te

proppen. Dat lukte gelukkig wel. Verder moesten we nog huiswerk maken en keken we naar CNN die alle zendtijd
besteedde aan de naderende orkaan Rita.

Zaterdag 24 september 2005

Weer: zonnig
Aantal gereden kilometers: 
55

Route: Halifax Halifax Airport - Toronto

Onze laatste hele vakantiedag. Niet dat we een fijn vakantiegevoel overhouden aan een lange reis naar huis, maar dat hoort er ook bij. We waren op tijd wakker en keken meteen naar de televisie wat voor schade en ellende orkaan Rita in het zuiden van de VS had aangericht. Dat bleek gelukkig mee te vallen.

Nadat we hadden uitgecheckt reden we naar Tim Hortons voor een laatste ontbijt bij onze grote vriend. Met de auto reden we daarna naar Pier 21 in de stad. Pier 21 is een museum waar de geschiedenis van de immigranten, die hier aankwamen, uit de doeken wordt gedaan. Op een interessante manier kregen we een indruk van wat immigranten allemaal te verwerken kregen als ze tussen 1920 en 1971 hadden besloten naar Canada te emigreren en per boot naar hun nieuwe thuisland reisden. We waren er

page132image6983744

zontweeuur zoet.
I n de brouwerij van Keith Alexander s werd nu een markt gehouden. We waren er bijna drie weken geleden ook, maar toen was alles leeg. Nu was het een wirwar van kraampjes in allerlei ruimtes. We keken er even rond voordat we verder liepen naar de kade. Daar waren nog toeristen genoeg. Niet zo gek met dit lekkere weer. Het was best fris maar de zon scheen tenminste.

Canada 2005

Pagina 133

page133image9086528 page133image6840448

Voor de tweede keer vandaag gingen we naar Tim Hortons. Deze keer voor de lunch. We gaan Tim nog ontzet- tend missen als we terug zijn in Nederland. Wat moeten we nu eten voor het ontbijt?

Met onze buiken vol liepen we daarna naar de auto en zochten we onze weg naar het vliegveld. We waren natuurlijk weer veel te vroeg daar. Het inleveren van de huurauto was in no time gebeurd. We kwamen aan-

rijden, de auto werd onmiddellijk vluchtig geïnspecteerd en klaar waren we. Dat ging nog eens anders als bij Fraserway waar het bijna een uur duurde. Ook het inchecken was in een wip gebeurd. We waren inmiddels gewend aan het elektronisch inchecken en omdat we zo vroeg waren, hoefden we niet te wachten bij het afgeven van onze tassen. We konden zelfs nog goeie plaatsen regelen bij de grondstewardess zodat we op de vlucht naar Toronto tenminste genoeg beenruimte hadden.

We moesten nu alleen nog zon dikke drie uur door zien te brengen op het vliegveld. Gelukkig hebben ze in Halifax een leuk vlieg- veld dat er een beetje gezellig uitziet. Er waren winkeltjes en, het best van alles, we konden er gratis internetten op onze eigen laptop. Zo konden de laatste mailtjes worden gelezen en beantwoord. Ook werd het dag- boek bijgewerkt.

De vlucht vertrok deze keer zowaar een keer
op tijd, maar voordat we van de gate waren geduwd, naar het eind van de startbaan waren getaxied en opstegen waren er al weer 20 minuten verstreken. De vlucht zelf duurde ongeveer twee uur. Het duurde een tijd voordat we in Toronto konden landen. Daarna moesten we met een bus naar een andere terminal. Dat duurde een tijdje omdat

de bus helemaal vol werd gepropt voordat er gereden werd. In de terminal waar vandaan we vertrokken waren weinig winkeltjes of restaurantjes. In één van de twee restaurantjes aten we wat. Daarbij hadden we geluk want het eten van Nicky stond niet op de rekening. Die at dus gratis.

Verder was het wachten op de vlucht naar Amsterdam. Gelukkig vertrok ook deze vlucht keurig op tijd. Als je toch naar huis moet, dan maar zo snel mogelijk.

page133image6839408 page133image6832128

Canada 2005

Pagina 134

page134image9139520

Weer: droog met een zonnetje Aantal gereden kilometers: 0

Route: naar huis

Zondag 25 september 2005

page134image6948064

slapen. Zoals altijd in een vliegtuig, lukte dat maar gedeeltelijk. We sliepen wel steeds eventjes, maar de ongemakkelijke houding waarin we dat deden, maakte dat we steeds weer wakker werden. Het zou sowieso een korte nacht worden want we hadden met een tijdverschil van zes uur te maken. Toen we na een slaap van ongeveer drie uur wakker werden was het al 10 uur Nederlandse tijd en vlogen we al zowat boven Ierland. De andere passagiers hadden inmiddels een ontbijt gekregen. Ons had men overgeslagen omdat we nog sliepen. Nicky regelde alsnog twee ontbijtdoosjes want alle eten is meegenomen, niet?

We waren net klaar toen de piloot de landing al inzette. Kennelijk hadden we een fikse wind in de rug gehad tijdens de vlucht want we deden bijna een uur korter over de trip dan gepland. Om vijf voor twaalf landden we op Schiphol. Na de paspoortcontrole was het even wachten op de tassen maar die kwamen gelukkig ook van de bagageband rollen. Ook de trein liet niet lang op zich wachten. Druk was het niet in de trein.

In Eindhoven op het station werden we opgewacht door de ouders van Nicky die zo vriendelijk waren ons naar Heeze te brengen om bij te kletsen en ons wat te eten te geven. Uiteraard was onze voorraad nihil na drie maanden afwezigheid.
Om half zeven werden we netjes door pa en ma thuis afgezet. Daar was alles netjes bijgehouden door buurvrouw Paula. De rest van de avond waren we druk bezig om de post van drie maanden vluchtig in te zien en met het opruimen van onze vakantiespullen. Ongelofelijk hoe snel drie maanden om zijn gevlogen. Canada is een prachtig land met veel vriendelijke mensen. We waren er graag nog langer gebleven.

Zodra we op kruissnelheid en hoogte zitten, wordt een diner geser veer d , had de stewardess nog gezegd. Toch duurde het nog bijna twee uur voordat we iets te eten kregen. Niet dat we honger hadden, maar na het eten konden we proberen wat te gaan slapen. Zodra de dien- blaadjes weer waren opgehaald, gingen de rug- leuningen naar achteren en deden we ons best om wat te